Roemenen houden van Europa

Vlad Nicolea

Wat voor iedereen duidelijk was werd door het laatste jaarlijkse rapport van de Europese Commissie nog eens naar voren gebracht: Roemenië is er nog lang niet. Het zal alle zeilen bij moeten zetten om de zichzelf gestelde streefdatum van 2007 voor het felbegeerde lidmaatschap van de Europese Unie te halen.

Vraag aan een willekeurige Roemeen op straat of hij voor of tegen de toetreding tot Europa is en je hebt een grote kans dat die persoon 'Ja, liever nog vandaag dan morgen!' zal zeggen. Uit opinieonderzoeken blijkt namelijk dat maar liefst 80 procent van de Roemenen de toetreding een warm hart toedraagt. De gemiddelde Roemeen vindt dat Roemenië historisch, cultureel en economisch altijd deel van Europa uitgemaakt heeft.

Als de bevolkingssteun zo groot is, blijft er voor politici niets anders over dan - in elk geval met mooie worden - het toetredingsproces te steunen. Zelfs de rechtse extremist Vadim Tudor is niet tegen: 'Het is kiezen voor toetreding of de ondergang van ons volk!'

Van de gewone man op de straat tot de premier, iedereen lijkt van mening te zijn dat voor Roemenië het proces van Europese integratie de enige uitweg vormt uit de huidige situatie van armoede en corruptie, de enige weg naar veiligheid, welvaart en stabiliteit. Daar waar de regering een jaar geleden nog afstand nam van de toenmalige conclusies van de Europese Commissie en de kritiek op de rechtspraak, de privatisering en de teruggave van eigendommen die door de communisten afgepakt waren, naast zich neerlegde, lijkt het nu de conclusies van het rapport te onderschrijven.

Premier Nastase noemde het rapport dan ook 'een waarheidstrouwe foto van de huidige ontwikkelingen in de Roemeense economie en maatschappij'. De Roemeense diplomatie zal de komende tijd uit zijn op een belofte voor toetreding in 2007.

Met het EU-lidmaatschap hopen de Roemenen in een politiek en economisch stabiel klimaat te zullen leven. De gewone man zou minder het slachtoffer zijn van corruptie en door beter toezicht zouden Europese fondsen terechtkomen waarvoor ze bestemd zijn. De toetreding tot de grootste gezamenlijke interne markt ter wereld zal een impuls geven aan de ontwikkeling van de handel, de stroom van investeringen en het toerisme.

Eenmaal geconfronteerd met de concurrentie op de interne markt, zullen Roemeense bedrijven genoodzaakt zijn hun productiviteit te vergroten en moderne technologieën toe te passen. Daarnaast zullen jongeren vaker in het buitenland kunnen studeren en zal de verleiding om het eigen land te verlaten afnemen.

Maar ook voor de Europese Unie zelf is de toetreding van Roemenië van belang. De politieke stabiliteit binnen Europa zal sterker worden. De opname van het op één na grootste land in Oost-Europa zal de interne markt aanvullen met 23 miljoen consumenten.

Hun koopkracht is tot op heden weliswaar laag, maar Ierland en Spanje hebben eerder aangetoond dat dit na toetreding kan veranderen. Buitenlandse investeerders zullen, op veel grotere schaal dan nu het geval is, kunnen profiteren van relatief hoogopgeleide en goedkope arbeidskrachten.

Het is voor Roemenië van belang dat na de grote uitbreiding van 2004 het uitzicht op het EU-lidmaatschap niet vertroebeld wordt. Wanneer dat gebeurt ligt stagnatie van het transitieproces op de loer met alle gevolgen van dien: instabiliteit en een groeiend gat ten opzichte van de EU. En daar zit Europa ook niet op te wachten.

De corruptie regeert
Zoals de Europese Commissie terecht concludeert, is Roemenië nog niet klaar voor het EU-lidmaatschap. De hervorming van het justitieel apparaat is nog niet doorgevoerd en de invloed van de uitvoerende macht hierop is niet afgenomen.

Roemenië beschikt nog niet over een functionerende markteconomie, de inflatie is dalende maar nog te hoog, de kloof tussen het overnemen en het toepassen van Europese wetgeving groeit, structurele landbouwhervormingen worden zeer langzaam uitgevoerd en het land is niet in staat de concurrentie op de EU-markt aan te gaan. Maar boven alles lijdt Roemenië onder een hevige corruptie.

Corruptie en vriendjespolitiek zijn zo wijd verspreid binnen de Roemeense maatschappij dat ze publieke instanties en politieke structuren in hun greep houden. Zowel de Commissie als de Roemeens pers en het volk onderschrijven dat.

Eén dagblad was zelfs van mening dat 'de enige regeringspartij van de afgelopen twaalf jaar De Corruptie is'. Daarnaast blijkt uit onderzoek dat maar liefst twee derde van de Roemenen gelooft dat alle of bijna alle ambtenaren corrupt zijn, ruim de helft is van mening dat dit ook voor de regering en de rechterlijke macht geldt, terwijl ruim zestig procent meent te moeten bijbetalen om in het ziekenhuis fatsoenlijk geholpen te worden.

Corruptie is bijna een manier van leven, die buitenlandse investeerders weghoudt, de ontwikkeling van de private sector tegenhoudt en de bevolking demoraliseert. Ondanks de van tijd tot tijd felle retoriek van de premier wordt op het hoogste niveau niets tegen de corruptie ondernomen.

Nicolae Vacaroiu, voorzitter van de Senaat, ligt al bijna een jaar onder vuur in een schandaal van een omvang die voor iedere Nederlandse politicus zonder twijfel het einde van zijn politieke carrière zou zijn. Vacaroiu weet zich echter verzekerd van de steun van de almachtige regeringspartij, de socialistische PSD. Zelfs president Ion Iliescu schoot zijn oude vriend te hulp door doodleuk te verklaren dat 'alles in scène is gezet om Vacaroiu zwart te maken'.

Hoewel bijna iedereen in Roemenië voor toetreding is, vragen sommige commentatoren toch aandacht voor de nadelen van het lidmaatschap. 'Het zal niet allemaal rozengeur en maneschijn zijn!'

Gezien de huidige plannen omtrent het gemeenschappelijke landbouwbeleid en de structuurfondsen kan Roemenië geen enorme geldstroom uit de Unie verwachten. Hier staat wel tegenover dat het wegvallen van de importtarieven voor voedingsmiddelen een enorme klap zal betekenen voor de binnenlandse producenten.

De landbouwsector zal wellicht de grootste schade lijden. Op dit moment benut Roemenië zijn landbouwpotentieel niet volledig, maar de Europese Unie zit daar ook niet op te wachten. Inkrimping van de sector, waarin bijna vijftig procent van de beroepsbevolking werkzaam is, lijkt onvermijdelijk, met als bijkomend probleem dat werkloze plattelanders hun heil niet in de industrie kunnen zoeken, omdat daar ook massaontslagen te verwachten zijn.

Roemenië heeft dus nog veel huiswerk te doen en Europa staat ook niet te springen om het land binnen te halen, bang als het is voor een grote golf immigranten. De enige manier om dat tegen te gaan is echter verkleining van de sociaal-economische verschillen en op den duur het EU- lidmaatschap.

Omhoog
Terug naar archief