IJzersterke financiën

Jan Limbeek

Rusland kent de laatste jaren een overschot op de begroting. De regering voert een streng financieel-economisch beleid. Ook voor dit jaar is opnieuw een begrotingsoverschot voorzien. 2003 belooft financieel een solide jaar te worden.

Vóór 1998 werd de economische politiek van Rusland gekenmerkt door hevige gevechten van de regering met het parlement (de Doema) over de begroting. Het ging altijd hetzelfde. In de zomer stelde het Ministerie van Financiën een realistische begroting op. Dan was er een half jaar nodig om dit voorstel via compromissen met het parlement te verwateren tot een onwerkbaar gedrocht. Het jaar erop bleek er natuurlijk te weinig geld te zijn om goederen en ambtenaren bijtijds te betalen, waardoor de kaasschaaf over de begroting gehaald werd en er extra geleend moest worden. In augustus 1998 bezweek Rusland uiteindelijk onder de schulden. Rusland had een harde les geleerd.

De begrotingen voor 2000 en 2001 waren realistisch en zeilden met gemak door het parlement. De begroting voor 2002 was op papier redelijk, maar tussentijdse extra uitgaven en tegenvallende belastinginkomsten zorgden lange tijd voor een kleiner overschot dan gepland was. In sommige maanden werd zelfs een begrotingstekort genoteerd.

In augustus reduceerde de regering het verwachte begrotingsoverschot van 1,6 procent naar 0,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Daarna werd de begroting toch gered, omdat de olieprijs hoger uitkwam dan waarmee de begroting rekende. Bovendien kon de regering verschillende overgemaakte maar niet besteedde uitgaven terugvorderen. Het overschot kwam vlakbij de geplande 1,6 procent uit.

De begroting voor 2003 is weer strenger. De inkomsten zijn begroot op 2.418 miljard roebel (18,5 procent van het bbp), de uitgaven op 2.346 miljard roebel (18 procent van het bbp). De grootste uitgavenpost is overdrachten naar de regio's (zo'n 30 procent van het totaal). Ruim de helft hiervan betreft overdrachten naar het pensioenfonds. De grootste andere uitgavenposten zijn defensie (15 procent) en de rente op de binnen- en buitenlandse schuld (zo'n 12 procent).

Belangrijk is dat de begroting van 2003 gebaseerd is op een olieprijs van 21,5 dollar voor een vat Oeral-olie (Oeral-olie is gemiddeld één tot drie dollar goedkoper dan de Europese Brent-olie). Die 21,5 dollar per vat is een bescheiden, om niet te zeggen zeer lage prijs. Niet alleen in vergelijking met de 23,5 dollar per vat van 2002, maar ook gezien de internationale spanning rond Irak, hetgeen bijna een garantie is voor een veel hogere olieprijs. Het Amerikaanse Ministerie van Energie verwacht bijvoorbeeld een olieprijs van 27,5 dollar.

De Russische regering verwacht dit jaar een economische groei van 4,4 procent tot 13.050 miljard roebel. Dat is 387 miljard dollar tegen de verwachte gemiddelde wisselkoers van 33,7 roebel voor één dollar.

Er is ook een pessimistisch scenario dat uitgaat van een lagere olieprijs van 18,5 dollar per vat. In dat geval zal de economische groei 3,5 procent bedragen. De begroting rekent verder met een inflatie van 10 tot 12 procent.

Hoewel de olieprijs erg moeilijk te voorspellen is, heeft de regering met deze begroting waarschijnlijk een speelruimte van vele miljarden dollars ingebouwd. Als we daarnaast rekening houden met de 48 miljard dollar goud en valutareserves van de Centrale Bank (ruim elf miljard meer dan een jaar eerder) en het goed gevulde reservefonds, loopt Rusland in 2003 geen enkel financieel risico.

Het reservefonds is bedoeld om de buitenlandse schuld af te kunnen lossen in geval van negatieve externe omstandigheden, bijvoorbeeld een lage olieprijs. Het fonds wordt gevuld met een deel van het overschot en de privatiseringsinkomsten. Het fonds bevatte eind vorig jaar 197 miljard roebel (6,2 miljard dollar). Dat is exclusief de 2,6 miljard dollar die de verkoop van staatsbelangen in de oliemaatschappijen Slavneft en Lukoil opleverden.

Buitenissigheden ontbreken in de begroting voor 2003. Het enige risico is dat de regering zich te buiten gaat aan het uitdelen van cadeautjes in de maanden vóór de parlementsverkiezingen van december 2003. Al is het goed mogelijk dat de financiële speelruimte de mogelijkheid daartoe biedt.


Federale begroting van 2002 en 2003, in miljarden roebels (tussen haakjes % van het bbp)
  2003 2002
  plan plan uitkomst*
Inkomsten 2.418 (18,5%) 2.126 (19,4%) 2.199 (20,1%)
Uitgaven 2.346 (18%) 1.947 (17,8%) 1.988 (18,2%)
Overschot 72 (0,6%) 179 (1,6%) 211 (1,9%)**
Inflatie (%) 10-12 12-14 15,1
Gem. wisselkoers (roebel/dollar) 33,7 31,5 31,8***
Gem. olieprijs (dollars per vat) 21,5 23,5  
bbp (tussen haakjes: groei in %) 13.050 (4,4%) 10.950 (4,3%) (4,1%)
  * Voorlopige cijfers van de Economische Expert Groep, verbonden aan het Ministerie van Financiën, volgens de IMF-methodologie.
  ** Volgens de methodologie van het Russisch Ministerie van Financiën valt het overschot met 1,4 procent (156,3 miljard roebel) een half procentpunt lager uit.
  *** Einde jaar.

Bron: www.eeg.ru

Omhoog
Terug naar archief