René Does
En weer werden Moskou, Rusland en de rest van de wereld opgeschrikt door bloedige en afstotelijke terroristische aanslagen. Op maandagochtend 29 maart 2010 ging om 07.56 uur bij metrostation Loebjanka in het centrum van Moskou een bom af in een metrowagon tijdens het in- en uitstappen van passagiers. Veertig minuten later ging er een tweede bom af bij metrostation Park Koeltoery, eveneens gelegen aan de rode lijn van de Moskouse metro. Bij beide aanslagen kwamen 39 mensen om het leven en vielen 72 gewonden.
Alles wijst erop dat separatistische moslimextremisten uit de Noord-Kaukasus achter de aanslagen zitten. Beide springladingen zaten zeer waarschijnlijk op het lichaam van twee vrouwelijke zelfmoordterroristen uit de Noord-Kaukasus. De springstof werd via mobiele telefoons op afstand tot ontploffing gebracht.
Volgens directeur Aleksandr Bortnikov van de binnenlandse veiligheidsdienst FSB werd bij metrostation Park Koeltoery het afgerukte hoofd van een jonge vrouw gevonden en bij station Loebjanka 'een deel van het lichaam van een oudere vrouw'. Beveiligingscamera's zouden hebben geregistreerd dat zij bij metrostation Joego-Zapadnaja (Zuidwest) naar binnen waren gegaan en daarbij werden vergezeld door twee vrouwen met een slavisch uiterlijk. Naar deze vrouwen wordt nu gezocht. (www.expert.ru/articles/2010/03/29/).
Als deze versie klopt, en alles wijst daarop, hebben zogenoemde 'Zwarte Weduwen' weer toegeslagen. Deze benaming verwijst naar vrouwen uit de Noord-Kaukasus, meestal Tsjetsjeense vrouwen, die uit woede en verdriet om het verlies van echtgenoten of directe mannelijke familieleden wraak nemen op Rusland.
Het verschijnsel van vrouwelijke zelfmoordterroristen is inmiddels geworteld in de Noord-Kaukasus en deze tactiek werd voor het eerst toegepast in juni 2000 bij een terroristische aanslag op de Russische legerbasis bij Alchan-Joert in Tsjetsjenië (ej.ru/?a=note).
De metroaanslagen van 29 maart waren de zevende op rij in de Moskouse ondergrondse sinds begin 1977, toen op 8 januari drie Armeniërs die de hereniging van de regio Nagorno-Karabach met Armenië bepleitten een bom tot ontploffing brachten in een wagon tussen de metrostations Izmajlovskaja en Pervomajskaja. Verder waren ze de tiende terroristische aanslag in Moskou in iets meer dan tien jaar tijd.
Bovendien werden ze uitgevoerd in een levensader van de Russische hoofdstad, de metro. Een van de twee aanslagen vond plaats bij metrostation Loebjanka, bij het hoofdkwartier van de binnenlandse veiligheidsdienst FSB.
Metrostation Park Koeltoery heeft geen aparte symboolwaarde, maar is wel een bijzonder druk overstapstation tussen de rode lijn en de ringlijn die alle Moskouse metrolijnen met elkaar verbindt. De aanslagen betekenden daarom hoe dan ook gezichtsverlies voor de Russische leiders, die de laatste tijd regelmatig verklaarden dat het terrorismeprobleem in de Noord-Kaukasus onder controle was.
Premier Vladimir Poetin, die op werkbezoek was in het Siberische Krasnojarsk en dit bezoek afbrak om terug te vliegen naar Moskou, verklaarde opnieuw dat 'terroristen zullen worden vernietigd'. President Dmitri Medvedev verkondigde dat de operaties tegen terroristen 'zonder twijfel en tot het einde' zouden worden voortgezet.
Bekend werd verder dat de begrafeniskosten voor de dodelijke slachtoffers zouden worden vergoed en dat hun familieleden 300.000 roebel (7500 euro) schadevergoeding zouden krijgen. Zwaar gewonden kunnen op 100.000 roebel schadevergoeding rekenen, de licht gewonden op 50.000 roebel. Poetin deed een oproep aan 'ondernemers in het midden- en kleinbedrijf in de transportsector' (taxichauffeurs dus) geen misbruik te maken van de situatie in de metro door de ritprijzen sterk te verhogen. Wat ze wel meteen deden.
Waarom deze terroristische aanslagen op dit moment? Een veel gehoorde versie luidt dat ze een antwoord van de terroristen zijn op enkele recente successen van de Russische autoriteiten in de strijd tegen terroristenleiders, een 'vendetta' kortom.
Begin maart werd in de Noord-Kaukasische republiek Ingoesjetië Said Boerjatski geliquideerd. Boerjatski werd verantwoordelijk gehouden voor de aanslag begin december op de Neva Expres, de sneltrein tussen Moskou en Sint Petersburg. Het betrof een jonge Rus uit de stad Oelan-Oede in de deelrepubliek Boerjatië, die in werkelijkheid Aleksandr Tichomirov heette. Hij had de islam aangenomen en zich aangesloten bij de Tsjetsjeense opstandelingen. Daar kreeg hij de naam Said Boerjatski.
Later in de maand werd in het Tsjetsjeense district Vedeno Abu-Haled gedood, een Arabier die zich bezig zou hebben gehouden met 'de technische en mentale voorbereiding' van zelfmoordterroristen. Verder werd in de hoofdstad Naltsjik van de deelrepubliek Kabardino-Balkarië nog de islamitische krijgsheer Anzor Astemirov gedood. Hij gaf zich uit als de leider van een 'emiraat' in de Noord-Kaukasus. (www.kp.ru/article/24463.5/624624).
Andere analisten stellen dat aanslagen als die in de Moskouse metro getuigen van lange voorbereiding en een doordachte terroristische tactiek. In dit scenario komt met name de Tsjetsjeense opstandelingenleider Dokoe Oemarov in beeld. Hij dreigde al in april 2009 dat het 'terdoodveroordeeldenlegioen' van wijlen Sjamil Basajev, Riad-As-Salichin, geheel was hersteld en zijn acties tot buiten de Noord-Kaukasus zou uitbreiden (http://ej.ru/?a=note).
Basajev was de Tsjetsjeense terroristenleider die verwantwoordelijk was voor beruchte aanslagen als de gijzeling van het ziekenhuis in Boedjonnovsk (augustus 1994) en de school in Beslan (september 2004). Basajev werd op 10 juli 2006 gedood.
Is er met Oemarov een opvolger van Basajev opgestaan? Terwijl de Russische autoriteiten stellen dat in de Noord-Kaukasus ongeveer vijfhonderd opstandelingen nog actief zijn, kan Oemarov volgens eigen zeggen een beroep doen op 'tien-, twintig-, dertigduizend moehadjidin' (Vremja Novostej, 29 maart 2010).
Verschillende politieke commentatoren stellen ook dat het al dan niet islamitisch geïnspireerde separatisme in de Noord-Kaukasus extra vleugels heeft gekregen door de erkenning door Rusland van de onafhankelijkheid van Abchazië en Zuid-Ossetië na de oorlog tegen Georgië in augustus 2008. Want blijkbaar zijn de landgrenzen in de Kaukasus voor Rusland niet onaantastbaar.
Anders dan de Russische leiders en hun zetbaas Ramzan Kadyrov in Tsjetsjenië willen doen geloven, lijkt het separatistische moslimterrorisme nog niet helemaal te zijn teruggedrongen tot de Noord-Kaukasus. Een einde aan de cyclus van aanslag en wraak, van actie en reactie, tussen Rusland en de Noord-Kaukasische opstandelingen, kan nog lang op zich laten wachten.
Ongetwijfeld zullen in Rusland de veiligheidsmaatregelen de komende tijd verder verscherpt worden. Zo wordt er gesproken over de invoering van detectiepoorten voor metalen voorwerpen in de Moskouse metro en een landelijke bank van vingerafdrukken en DNA van alle inwoners van de Russische Federatie, inclusief de Noord-Kaukasus. (www.gazeta.ru, 29 maart 2010)