René Does
Het was in mei 2004 een absolute eis van de Europese Unie om lidstaat te mogen worden, maar de meeste Litouwers stonden en staan er nog steeds niet achter: de sluiting van de kerncentrale in Ignalina. Afgelopen oudejaarsavond om elf uur werd de centrale buiten werking gesteld.
De kerncentrale in Litouwen werkte met grafietreactoren. Het was een centrale van sovjetmakelij van het soort dat ook in Tsjernobyl staat. In deze Oekraïense plaats vond in de kerncentrale, zoals bekend, in april 1986 een enorme ontploffing plaats. De Europese Unie vond de kerncentrale van Ignalina niet veilig genoeg om door te mogen functioneren. Voor de ontmanteling van de centrale, de verwerking van het nucleaire afval en de modernisering van de niet-nucleaire centrales heeft de EU 820 miljoen euro toegezegd aan Litouwen.
Vlakbij Wit-Rusland en Letland ligt de kerncentrale van Ignalina. Foto: website van de centrale.
Maar dit geld kan het verdriet van de Litouwers om de sluiting bij lange na niet compenseren. Behalve dat de kerncentrale hen een gevoel van nationale trots gaf als zelfstandige producent van een technologisch geavanceerde vorm van energie, zijn er twee belangrijke redenen voor hun gevoelens van smart. Ten eerste de economische kosten.
Ignalina leverde 70 procent van de geconsumeerde elektriciteit in Litouwen. Het land zal meer energie en brandstoffen moeten gaan importeren uit Estland, Rusland en Oekraïne. Dit betekent hogere energiekosten. De Litouwse huishoudens zullen naar verwachting 30 procent meer moeten gaan betalen voor hun elektriciteitsgebruik. En dit in een periode van diepe economische crisis, want Litouwen is extra zwaar getroffen door de mondiale kredietcrisis. De Litouwse economie zal in 2009 waarschijnlijk met 16 procent zijn gekrompen.
De tweede reden is dat de afhankelijkheid van energieleveranties uit Rusland zal toenemen. En hoe betrouwbaar zal Rusland als energieleverancier zijn als Litouwen besluiten neemt die Rusland onwelgevallig zijn? De Litouwers zijn er niet zeker van. Hoewel Rusland tot nu toe altijd de contracten voor gasleveranties is nagekomen, sloot het in 2006 de olietoevoer af toen Litouwen de olieraffinaderij Mazeikiu Nafta niet aan een Russisch staatsbedrijf verkocht, maar aan het Poolse concern PKN Orlen.
Over ongeveer tien jaar wil Litouwen een nieuwe modernere en veiligere kerncentrale in gebruik nemen. In de tussentijd kan Rusland bewijzen dat het zijn energierijkdom niet - of zeker niet altijd - als politiek wapen gebruikt.
Een eerste testcase zal over enkele maanden plaatsvinden, als Litouwen de twintigste verjaardag van zijn eenzijdige onafhankelijkheidsverklaring van de voormalige Sovjet-Unie vreugdevol zal vieren. De Russische premier Vladimir Poetin verklaarde in zijn vorige functie als president dat hij de ondergang van de Sovjet-Unie 'de grootste geopolitieke catastrofe van de twintigste eeuw' vond. Gaat Rusland het Litouwse feestje bederven door een reden te vinden om even de energietoevoer dicht te knijpen?