René Does
Seks, vloeken, overvloedig geweld en het gebruiken en bereiden van drugs: voor het Openbaar Ministerie en het Ministerie van Cultuur van Rusland zijn dit genoeg redenen om de vertoning en verhuur van films af te raden. Van censuur kan niet gesproken worden, wel van het uitspreken van een taboe. Wat is er in dit opzicht aan de hand in het Russische filmbedrijf?
Op 20 december 2010 trok het Ministerie van Cultuur op bevel van het Openbaar Ministerie de verhuurvergunningen in van 147 films als ' huisvideo', 'publieksvideo' of 'ter vertoning in hotels'. Ze zouden 'ongeschikt zijn voor vertoning' vanwege 'schending van de algemeen geaccepteerde nomen van de moraal en de zedelijkheid en het scheppen van voorwaarden voor de deformatie van het juridische en morele bewustzijn van de burgers'.
Op de 147 afgeraden films stond het stempel 'Goedgekeurd door het Ministerie van Cultuur'. Volgens een regeringsverordening uit 1993, dus in een tijd van de invoering van allerlei vrijheden na de ondergang van het communisme, moeten films in Rusland ter vertoning in het openbaar bij het Ministerie van Cultuur geregistreerd worden.
Het ministerie kan films volgens deze verordening niet censureren of verbieden. De enige mogelijkheid voor het ministerie om verspreiding van films met seks, geweld en grof taalgebruik onder jongeren tegen te gaan, bestaat sindsdien uit het voorschijven van leeftijdsgrenzen, van 14, 16 of 18 jaar.
Bij de 147 betreffende films is het ministeriële goedkeuringsstempel op bevel van het Openbaar Ministerie ingetrokken. De juridische grond voor de deze beslissing van het Russische OM is dat de films twee landelijke wetten zouden schenden: 'Over de staatstaal van de Russische Federatie' en 'Over de basisgaranties van de rechten van het kind in de Russische Federatie'.
De zaak kwam in de zomer van 2010 aan het rollen, toen vice-voorzitter Oleg Kassin van de radicale Russisch-orthodoxe maatschappelijke beweging Volksbeweging het probleem van seks, geweld, vloeken en drugsgebruik in films van Russische makelij aan de orde stelde op de website van de beweging. Kassin stelde het probleem aan de kaart bij het Openbaar Ministerie, hetgeen uiteindelijk leidde tot het intrekken op 20 december van het ministeriële openbare vertoningcertificaat op de films.
Kassin stoort zich aan het gebruik van woorden als fak (fuck) en pipets (pik) in Russische films. Het besluit van het OM kan instemming vinden bij minister van Cultuur Aleksandr Avdejev.
Om welke 147 films het precies gaat werd niet bekend gemaakt door het ministerie en het OM om de nieuwsgierigheid van het publiek niet aan te wakkeren. Kassin had wel twee titels als voorbeeld genoemd in zijn actie via de site van Volksvergadering: Intensieve urinering en Anale superioriteit.
Het dagblad Kommersant wist nog een paar titels te noemen: Bloedige veldslag, Orgie van zwangeren, Wie gelukkig is trekt geen onderbroek aan, De postbode komt twee keer en Wilde fantasieën van uitzinnige idioten. Kortom, Kassins kruistocht richt zich vooral op Russische porno- en geweldfilms.
Het is onduidelijk wat er gebeurt als een film uit de lijst van 147 rolprenten zonder ministerieel stempel toch wordt getoond of verhuurd. Wordt dit gecontroleerd en bestraft? Inmiddels hebben producenten van de betrokken films een rechtszaak aangespannen tegen het besluit, omdat zij wel voldoen aan de regeringsverordening uit 1993.
Kassin op zijn beurt voelt zich aangemoedigd door het besluit van het Openbaar Ministerie. De 147 films vormen nog maar de eerste lijst van alle onfatsoenlijke films die hij op het oog heeft. En na de film komt ook het theater aan de beurt, want in Russische theatervoorstellingen wordt volgens hem ook veel te veel gevloekt.