Op 10 januari, tijdens de tweede ronde van de presidentsverkiezingen, kozen de Kroaten Ivo Josipovic, kandidaat van de oppositionele Sociaal-Democratische Partij (SDP), tot hun nieuwe president. Zij denken dat Josipovic het best in staat is om de twee hoofdkwesties van de hedendaagse Kroatische politiek tot een goed einde te brengen: het aanpakken van de corruptie en Kroatië, het liefst in 2012, de Europese Unie in loodsen.
Josipovic moest het in de tweede ronde opnemen tegen de voormalige sociaal-democraat Milan Bandic, de burgemeester van de hoofdstad Zagreb. Josipovic behaalde een klinkende overwinning door 60,3 procent van de stemmen binnen te halen. Hij en Bandic waren de nummers één en twee van de eerste ronde, die op 27 december werd gehouden en waaraan twaalf kandidaten deelnamen. Josipovic won in de eerste ronde 32,4 procent van de stemmen en Bandic 14,8 procent. De nieuwe president is de opvolger van de populaire Stepe Mesic, die zijn twee grondwettelijke termijnen had uitgediend.
De kandidaat van de centrumrechtse regeringspartij Kroatische Democratische Unie (HDZ), Andrija Hebrang, werd in de eerste ronde derde met 12 procent van de stemmen. Dit is een slecht resultaat voor een regerende partij.
De gebeurtenis in de Kroatische politiek die dit kan verklaren was het plotselinge en onverklaarbare aftreden van HDZ-premier Ivo Sanader op 1 juli. Door de hele oppositie, maar ook door veel leden van zijn eigen HDZ werd dit opgevat als onverantwoordelijke vaandelvlucht. Sanader werd als premier opgevolgd door zijn partijgenote Jadranka Kosor, de eerste vrouwelijke premier van Kroatië. Toen Sanader vlak na Nieuwjaar zijn wens tot terugkeer in de Kroatische politiek kenbaar maakte, werd hij als 'putschist' uit de HDZ gezet.
In de Kroatische politiek heeft de president vooral een ceremoniële rol. Wel is hij opperbevelhebber van de strijdkrachten en bezit hij een grote stem in de formulering van de buitenlandse politiek. De morele symboolfunctie van de president is echter belangrijk in de Kroatische politiek. Mesic was een goede uitvoerder van deze rol.
Over de politieke hoofdthema's bestaat zoals gezegd geen verschil van mening onder Kroatische politici. Probleem nummer één is het aanpakken van de omvangrijke corruptie. Die corruptie kan zich in vele vormen uiten, zoals misbruik of ronduit diefstal van overheidssubsidies, betaling voor toelatingsplaatsen en diploma's in het hoger onderwijs, handelen met voorkennis en misbruik van partijfinanciering.
De Kroaten weten dat zij het zo gewenste lidmaatschap van de Europese Unie in 2012 op hun buik kunnen schrijven als zij de corruptie niet snel en hard aanpakken. Zeker omdat de EU op het gebied van corruptie- en misdaadbestrijding onprettige ervaringen heeft gehad met de twee nieuwste lidstaten uit Oost-Europa, Roemenië en Bulgarije. Vaak wordt gesteld dat deze landen te vroeg zijn toegelaten. Verder moet Kroatië fungeren als 'schoon voorbeeld' voor de andere voormalige Joegoslavische republieken die allemaal EU-lid willen worden (Servië, Macedonië, Montenegro en Kosovo).
Josipovic wordt algemeen gekenschetst als een grijze man. Hij heeft carrière gemaakt als hoogleraar recht aan de Universiteit van Zagreb en is componist van klassieke muziek. Op zijn naam staan 85 wetenschappelijke publicaties en 45 composities. Hij heeft grijs haar, draagt een bril, spreekt met zachte stem en praat altijd op een manier alsof hij zijn studenten aan het onderrichten is.
De Kroatische kiezers denken dat Josipovic juist vanwege dit imago van grijze buitenstaander het best in staat is bovenstaande kwesties tot een goed einde te brengen. Onder de verkiezingsleuze 'Gerechtigheid voor Kroatië' beloofde hij 'een compromisloze bestrijding van de corruptie'.
Tegenkandidaat Bandic moest het op dit punt afleggen tegen Josipovic. Behalve dat hij verwikkeld is in enkele corruptieaffaires, hebben hij en Josipovic een tegengestelde richting afgelegd in het Kroatische politieke spectrum. Terwijl Josipovic wat uit de communistische en later nationalistische hoek is opgeschoven naar het politieke centrum, ging de voormalige sociaal-democraat Bandic zich in zijn campagne steeds sterker profileren als een nationalistische populist. Maar daar bleken de meeste Kroatische kiezers geen trek meer in te hebben.
Er is een flinke kloof tussen het imago van de persoon Josipovic en de praktijk van de politieke cultuur in Kroatië. Gaat Josipovic wel slagen in de tweevoudige missie waarvoor hij zich gesteld ziet?