Rusland: begrotingstekort leidt tot nieuwe privatisering

René Does

De Russische economie zal de komende jaren iets minder sterk een staatseconomie worden. In Rusland vindt thans 75 procent van de economische activiteit plaats in staatsbedrijven, terwijl maximaal 25 procent wordt gezien als passend voor een markteconomie. Vanaf volgend jaar komen er aandelen van negen grote staatsbedrijven in de verkoop. De belangrijkste stimulans om deze nieuwe privatisering te starten is dat het begrotingstekort de laatste jaren is gestegen als gevolg van de economische crisis en de gedaalde wereldmarktprijzen voor olie en gas, Ruslands belangrijkste exportproducten.

De nieuwe privatisering van 2011 wordt wel de 'derde privatisering' genoemd, na de voucher-privatisering van 1992-1995 en de aandelen-voor-leningen privatisering van de periode 1995-1998, die Rusland de klasse van oligarchen opleverde. In de andere postcommunistische jaren zijn altijd wel kleinere staatsbedrijven in de verkoop gedaan, maar dat was kruimelwerk in vergelijking met de nieuwe privatiseringsplannen en de twee genoemde eerdere privatiseringsgolven.

Voor het omrekenen van de bedragen in dit artikel zij vermeld dat één miljard roebel gelijk is aan 25 miljoen euro en één biljoen roebel aan 25 miljard euro.

Begroting 2011
De nieuwe privatiseringsplannen kwamen onlangs naar buiten tijdens het opstellen van de staatsbegroting van 2011. Deze begroting voorziet in 8,5 biljoen roebel aan inkomsten en 10,4 biljoen roebel aan uitgaven, tegen respectievelijk 7,3 biljoen roebel aan inkomsten en 9,9 biljoen roebel aan uitgaven in 2010. Hiermee wordt het begrotingstekort volgend jaar 3,6 procent van het bruto binnenlands product.

Dit jaar komt het begrotingstekort rond de 5 procent uit. Via tekorten van 3 procent in 2012, 2 procent in 2013 en 1 procent in 2014 moet Rusland volgens de plannen in 2015 weer een begrotingsoverschot krijgen.

Volgend jaar zal de Russische overheid meer uitgeven aan sociale en culturele uitgaven en aan de gewenste modernisering van het land. Zo zullen de pensioenen met 9 procent stijgen, de salarissen van militairen en politieagenten met 6,5 procent, de uitgaven voor onderwijs met 13,7 procent, voor gezondheidszorg met 10,2 procent en voor de Russische film- en cultuursector met 11 procent. Voor het moderniseringsbeleid wil de regering 541 miljard roebel uittrekken, 40 procent meer dan in 2010. De modernisering moet aangejaagd worden via staatsbestellingen en speciale overheidsprogramma's op het gebied van toegepaste wetenschap. Het moderniseringsstreven is hiermee weer vooral een staatsmodernisering.

Ook in Rusland staan voor volgend jaar bezuinigingen op de bureaucratie en het ambtenarenapparaat op het programma. Als extra inkomstenbronnen voor de begroting staan gepland:

Transneft
Het nieuwe privatiseringsprogramma is een driejarig programma. In de periode 2011-2013 moet het programma in totaal 883,5 miljard roebel opleveren voor de staatskas. Hulp bieden aan de bestrijding van het begrotingstekort is het hoofddoel van het programma.

Een nevendoel is dat de privatisering de Russische economie moderniseert. Het staatsaandeel in de economie zal kleiner worden en de privatisering zal naar verwachting het investerings- en businessklimaat in Rusland verbeteren doordat deze structurele hervorming de transparantie in het Russische bedrijfsleven moet vergroten. Hierdoor zullen zaken als corruptie, contractbreuk en partijdige arbitrage moeilijker moeten worden.

Het nieuwe programma heeft de omschrijving 'derde privatisering' gekregen, omdat het een redelijk groot privatiseringsprogramma is en grote bekende staatsbedrijven omvat. Hieronder volgt de lijst met de privatiseringsplannen in de negen belangrijkste bedrijven, met tussen haakjes het huidige staatsbelang:

Aanvankelijk was het ook de bedoeling 27,1 procent van de aandelen van het olietransito- en oliepijpleidingbedrijf Transneft (78,1 procent) in de verkoop te doen, maar daar lijkt de regering van terug te zijn gekomen. Blijkbaar vindt ze Transneft van te groot strategisch belang om nog meer (buitenlandse) pottenkijkers toe te laten. Op het moment van schrijven was nog niet duidelijk of Transneft helemaal uit het programma zou worden gehaald of voor een kleiner aandelenpercentage zou blijven meedoen.

Wie bovenstaande cijfers goed heeft bekeken, zal zijn opgevallen dat in alle bedrijven na het privatiseringsprogramma de rol van de Russische overheid overheersend blijft via een meerderheidsaandeel. Na uitvoering van het programma blijven deze Russische staatsbedrijven in wezen nog steeds staatsbedrijven.

Speculanten
Het is overigens helemaal niet zeker dat het nieuwe privatiseringsprogramma alle geplande inkomsten zal opbrengen. Zo ondergaan verschillende bedrijven momenteel een herstructurering, hetgeen onzekerheid bij investeerders oproept.

Verder is het de vraag of buitenlandse investeerders hun geld niet liever in andere markten willen steken, zoals China en Brazilië. Het is wel zo dat de meeste bedrijven op de lijst hun aandelen op de aandelenbeurs RTS zagen stijgen (met gemiddeld 2 procent).

De banken in het bedrijvenlijstje worden als de meest aantrekkelijke gezien voor investeerders. Waarschijnlijk investeren Russische multinationals uit de betreffende sectoren ('strategische investeerders') het meest. Immers, de bedrijven die deels verkocht worden blijven in grote mate staatsbedrijven, en daarnaast hebben met name bedrijven in de energiesector in het verleden slechte ervaringen opgedaan in hun zakendoen met Rusland.

Naar verwachting zullen ook investerings- en pensioenfondsen interesse tonen. In verschillende Russische publicaties over het nieuwe privatiseringsprogramma worden zulke bedrijven 'speculanten' genoemd.