De opmars van de euro en de roebel

Jan Limbeek

De sterke euro heeft de munt eindelijk volwassen gemaakt in Rusland. De euro is er nu onbetwist de tweede munteenheid. De bevolking spaart steeds meer euro's en winkels prijzen hun goederen vaker in euro's. De autoriteiten accepteren de euro echter nog niet helemaal.

De economische situatie in Rusland wordt nog steeds gepresenteerd in roebels en in dollars. Alvorens de euro de nummer één positie van de dollar serieus kan bedreigen, moet de euro nog veel langer kracht ten toon spreiden.

Jarenlang leek de positie van de dollar in Rusland onaantastbaar. Prijzen worden veelal ook in dollars gesteld en betalen kan ook in dollars. Graag zelfs, hoewel alleen de roebel wettig betaalmiddel is. De bevolking en de Centrale Bank van Rusland (CBR) sparen voornamelijk dollars. Statistische gegevens als de omvang van het BBP en de schuldenlast worden ook of zelfs alleen vermeld in dollars. De dollar is dé rekeneenheid en geeft de universele waarde van goederen aan. Het vertrouwen van de Russen in de dollar is enorm.

De komst van de papieren euro in 1999 veranderde daar niets aan. Na januari 2000 daalde de waarde van de euro zelfs. De dollar nam wel in waarde toe (zie grafiek). Nominaal dan, want de waardedaling van de roebel bleef sinds 1999 altijd achter bij de inflatie.

De introductie van de contante euro in 2002 leek de eerste maanden geen enkel positief effect te hebben. De autoriteiten en de bevolking verwachtten niets van de euro en negeerden de munt. Sinds maart 2002 begon de euro echter te stijgen tegenover de dollar.

Dat was een wereldwijd verschijnsel, veroorzaakt door economische problemen in de VS en het conflict rondom Irak. De matige economische groei in de VS leidt op de lange termijn echter niet tot een zwakke dollar, want de Europese economie presteert veel slechter. Een andere reden voor de waardestijging van de euro was dat de Russen veel vaker reizen naar Europa dan naar de VS en euro's insloegen. Een derde reden is dat een stijgende munt aantrekkelijker wordt gevonden, waardoor men er meer van wil hebben. Een krachtige munt versterkt zichzelf. De CBR heeft in 2002 het aandeel van de euro in de reserves verhoogd van 10 naar 20 procent en het aandeel van de dollar verlaagd van 90 naar 75 procent.

Dit leidt allemaal tot een toenemende vraag naar euro's en dus tot een waardestijging. In juli 2002 was de euro kortstondig meer waard dan de dollar. In november begon een tweede opmars van de euro, die pas begin februari 2003 tot staan werd gebracht.


Niet omdat de dollar aantrekkelijker werd, maar de róebel. De euro was inmiddels veel meer waard geworden. Russen moesten begin februari 2003 ruim 34 roebel neertellen voor een euro. Dat was een jaar eerder 28 roebel. Een dollar kostte nooit meer dan 31,8 roebel.

De roebel stijgt reëel al vier jaar in waarde ten opzichte van andere valuta, omdat de inflatie in Rusland aanmerkelijk hoger is. Hoe zit dat? Als de inflatie 15 procent is, zoals vorig jaar, is ook de roebel 15 procent minder waard geworden. Er zijn dus 15 procent meer roebels nodig om dezelfde goederen en diensten te kopen. Er zouden ook 15 procent meer roebels nodig zijn om een dollar te kopen. (Eigenlijk iets minder omdat rekening gehouden moet worden met andere factoren, zoals de inflatie in het thuisland van de dollar, de VS.) De waardestijging van de dollar blijft sinds 2000 sterk achter bij de inflatie, waardoor men steeds meer dollars voor zijn roebels kan kopen: de roebel stijgt reëel in waarde.

Ten opzichte van een mandje verschillende buitenlandse valuta verzwakte de roebel vorig jaar weliswaar met ruim twee procent, maar dat komt grotendeels door de grote bijdrage van de euro. Voor dit jaar is de verwachting dat het oude beeld van een sterkere roebel ten opzichte van alle valuta voortgezet wordt.

Sinds februari van dit jaar stijgt de roebel nominaal in waarde. Dat is onvermijdelijk gezien de hoge olieprijs en de enorme toestroom van petrodollars. Een groeiende economie, begrotingsoverschotten en reserves aan goud en valuta van de CBR ter waarde van 55,4 miljard dollar (stand op 28 maart 2003) dragen eveneens bij aan de kracht van de roebel.

De CBR probeert uit alle macht de waardestijging van de roebel enigszins af te remmen door dollars op te kopen. De CBR heeft in de eerste drie maanden van 2003 bijna acht miljard dollar aan buitenlandse valuta gekocht en het equivalent aan roebels op de markt gebracht. De binnenlandse geldhoeveelheid stijgt daardoor te hard, waardoor extra inflatie onvermijdelijk is.

Ook de Russische regering probeert een langdurige waardestijging van de roebel te voorkomen. Ze denkt dat een sterke roebel slecht is voor de economie, omdat Russische producten dan uit de markt geconcurreerd worden. Veel Russische producten, zoals bijvoorbeeld auto's, zijn kwalitatief slechter dan westerse import, maar goedkoop. Zij kunnen slechts concurreren bij de gratie van een (groot) prijsverschil met importalternatieven. Economen zijn het erover eens dat een van de belangrijkste redenen voor de Russische economische groei sinds 1999 de lage koers van de roebel was. (En natuurlijk beperkte inflatie.)

De kosten voor Russische ondernemingen stijgen snel en worden niet goedgemaakt door productiviteitsgroei. In de periode 2000-2002 stegen de reële lonen bijvoorbeeld met tweederde. Maar ondanks de kostenstijgingen zet de economische groei zich gewoon voort.

Veel politici, economen, journalisten en dergelijke worden niet moe te wijzen op de hoge olieprijs van de afgelopen jaren als dé reden voor de economische groei. 'Wacht maar', zeggen zij al jaren, 'straks stort de olieprijs in en verdwijnt de economische groei'. Maar een lage olieprijs leidt ook tot lage inflatie en waardedaling van de roebel. Voor de belangrijkste econoom van Rusland, presidentieel economisch adviseur Andrej Illarionov, kan de olieprijs daarom niet laag genoeg zijn.

Omhoog
Terug naar archief