Populariteit ondanks verarming

Jan Limbeek

De economische crisis in Rusland is veroorzaakt door de ineenstorting van de olieprijs, gebrek aan hervormingen en corruptie, mondiale economische vertraging en sancties. De prijs van de crisis is voornamelijk betaald door de bevolking.

Een van de doelen van de afgekondigde sancties was de val van het Poetin-regime, hoewel dit nauwelijks hardop werd gezegd. De gedachte was dat de stagnerende economie met sancties de doodsklap zou krijgen. Sancties, nog verergerd door de Russische tegensancties, zouden de bevolking verarmen, waarna zij zich zou keren tegen de leiding. Die zouden gedwongen worden om toe te geven aan de westerse eisen of het veld moeten ruimen.

lijngrafiek

Percentage respondenten dat Poetins beleid goedkeurt, augustus 1999-mei 2016.

grafiek met lijn tevredenen en ontevredenen over Medvedev

Percentage respondenten dat Medvedevs beleid goedkeurt, februari 2007-mei 2016.

grafiek met lijn tevredenen en ontevredenen over de regering

Percentage respondenten dat het beleid van de regering goedkeurt, januari 2000-mei 2016.
Bron van de bovenstaande grafieken: Levada Centrum

De theorie was mooi, maar de praktijk geheel anders. Sinds de annexatie van de Krim in maart 2014 is Poetin alleen maar populairder geworden. Ruim vier op de vijf Russen is tevreden of zeer tevreden met hem. Bezuinigingsmaatregelen van de regering worden zonder veel morren aanvaard. In het Westen worden bezuinigingen van de regering daarentegen bijna altijd door het electoraat bestraft.

De nevenstaande grafiek laat zien dat het goedkeuringspercentage van Poetin sinds augustus 1999 (tot en met december 1999 was hij premier) nooit beneden de 60 procent belandde. Tussen november 2012 en januari 2014 was een relatief laag percentage van de respondenten van nog geen 65 procent tevreden met zijn beleid. Sinds maart 2014 keurt 80 procent of meer in het algemeen het beleid van Poetin goed.

Premier en president (2008-2012) Dmitri Medvedev volgt de populariteitslijn van Poetin, maar op een lager niveau. Alleen in november 2013 en januari 2014 waren er iets meer respondenten ontevreden dan tevreden. In mei 2016 keurde 54 procent van de respondenten het beleid van Medvedev goed.

De regering volgt grofweg de populariteit van Poetin en Medvedev, maar wederom op een lager niveau. In mei 2016 was het aandeel tevreden respondenten net zo groot als het aandeel ontevredenen: 49 procent.

Vaak is te horen dat televisie-monopolie van het Kremlin, en het grote staatsaandeel in de overige media, de publieke opinie stuurt. Maar het is de vraag of de media wel zoveel invloed kunnen uitoefenen. Propaganda kan de publieke opinie best voor een deel, maar niet geheel (om-)vormen. De Russische samenleving wordt bijvoorbeeld echt niet homovriendelijk of geneigd de Krim te retourneren aan Oekraïne als de media opeens een pro homo beleid zouden propageren of zouden aansturen op teruggave van de Krim.

Koopkracht
Het bovenstaande neemt niet weg dat de Russische bevolking in 2014 en 2015 aanmerkelijk armer is geworden, zeker als het inkomen gemeten wordt in euro's. Ten opzichte van 2013 is de nominale waarde van de roebel zeventig procent afgenomen. De reële waardevermindering van de roebel was een stuk kleiner omdat de inflatie in Rusland veel hoger is dan in euroland.

Uitgedrukt in roebels is het gemiddelde loon in Rusland reëel 10 procent verminderd in 2015 omdat de loonstijging is achtergebleven bij de inflatie. Uitgedrukt in buitenlandse valuta, zoals euro's, is het loon met een kwart afgenomen. Maar zolang het loon niet wordt omgerekend in buitenlandse valuta of grotendeels naar importgoederen gaat, is de afname minder groot dan het lijkt.

Het gemiddelde loon in Rusland was in 2013 704 euro en in 2015 498 euro. Heden ten dage is de daling bijna gestopt: in mei 2016 bedroeg het gemiddelde loon 36.570 roebel (491 euro), een procent minder dan in mei 2015.

Volgens een recent onderzoek was tussen april 2015 en maart 2016 was het maandloon in Rusland 500 euro. Dit is een gemiddelde. Arbeiders in de textielindustrie verdienden de helft minder: 240 euro. Aan de andere kant levert industrieel werk in de chemie en metaal meer op: 600 euro. Productie en transport van olie en gas is nog lucratiever: 1.000 euro. Werknemers in de olieraffinage verdienen het best: 1.300 euro. Ambtenaren verdienen 600 euro, medewerkers in de gezondheidszorg, onderwijs en handel zo'n 400 euro. Bouwvakkers verdienen 440 euro.

Om twee redenen is de feitelijke koopkracht in Rusland hoger dan het officiële loon suggereert:

  1. Het deel van het loon dat vrij besteedbaar is aan goederen of diensten is in Rusland veel hoger dan elders in Europa. In het Westen gaat een veel groter deel van het loon naar belastingen, woonlasten, hypotheken, energie en andere vaste lasten.
  2. De Staatsdienst voor de Statistiek Rosstat schat dat het gemiddelde loon in Rusland zo'n 15 procent hoger ligt omdat dit niet wordt opgegeven. Met name in de handel en de bouw wordt het loon aangevuld met enveloppen.

Een grote meevaller in de huidige economische crisis is dat de werkloosheid volgens de internationale ILO-definitie niet hoog is en nauwelijks is opgelopen. In mei 2016 waren er naar schatting 4,3 miljoen werklozen. Dit is 5,6 procent van de beroepsbevolking en 0,3 procent meer dan in mei 2015.

Prijsstijgingen
Russische non-food goederen hebben niet te maken met de wisselkoers en zijn dus minder in prijs zijn gestegen. Russische voedingswaren daarentegen zijn fors duurder geworden omdat Russische tegensancties het aanbod uit het buitenland hebben verminderd. In 2015 steeg de voedselprijs met bijna een vijfde ten opzicht van 2014, maar dit jaar blijft de prijsstijging van voedingswaren achter bij de algehele inflatie. De voedselprijzen stegen in mei met 5,6 procent op jaarbasis, terwijl de prijzen van non-food en diensten met 8,4 procent stegen. De totale inflatie bedroeg 7,3 procent. Vooral arme Russen, die hun inkomen voornamelijk aan voedsel besteden, leden hieronder in 2015, maar profiteren nu.

Rijkere Russen zien hun koopkracht nu nauwelijks meer dalen, want de door hun gekochte importgoederen of buitenlandse vakanties stijgen door de duurdere roebel sinds eind januari 2016 minder in prijs dan in 2015. De meeste individuele Russen en bedrijven zijn blij met de huidige beperking van de inflatie en appreciatie van de roebel.

In 2014 en 2015 had de Russische bevolking veel meer last van de prijsstijgingen van importgoederen. De bestedingen daaraan namen dan ook sterk af. Dit is terug te zien in de handelsbalans. Het overschot is nog steeds aanzienlijk, ondanks de enorme prijsdaling van olie en andere grondstoffen. De exportinkomsten zijn daardoor met ruim eenderde afgenomen. Maar de afname van de import is nog groter geweest. De export daalde in 2015 met 31 procent tot 341 miljard dollar en de import met 37 procent tot 194 miljard dollar.

In de eerste vier maanden van 2016 bleef de export met 32 procent hard afnemen, terwijl de import van goederen veel minder daalde: 13 procent. In april 2016 (in vergelijking met april 2015) was het verschil nog pregnanter: de export daalde met 29 procent tot 22 miljard dollar en de import daalde met 6 procent tot 15 miljard dollar.

Verkiezingen
De Russische bevolking heeft het Kremlin de economische crisis niet echt verweten. Maar het is de vraag of de harde economische maatregelen uit de koker van Aleksej Koedrin, die tegenwoordig belast is met economische hervormingen en naar wie Poetin altijd goed luistert, ook zonder veel protest worden aanvaard en of Poetin het aandurft ze door te voeren. De voormalige Minister van Financiën Koedrin wil bijvoorbeeld de pensioenleeftijd omhoog gooien, waar een groot deel van de bevolking op tegen is.

Als Poetin dergelijke impopulaire besluiten door gaat voeren, dan zullen ze waarschijnlijk niet ver na de lokale en Doema-verkiezingen van 18 september plaatsvinden. In 2018 zijn er namelijk al presidentsverkiezingen en impopulaire maatregelen zouden Poetins herverkiezing in gevaar kunnen brengen, ondanks het verwachte herstel van de economie en van de koopkracht.