Als hij je slaat, houdt hij van je

Huiselijk geweld in Oekraïne

Jeroen Verkroost

Na de onafhankelijkheid in 1991 kwam Oekraïne in een staat van ontwrichting waarin maatschappelijke problemen konden woekeren. In dat sociale braakland ontwikkelde huiselijk geweld zich tot een epidemisch verschijnsel. Zwakke wetgeving, een onmachtige politie en rolpatronen waarin geweld wordt geaccepteerd, maken het moeilijk dit tegen te gaan.

'Hoeveel huiselijk geweld er in Oekraïne is? Dat is een lastige vraag,' reageert psychologe Valentina Bondarovska hoofdschuddend. De vriendelijke directrice van het Internationale Humanitaire Centrum Rozrada in Kiev spreekt energiek en vol overtuigingskracht over de problemen waarmee vrouwen in haar land kampen. Justitie houdt wel dergelijke statistieken bij, maar volgens Bondarovska wendt lang niet ieder slachtoffer zich tot de politie om hulp. En de cijfers van hulporganisaties die zich met huiselijk geweld bezighouden zijn meestal ook onbetrouwbaar omdat zij die cijfers gebruiken om fondsen te werven.

Betrouwbaarder dan het aantal aangiftes als indicatie voor de mate van agressie binnen het gezin is het aantal moorden in huiselijke kring. Volgens een rapport van Amnesty International vonden er in de eerste negen maanden van 2006 in totaal 1008 moorden plaats. In Nederland zou dit neerkomen op 460 moorden op jaarbasis.

Viktoria M.
'We leefden op de grens van de Sovjet-Unie en op het breukvlak van een nieuwe tijd. Ondernemingen werden gesloten, er ontstond werkloosheid, mensen werden depressief. In die tijd werden we verliefd. We keken niet goed naar elkaars karakter, we hadden het goed samen en konden niet zonder elkaar. Maar toen we gingen samenwonen kwamen er problemen. Hij was onverantwoordelijk, verloor zijn werk en begon drugs te gebruiken.'

Onder het communisme was er volgens Bondarovska zeker minder huiselijk geweld. Een belemmering hiervoor waren de communale appartementen, waar verschillende gezinnen bij elkaar woonden en wc, douche en keuken moesten delen. Deze woonvorm maakte dat de sociale controle sterk was: 'De buren zagen alles'.

De gepensioneerde juriste Larisa Baseva typeert het hedendaagse huiselijk geweld zelfs als een 'massaal verschijnsel'. Achter haar eenvoudige bureau op het Kievs Centrum voor Werk met Vrouwen geeft de gezette, hartelijke juriste juridisch advies aan vrouwen in nood. Ze heeft jarenlang gewerkt als officier van justitie.

Vroeger waren er vele soorten sociale organisaties waartoe mensen zich konden wenden, zoals de profsojoezy, de communistische vakbonden, zegt ze. Als een vrouw werd geslagen en zich tot hen wendde, namen zij maatregelen. 'De man werd bij ze geroepen,' zegt Larisa met haar wijsvinger dreigend zwaaiend: '"Weest een goede pa en echtgenoot!" En ze vroegen of hij zich niet schaamde, zich zo te gedragen.'

In veel gevallen was de publieke schrobbering voldoende. Als iemand daarna nog niet wilde luisteren was er vaak alcohol in het spel. Onverbeterlijke alcoholisten konden twee jaar verplicht worden opgenomen in een kliniek. 'Het gezin kreeg rust en hij vond in die twee jaar zijn verstand terug. Maar al die voorzieningen zijn verdwenen na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en er kwam niks voor in de plaats.'

De agressie vloeit echter niet alleen voort uit de chaos van het nieuwe tijdperk. Volgens Bondarovska liggen de wortels gedeeltelijk in de vroegere dictatuur. In de dagelijkse realiteit van de Sovjet-Unie was het leven zwaar, maar volgens de officiële mantra ging alles fantastisch. Als je kritiek had kon je je werk verliezen of voor jaren in een Siberisch kamp verdwijnen.

Door de repressie voelden mensen de druk van de geheimen die ze bij zich droegen als een zware last. Bondarovska: 'Mensen hadden daarom angst en van binnen waren ze agressief, maar ze moesten dat beheersen. Daartegenover had je de vrolijke, sentimentele sovjetfilms, die ze weer op hun eigen leven betrokken. Mensen dachten helemaal niet, leefden in een soort psychologische mist.

Tijdens de perestrojka werd de noodzaak geheimen voor zich te houden steeds minder, men hoefde zich minder in te houden. Ineens zag je overal voorbeelden van agressie tevoorschijn komen. Geweld op straat bijvoorbeeld, dat zag je vroeger nauwelijks.'

Viktoria M.
'Hij wilde niet meer naar zijn werk. Hij begon pillen te gebruiken, later ook opium, om zich weer normaal te voelen. Hij werd zo van binnen vernietigd, hij had steeds geld nodig en werd agressief tegen mij. Vanwege onze twee kleine kinderen moest ik wel weggaan. Ik ging naar de stad Kimisjok, zestig kilometer verderop, daar werkte ik op de bouw. Met vier vrouwen woonden we in een obsjezjitije (gedeelde woonruimte, vaak van de werkgever) op één kamer.

Daar leefde ik zes jaar, ik werkte, leerde en voedde de kinderen op. Ik merkte hoeveel kracht daarvoor nodig is. Kinderen moeten soms een feestje vieren of naar de dokter. Ik was voortdurend bezig, werkte tot in de nacht en sliep bijna niet. Het was zo zwaar dat ik weer naar mijn man terugging. Daarna leefden we nog drie jaar samen.'

Door de traditionele rol van de man als kostwinner had de werkloosheid die begin jaren negentig plotseling opkwam een enorme impact. Jevgenija Jarosjenko, psychologe en onderdirectrice van het Kievs Centrum voor Werk met Vrouwen, helpt veel vrouwen die voor hulp bij haar organisatie aankloppen.

Achter de halfopen deuren van twee boekenkasten verbergen zich stapels artikelen en tijdschriften. Zittend achter haar bureau van gefineerd hout, waarop naast het scherm nauwelijks ruimte overblijft voor paperassen, legt ze geduldig de lokale man-vrouw verhoudingen uit. 'In het huwelijk heeft de man aan de vrouw verplichtingen, en de vrouw aan de man. Het huwelijk is niet, zoals in het Westen, een vrijwillige unie. Als ik in therapiegroepen aan die vrouwen vertel dat ze niks verplicht zijn te doen, trekken ze zulke verbaasde ogen.' Met haar vingers spert ze haar ogen wagenwijd open: '"Hoezo, we zouden niets verplicht zijn?" Dat begrijpen ze niet.'

'De man is hoofd van het gezin. Hij is de kostwinner, hem moet je gehoorzamen, en hij legt verantwoordelijkheid af aan jou. Dit gelooft hij, maar zij ook. Zij is volledig afhankelijk van haar man, vertrouwt hem haar leven, haar kinderen, alles op aarde toe. Haar grootste angst is hoe ze het in haar eentje zou moeten rooien.'

Toen de staat aan iedereen nog gegarandeerd werk verschafte, was de verantwoordelijkheid van het kostwinnerschap geen probleem. Jarosjenko: 'Maar nu moest hij ineens zelf bedenken hoe aan geld te komen. Hij kon niet begrijpen dat de staat ineens geen verplichtingen meer had tegenover hem. Velen lukte het niet werk te vinden, of zich om te scholen.'

Geweld vindt eerder plaats als de verhoudingen meer autoritair zijn, vervolgt Jarosjenko, en meestal in armere gezinnen. Er is onvoldoende geld om rustig de dag van morgen af te wachten. En dat botst met het verwachtingspatroon van de Oekraïense vrouwen. Het leidt tot spanningen.

Jarosjenko: 'Belangrijk voor vrouwen in het huwelijk is zekerheid. Dat de kinderen elke dag te eten hebben, dat ze onderwijs krijgen. Als dat in gevaar komt, wordt ze onrustig, dan gaat ze eisen stellen. Dat begint haar man ook te verontrusten. Maar een man houdt zijn emoties binnen, hij wil of kan niet tegen zijn vrouw zeggen dat het hem niet lukt, dat hij hulp nodig heeft.'

'Voor mannen is alcohol dan vaak de uitvlucht. Maar die alcohol bevrijdt ook de onderdrukte emoties. Mannen met problemen zoeken de oorzaak vaak buiten zichzelf, en dan zijn zijn naasten het eerste schuldig. Zij zijn van hem afhankelijk. En als zijn vrouw haar mond tegen hem opendoet, of hem alleen wil steunen in zijn zorgen, kan dat agressie opwekken.'

Victoria M.
'Nu begrijp ik dat het geweld al bij mijn ouders begon. Mijn moeder hield ervan macht uit te oefenen. Ik wilde bijvoorbeeld naar een club. Zij maakte dan een scène, tot tranen aan toe. Ze schold me uit, soms sloeg ze ook. Mijn zus zei dat ze me haatte vanaf het moment dat ik geboren werd. Vanaf het begin wilde ze me vernederen en beledigen. Ook zij sloeg me soms.'

Huiselijk geweld wordt vaak niet als ongeoorloofd ervaren, omdat mensen ermee worden grootgebracht. Kolonel van de politie Aleksej Lazarenko, die zich landelijk bezig houdt met de bescherming van kinderen, verwoordt het kernachtig: 'Als een vader slaat is dat normaal. Hoe moet je anders kinderen opvoeden?' zegt hij met een verbaasde glimlach. 'Om een kind op te voeden zet je hem met zijn knieën op zout. Dat zijn net kleine scherpe steentjes, zeer pijnlijk. Of je slaat met de riem, zoals ook nog te zien is in oude sovjetfilms.'

De verdraagzaamheid van Oekraïense vrouwen wordt een positieve eigenschap dankzij de volkswijsheid 'Draag nooit vuil het huis uit'. In de regel komen vrouwen naar het centrum toe als hun kracht om het lijden nog te verdragen op is, legt Jarosjenko uit. 'Vaak duurt het jaren voor de hand geheven wordt. Meestal is er sprake van een ketting van geweld, heeft ze eerder al seksueel of psychisch geweld ondergaan.'

Omdat de vrouwen hun problemen liever binnenshuis houden en verdraagzaam zijn, raken ze sluipenderwijs gevangen in een web van afhankelijkheid. Jarosjenko: 'Als de kinderen nog jong zijn, geven ze alle aandacht aan de kinderen. Moeders vergeten zichzelf en begraven hun persoonlijkheid. Vanwege de kinderen moet het gezin worden behouden. Vaak komen ze naar ons toe op het moment dat de kinderen het huis uitgaan.

Ze staan alleen tegenover hun man en begrijpen het niet meer. Ze vinden zichzelf niet goed genoeg, schamen zich en voelen zich schuldig dat hij hun slaat. Al die jaren werd ze geslagen, uitgescholden en vernederd en had ze niet door dat ze slachtoffer was. Als ze in therapie komen zeg ik: "Je houdt zoveel van je man en je kinderen, maar houd je wel van jezelf?" Dan zijn ze verbaasd, dat begrijpen ze niet.'

Volgens Bondarovska is de economische onafhankelijkheid van veel vrouwen ook een belangrijke reden waarom ze makkelijk slachtoffer worden van geweld. Het stelt ze in staat om voor zichzelf op te komen en het leven in eigen hand te nemen. Zeker in Kiev, waar de huizenmarkt op slot zit en het zonder goed inkomen onmogelijk is om aan woonruimte te komen. Toch bevinden de meeste gezinnen waarin geweld voorkomt zich aan de onderkant van de samenleving.

De wettelijke bescherming tegen huiselijk geweld is niet effectief. 'Dit probleem geldt voor meer wetten', vertelt Larisa, 'omdat wetten vroeger per decreet uit Moskou kwamen, is er nu een tekort aan deskundige juristen die in staat zijn wetten te evalueren en eventueel aan te passen. De wet op huiselijk geweld, die in 2001 werd ingevoerd en de eerste was op dit vlak, geeft de politie hooguit de mogelijkheid een boete te geven aan de dader. Daadwerkelijk ingrijpen kan alleen als iemand zeer gewelddadig is en zijn vrouw bont en blauw slaat. Dit valt echter niet onder de wet op huiselijk geweld, de man wordt dan vervolgd voor een specifiek misdrijf als mishandeling.'

Kolonel Lazarenko: 'Een man slaat zijn vrouw zo dat er geen blauwe plekken ontstaan. Of het is koud, hij neemt haar haar kleren af, omdat hij die nu eenmaal gekocht heeft, stuurt haar zonder kleren de straat op en draait de deur dicht. Dat is ook huiselijk geweld, maar wij kunnen weinig doen want dat is niet strafbaar.

Iemand heeft bijvoorbeeld een blauwe plek, dat is geen misdaad waar automatisch vervolging voor wordt ingezet. Je mag dan zelf naar het gerecht stappen. Maar een advocaat is duur, het gezinsbudget klein. Het slachtoffer moet dan zelf een officiële verklaring opzetten, terwijl ze geen kennis van het recht heeft. Dat maakt haar bang, ze doet al geen aangifte meer.'

De volgende stap is dat hij voor een jaar op een controlelijst komt, vervolgt Larisa. De politie houdt hem in de gaten, komt af en toe langs om te vragen hoe het gaat. Soms helpt het, maar vaak gaat alles gewoon door.

Ten slotte kan er een waarschuwing worden gegeven dat hij zijn vrouw niet meer mag opzoeken, haar niet mag bellen of lastigvallen. Maar het is niet mogelijk om de geweldpleger het huis uit te krijgen, dus als ze in één huis wonen heeft dat geen zin. Omdat op huiselijk geweld geen strenge sancties mogelijk zijn maken de maatregelen weinig indruk op de geweldplegers.

Agenten missen sowieso de juiste psychologische achtergrond, ondervindt Lazarenko. In groot-Kiev, een gebied met meer dan drie miljoen inwoners, zijn slechts honderd gespecialiseerde agenten. Lazarenko: 'Hoe ga je met het slachtoffer om, hoe met de dader? De agent moet rustig vragen wat er is gebeurd, in wat voor gezin ze woont, hoe is het gekomen. Op een gegeven ogenblik vertelt ze misschien hoe vaak ze wordt geslagen, dat ze in het ziekenhuis is geweest. Dan is het al geen één keertje, maar kwade wil.'

Victoria M.
'Van mijn schoonouders mocht ik hem niet zeggen hoe de kinderen op te voeden, ik mocht geen eigen beslissingen nemen. Ze beledigden mij. Ik weet niet waarom, maar ik zweeg. Toen begreep ik nog niet wat voor plaats geweld in mijn leven had. Daarnaast begon mijn man weer drugs te gebruiken. Ik kocht een ticket en vertrok naar Kiev. Later, toen het leven zijn gang weer nam en ik tijd had naar mezelf te luisteren, begon ik over mezelf na te denken. Ik begreep dat onze relatie niet goed was.'

Het centrum van Jarosjenko biedt slachtoffers van huiselijk geweld naast psychologische en juridische steun, de mogelijkheid om twee maanden in hun opvanghuis te verblijven. Maar behalve de zestien bedden van Jarosjenko is er slechts één ander opvanghuis in Kiev, en nog één voor de rest van Oekraïne.

Jarosjenko: 'Als een vrouw nergens meer heen kan en op straat belandt, kan ze in het opvanghuis haar zaken op orde brengen en tot rust komen. In het opvangtehuis kan ze nieuwe mogelijkheden onderzoeken. Ze kan een fatsoenlijke baan vinden, waardoor ze een eigen woning kan huren, of anders, werk waarbij ze in een obsjezjitije kan wonen.'

Aangekomen bij het opvanghuis aan de rand van de stad moet ze even zoeken. 'Als zich vrouwen melden voor opvang, worden ze door ons centrum opgehaald. Hier kom ik weinig.' Het opvanghuis bevindt zich in een gewoon flatgebouw. Onder de bomen voor de flat zitten twee oude mannen te discussiëren, kinderen spelen op de bontgekleurde speelrekken.

De voordeur is aan de zijkant van het gebouw; er is geen naamplaatje, alleen een deurbel wijst op bewoning. Op de vloer liggen tapijten met bruingetinte bloemen, de bedden zijn strak opgemaakt, aan de muur in de gezellig aangeklede huiskamer hangen felgekleurde clowns en op tafel staan verse bloemen. De warme atmosfeer contrasteert enigszins met de stilte. 'Veel vrouwen zijn kortgeleden vertrokken,' verklaart directrice Klavdija Tarannikova, 'en de rest is nu naar hun werk.'

Tarannikova wil dat de slachtoffers van geweld weerbaar worden zodat ze niet meer bang zijn voor hun man. 'Maar het belangrijkste hier is vrijheid,' zegt ze. 'En de vrouwen moeten leren wat het is gerespecteerd te worden. We vertellen ze welke mogelijkheden er zijn om zonder geweld te leven, maar we zeggen ze nooit wat ze moeten doen. Ik respecteer elke beslissing, ook als ze weer terug gaan. Dan zijn ze in ieder geval veranderd, ze begrijpen wat geweld is en noemen het ook zo.'

Jarosjenko: 'In zoverre we kunnen helpen, helpen we, maar niet alle varianten zijn positief. Vaak zijn ze gedwongen na twee maanden weer terug te keren naar huis, naar de oude situatie.'