Primeur in Nederland: werk van Elena Preis (Moskou) in Amsterdam

Inge Wierda

In het kader van het Nederland-Ruslandjaar 2013 heeft de Ignatius Galerie in Amsterdam een unieke tentoonstelling eigentijdse Russische kunst georganiseerd. Solo-exposant is Elena Preis, een achternicht van Wassily Kandinsky. Preis exposeert geregeld in binnen- en buitenland en was voor de opening op 28 april jl. overgekomen uit Moskou.

Elena Preis (Moskou, 1938) is geboren in stalinistisch Rusland. Niet alleen religie was toen taboe, maar ook abstracte kunst. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat Elena Preis pas in 1962 tijdens haar studie scheikunde aan het Mendelejev Instituut in Moskou te horen kreeg dat ze familie was van de 'formalist' Wassily Kandinsky. Het was het best bewaarde familiegeheim en dat moest zo blijven, aldus haar familie.

Preis in de galerie met op de achtergrond haar werk

Elena Preis in de Ignatius Galerie, april 2013. Foto: Karin de Bont.

Na een inspirerende ontmoeting met de bekende kunstenaar Vladimir Jakovlev (1934-1998) begon ze zelf te schilderen. Vervolgens maakte ze zich grafische technieken eigen onder leiding van de meester-graficus Valeri Orlov (1946).

Al gauw bewoog ze zich in het kunstcircuit, dat in het geheim opereerde. Zo leerde ze non-conformistische kunstenaars als Ilja Kabakov, Michael Grobman en Jevgeni Bachoerin kennen en bezocht ze tentoonstellingen in appartementen en andere geheime locaties. Van informatie over de ontwikkelingen in de westerse kunst was ze afgesloten door het IJzeren Gordijn.

De eerste solo-expositie van Elena Preis vond plaats in Moskou in 1994. Ze toonde een reeks prenten met Bijbelse motieven in de Velta Galerie: zwart-wit en in kleur, en gedrukt op verschillende soorten papier van wisselend formaat. Een ingrijpende hartoperatie had haar bewegingsvrijheid beperkt en aangezet tot een aandachtige bestudering van de Bijbel.

De gezondheidsproblemen van Preis speelden tijdens Gorbatsjov's opzienbarend beleid van perestrojka en glasnost. De kerstening van Rusland (988) werd toen officieel herdacht en er verschenen kerkdiensten in het openbaar op de staatstelevisie. Aan huis gekluisterd besloot ze om de haar bekende thema's van ikonen in een modern jasje te steken. Het gaf haar veel voldoening de moderne beeldtaal hiervoor te kunnen aanwenden.

werk van Preis

Jacob worstelt met de engel, 1992, houtsnede.

De expositie in de Velta Galerie werd goed ontvangen; de technisch perfecte uitvoering van de prenten, de krachtige vormentaal, en haar oog voor kleur werden alom opgemerkt en geprezen. Valeri Orlov schreef enthousiast: 'In de sterke, gewillige handen van de ambachtsman, streeft het gereedschap naar verfijning en decoratie; in de handen van een kúnstenaar streven ze naar eenvoud en expressie.'

Voor de Bijbelse serie (1989-96) gebruikte Preis een bewerkelijke druktechniek: de hoogdruk van hout- en linoneumsnedes. Trefzeker heeft ze de vormen weggesneden in het stugge materiaal - hout - zodat ze van de uitgespaarde vormen een stempeldruk kon maken. Deze techniek dwong Preis de vormen die ze wenste over te houden van tevoren te schetsen en zich tot de kern van het verhaal te beperken. Haar Bijbelse prenten zijn krachtig van vorm en inhoud.

Geleidelijk kregen lino's de overhand, omdat dit medium snel werken mogelijk maakte, en het gutsen van diagonale en gebogen lijnen in het bijzonder. Zo bood dit materiaal haar uitkomst toen ze ontevreden was over een houtsnede die ze gemaakt had van 'Het laatste avondmaal'. Nadat ze de voorstelling overgezet had op linoleum, was het resultaat naar wens.

Na de succesvolle solo-expositie in 1994 trad Preis toe tot de Unie van Kunstenaars in Moskou, exposeerde ze geregeld in binnen- en buitenland en stapte ze geleidelijk over op het werken mét en óp papier. Deze verandering was voor Preis van doorslaggevende betekenis. Ze stelde haar in staat de fenomenale werkelijkheid van haar vroegste werk (landschapsaquarellen) alsook de narratieve en symbolische aspecten van de Bijbelse serie geheel los te laten en tot abstractie over te gaan.

In de tweede helft van de jaren negentig maakte Preis behalve enkele dynamische en kleurrijke abstracte lino's, collages van kranten, gekleurd papier, hout, touw en lijm op geschept papier. Reeds in de jaren tien van de 19de eeuw had de collage bewezen dat de imitatie van de natuur niet het enige uitgangspunt van kunst hoefde te zijn. De collage had kunstenaars in Parijs en Moskou in staat gesteld de aandacht van de zichtbare werkelijkheid en traditionele kunstvormen te verschuiven naar de onzichtbare werkelijkheid en de eindeloze mogelijkheden van de beeldelementen en materialen zelf.

lino van Preis

Balans van grote vormen, 1995, lino.

Toen Preis die bron van creatie ontdekte, was ze vrij om abstract te kunnen werken. Het was voor haar onmogelijk geworden tot de figuratieve kunst terug te keren. In abstract werk kon zij haar intuïtie laten spreken en subtielere werkelijkheden exploreren.

De collages en de vrolijke witte papiersculpturen die Preis tegenwoordig maakt, roepen abstracte constructivistische werken van de vroeg twintigste-eeuwse Russische avant-garde in herinnering. Preis is ongetwijfeld bekend met de reliëfs van Tatlin en Popova uit 1915. Daarin kwamen ongebruikelijke materialen op kubo-futuristische wijze los van de wand of het platte doek, de ruimte in. Tegelijkertijd passen haar werken op papier in de Russische kunstscène van haar tijd en kan zij wellicht tot de zogenaamde neo-avantgardisten gerekend worden.

De minimalistische papierreliëfs die Preis sinds 1997 maakt, zijn in een kleur of non-kleur gehouden. Wit op wit vormen zij een ode op het leven zelf.

Toen de kunstenares papier eenmaal als universeel medium ontdekt had, kende haar innovatievermogen geen grenzen. Ze verkleeft papier in allerlei vormen en maten, richtingen en ritmeringen op het witte karton. In de Ignatius Galerie in Amsterdam waren bijvoorbeeld drie totaal verschillende werken te zien die als een triptiek in de 'absis'ruimte hingen: het linker reliëf met grote- en kleine vierhoekige papiervlakken, het middeldeel met een hoogopstaande verticale baan van grote scheursels geflankeerd door kleinere; en het rechterdeel met dunne diagonale buizen, doorkruist door kleinere daaraan verkleefde rechthoekige papiervlakjes.

Preis maakt zichtbaar gebruik van het spel van licht en schaduw op papier, evenals van het effect van vouwen en scheuren in het papier. Nooit verliest ze de constructie en dynamiek van de compositie uit het oog. De witte achtergrond werkt als bij Malevich' suprematistische schilderijen, als een oneindige kosmische ruimte waar haar papiervlokken ongehinderd door tijd en zwaartekracht vrolijk en vrij doorheen zweven. Haar papierreliëfs zijn originele creaties en spreken voor zichzelf. Preis is erin geslaagd met ongekend minimale middelen een eenvoudig, puur en optimaal resultaat te creëren.

Niet voor niets heeft de kunstenares op even provocerende wijze als Malevich in 1915, geheel links van de triptiek een zwart vierkant op een wit papieren drager geplaatst. Hoewel haar Bijbelse prenten menig bezoeker direct aanspreken wegens de ons vertrouwde beeldtaal, heeft haar abstracte werk duidelijk een diepere betekenis. In haar geboorteland en ook hier wordt deze dikwijls niet herkend of gewaardeerd.

Het feit dat in dit werk niet een bekend verhaal met spirituele lading te lezen valt, betekent echter niet dat het niet verteld wordt. Ook Preis verwijst naar een hogere werkelijkheid als op ikonen, een werkelijkheid waar liefde, harmonie en evenwicht heersen. Haar zwarte vierkant is als Malevich' equivalent een moderne ikoon waarop het gezicht van de Oneindige te lezen is: het niets of het alles, present maar onzichtbaar.


Dr. Inge Wierda is kunsthistoricus, gespecialiseerd in Russische kunst. Zij was gastconservator van de tentoonstelling Hedendaagse Russische kunst. Elena Preis uit Moskou, Ignatius Galerie, Amsterdam, 28 april-30 juni 2013.