René Does
Het Europese Kampioenschap Voetbal 2012 in Polen en Oekraïne was het eerste EK in Oost-Europa. Er zijn een aantal lessen uit dit toernooi te trekken voor het eerste wereldkampioenschap voetbal in Oost-Europa, het WK van 2018 in Rusland. Vooral deze: reken op hogere uitgaven dan gedacht en lagere inkomsten dan gepland. En werk aan een goed imago van het land.
Polen en Oekraïne hebben samen 36 miljard euro dollar uitgegeven aan de organisatie van het EK Voetbal. Hier stonden een magere 300 miljoen euro aan inkomsten tegenover. De uitgaven moeten vooral als investeringen in de toekomst van de landen worden gezien: in verbetering van de infrastructuur en hierdoor van het economische klimaat, in arbeidsplaatsen en in bekendheid voor extra toerisme.
De inkomsten in Polen en Oekraïne vielen veel lager uit dan begroot. Dit kwam vooral doordat er veel minder supporters kwamen dan gedacht. Beide landen dachten tegen de één miljoen buitenlandse supporters te mogen ontvangen, maar dit bleek nog niet de helft te zijn. Daarbij gaven de supporters die wel kwamen minder uit dan werd verwacht.
De uitzonderlijk hoge uitgaven in Polen en Oekraïne waren vooral het gevolg van de enorme investeringen in nieuwe infrastructuur die nodig waren, in stadions, hotels, wegen en hogesnelheidslijnen van treinen. Er moesten grote afstanden overbrugd worden, met name in Oekraïne.
Maar dan nog lukte het niet alle geplande infrastructurele werken op tijd af te krijgen of op volle capaciteit te laten werken. Polen bleef een land van langzame tweebaanswegen en de nieuwe stations in de metro van Warschau waren niet op tijd klaar. De nieuwe hogesnelheidslijn in Oekraïne tussen Kiev en Donetsk kon niet aan de vervoersvraag voldoen.
Lachende gezichten in het Russische kamp na de toekenning op 2 december 2010 van het WK voetbal 2018. Foto: kremlin.ru
Voor Rusland worden de uitgaven voor het WK in 2018 nog veel hoger begroot vanwege de nog grotere noodzakelijke investeringen in nieuwe infrastructuur en de nog veel grotere afstanden in dit enorme land. De bouw van nieuwe stadions en renovatie van bestaande wordt begroot op vier miljard dollar. De bouw en renovatie van wegen staat voor 8,6 miljard dollar op de uitgavenlijst en de aanleg van hogesnelheidslijnen voor het astronomische bedrag van 84 miljard dollar. Ter vergelijking: in Duitsland werd er in 2006 zes miljard euro uitgegeven aan investeringen en in Zuid-Afrika in 2010 voor het WK Voetbal 3,5 miljard dollar.
Bij elkaar opgeteld gaan de noodzakelijke investeringen in Rusland voor het WK van 2018 in de richting van de honderd miljard dollar. Vanwege gesloten aanbestedingen en corruptie, zo bleek in Oekraïne, kan dit bedrag hoger uitvallen dan begroot. En hier staan maar twee miljard dollar aan geplande inkomsten tijdens het WK in 2018 tegenover.
Kortom, de Russen moeten erop worden voorbereid dat de organisatie van het WK in 2018 het land veel geld gaat kosten, stelden verslaggevers Jelena Zigmoend en Vladimir Rausch van het weekblad Itogi (2012, nr. 26). Geld dat waarschijnlijk moet worden opgebracht door maatregelen als verhoging van de BTW en accijnzen. 'Er wordt wel gezegd dat voetbal het kostbaarste is dat we bezitten. De Polen en Oekraïners weten inmiddels wat dit inhoudt. Ieder van ons moet beseffen wat dit ook voor ons gaat betekenen in 2018, of je nu voetballiefhebber bent of niet.'
De veel lagere buitenlandse supportersaantallen waren ook een grote tegenvaller voor de hotels, restaurants, taxichauffeurs, souvenirverkopers en prostituees in de Poolse en Oekraïense speelsteden. Vaak zien zij in westerse bezoekers wandelende portemonnees die kunnen worden leeggetrokken.
De luxe en betere hotels, die vele honderden euro's per nacht vroegen, stonden vooral in Oekraïne voor de helft leeg. Restaurants kwamen erachter dat voetbalsupporters zich vooral voeden met fastfood en bier: bierverkopers waren de enigen die niet klaagden over de inkomsten. Prostituees hadden vaak tevergeefs hun tarieven verhoogd van 50 naar 150 euro. Taxichauffeurs moesten tandenknarsend toezien hoe supporters in supportersmarsen van de stadscentra naar de stadions liepen, een voor Oost-Europeanen tot dan toe onvoorstelbaar gebruik, want wie geld heeft loopt niet en zit niet in het openbaar vervoer.
Daarnaast wezen de ervaringen in Polen en Oekraïne uit dat er beter gedacht moet worden aan eenvoudige ondersteunende diensten als politieagenten die een woordje Engels kunnen spreken, snelle internetverbindingen en genoeg openbare toiletten. Zo moesten er iedere morgen in en rond de fanzone in Warschau grote schoonmaakwerkzaamheden worden verricht om de urineresten van de massa bierdrinkers voor de nieuwe avond weer weg te werken.
'De ervaringen in Oekraïne tonen aan dat er drie succesfactoren zijn voor de organisatie van internationale voetbaltoernooien (naast de investeringen in de sportieve infrastructuur): de aanwezigheid van goedkoop onderdak, betaalbaar eten en drank en gemakkelijke vluchten en treinverbindingen tussen de speelsteden', stelde het dagblad Moskovskije Novosti op 26 juni. Vooral als er niet genoeg betaalbaar vervoer is tussen de steden, kan het WK in 2018 op een organisatorische ramp uitlopen, aldus de krant.
Nog een belangrijke les voor Rusland is dat er ruim vóór 2018 gewerkt moet worden aan imagoverbetering van het land richting buitenlandse voetballiefhebbers. Westerlingen denken vaak, aangemoedigd door berichten in de media, dat je blij mag zijn als je weer levend terugkomt uit een Oost-Europees land.
Vooral Oekraïne had te lijden onder dit imago. Supporters van landen die in Oekraïne speelden, verbleven vaak in Polen om alleen op de speeldag zelf met knikkende knieën naar Oekraïne te vetrekken. Veel supporters hadden ervoor gekozen om aangename steden in de omgeving als thuisbasis te kiezen. Dit betrof vooral Berlijn en Praag.
Maar supporters die wel in Oekraïne verbleven, kwamen enthousiast terug. Oekraïne bleek een veilig en mooi land met vriendelijke en gastvrije inwoners! Voor Rusland wordt het de uitdaging zo'n positief imago ruim vóór het WK Voetbal van 2018 op te bouwen. Anders zullen de tribunes ook daar veel lege plekken vertonen.