René Does
Klimatologen gaan ervan uit dat door de opwarming van de aarde het ijs in de zeeën rond de Noordpool dunner zal worden en 's zomers wellicht helemaal weg zal smelten. Het gevolg hiervan is dat de Arctische regio economisch exploiteerbaar wordt. Als grootste Arctische land zit Rusland al op het vinkentouw.
De Amerikaanse kustwacht fotografeerde op 24 september de Rossija. Foto: US Coast Guard
Eind september, in de periode dat het ijs in de noordelijke ijszeeën het dunst is, voer de Russische atoomijsbreker Rossija met zijn 75.000 pk naar het punt in de Noordelijke IJszee dat het verst van het omringende vasteland afligt om daar de bemanning van een wetenschappelijk poolstation af te halen en een nieuwe ploeg achter te laten op een ten minste twee meter dikke ijsschots. Begin oktober had de Rossija, die door ijs van twee tot drie meter dik kan varen, de 3.800 kilometer lange heenreis volbracht.
Ieder jaar zet Rusland in het Noordpoolgebied een nieuw wetenschappelijk station op voor weermetingen en onderzoek naar het poolijs en waterstromen. Dit jaar werd station Noordpool-38 opgevolgd door station Noordpool-39.
Terwijl de Russische expeditieleden bezig waren de restanten van Noordpool-38 in te laden, apparatuur en bouwmateriaal voor Noordpool-39 uit te laden en de bemanning af te lossen, hoorden zij een vliegtuig. Dichterbij gekomen werd in het Russisch, met een sterk Amerikaanse accent, gevraagd of er misschien hulp geboden moest worden. Nadat de Russen hadden geantwoord het alleen af te kunnen, vloog het vliegtuig weer weg.
Rusland is een zeer noordelijk gelegen land op de Euraziatische landmassa en een Arctische staat; 60 procent van Rusland wordt officieel 'Het Noorden' (Sever) genoemd. In 2008 nam de Russische regering een ontwikkelingsprogramma aan voor de Arctische regio 'voor de periode tot 2020 en daarna'.
De aanwezigheid van Rusland in de Noordelijke IJszee via de Poolstations heeft niet alleen wetenschappelijke betekenis, maar ook geopolitieke. Door het krimpen van de ijskap in de Arctische zeeën denkt Rusland in de toekomst de regio ten noorden van het vasteland op twee manieren (extra) te kunnen exploiteren: op energiegebied en op scheepvaartgebied. Rusland zal willen aantonen dat een zo groot mogelijk deel van de bodem onder de noordelijke zeeën geografisch tot het continentale plat behoort.
Olie en gas
De bodem onder de noordelijke ijszeeën bevat naar schatting een kwart van de voorraden olie en gas in de wereld. Het gaat vermoedelijk om 90 miljard vaten olie en 47 biljoen kubieke meter gas. Ter vergelijking: de nu bekende voorraden van Rusland zijn 74 miljard vaten olie en 44 biljoen kubieke meter gas.
Op 21 oktober 2011 berichtte de Russische krant Kommersant dat de regering op 17 november een ontwikkelingsprogramma voor het Russische continentale plat tot het jaar 2030 zal bespreken en maakte de hoofdlijnen van dit programma bekend. Het Russische continentale plat beslaat een oppervlakte van 6,5 miljoen vierkante kilometer, waarvan volgens het programma 4 tot 4,4 miljoen vierkante kilometer 'zeker perspectiefvol is voor de winning van olie en gas'. Hier zijn 25 oliewingebieden en 44 gaswingebieden aangewezen.
Acht landen behoren (deels) tot de Arctische regio. Map samengesteld door het Noorse Pool Instituut
Het staatsprogramma gaat uit van een ontwikkeling van de energiesector in de noordelijke zeeën in vier etappes. Tot en met 2015 moet de juridische en de economische regelgeving worden opgesteld. In de daarop volgende vijf jaren zullen de beste wingebieden worden vastgesteld. In de periode 2021-2025 moet de ontginning werkelijk vorm krijgen, waarna in de resterende vijf jaar, tot en met 2030, de olie- en gaswinning in de rendabele velden volop moet gaan draaien. De productie van olie zal hierdoor met 8 tot 12 procent groeien in vergelijking met het huidige niveau en de productie van gas met 32 tot 35 procent. Inmiddels hebben vier Russische energiebedrijven 39 concessies aangevraagd: het nationale gasbedrijf Gazprom (8 concessies), de oliebedrijven Rosneft (24), Gazprom Neft (5) en Zaroebezjneft (2).
Volgens het programma kunnen de olie- en gasvoorraden onder de noordelijke ijszeeën de Russische staatsbegroting veel geld opleveren: 17,9 biljoen roebel aan olie-inkomsten (6,3 biljoen roebel tot 2030) en 25,2 biljoen roebel aan gasinkomsten (8,1 biljoen roebel tot 2030). Eén biljoen roebel is circa 23 miljard euro.
De aanloopinvesteringen bedragen volgens het staatsprogramma tussen de zes en zeven biljoen euro. Hiervan neemt de Russische overheid ruim één biljoen euro voor haar rekening voor het doen van geologisch onderzoek en het ontwikkelen van de benodigde infrastructuur. De rest komt voor rekening van de geïnteresseerde olie- en gasbedrijven.
In het artikel in Kommersant wordt echter sterk betwijfeld of alle plannen binnen de gestelde termijnen gerealiseerd kunnen worden. De toebedeling van overheidsfondsen en de bestuurlijke regelgeving gaat langzamer dan gepland en ook de toegang tot de regio van buitenlandse energiebedrijven, zeer nuttig vanwege hun technologische knowhow en financiële slagkracht, wordt vooralsnog niet makkelijker. Zolang deze zaken niet worden verbeterd, blijft het volgens de krant veel voordeliger om in de energiesector op het vasteland te investeren.
Scheepvaart
De zeeweg ten noorden van het Russische vasteland wordt in Rusland de Noordelijke Zeevaartroute genoemd. Na de energiesector is de zeescheepvaart de tweede belangrijke sector die van het smeltende Noordpoolijs kan profiteren.
Als de Noordelijke Zeevaartroute makkelijker bevaarbaar wordt, kan de huidige reistijd van een zeeschip tussen Europa en Azië, nu nog via het Panamakanaal of het Suezkanaal, gehalveerd worden. De snelste vaart van een schip via de Noordelijke Zeeroute tot nu toe is zeven etmalen. Ook is er via het noorden geen dreiging van piraten, zoals tegenwoordig via de route van het Suezkanaal wel het geval is.
Rusland kan in de Noordelijke Zeevaartroute een belangrijke rol spelen, omdat het sinds 1978 atoomijsbrekers bezit, die handelsschepen door het dunner wordende ijs kunnen voorgaan en ondersteuning kunnen bieden aan schepen in nood. Tegenwoordig bestaat deze noordelijke atoomvloot, die valt onder het staatsbedrijf Rosatomflot, uit vier atoomijsbrekers met twee kernreactoren, twee atoomijsbrekers met één kernreactor, een containerschip dat op een atoomreactor vaart en vijf onderhoudsschepen.
Verder kan met behulp van de atoomvloot de economische ontwikkeling van het Hoge Noorden worden bevorderd. Zo zou de polaire industriestad Norilsk in Siberië zou via de Noordelijke Zeevaartroute beter ondersteund kunnen worden.
Ook het Arctische toerisme kan met de noordelijke atoomvloot worden ontwikkeld: met een Russische atoomijsbreker in de richting van de Noordpool varen! Volgens een reportage over de vloot in het weekblad Argoementy i Fakty worden de mogelijkheden van de bestaande noordelijke atoomvloot voor nog maar 30 procent benut.