Jan Limbeek
Terwijl Nederland summier berichtte over de nieuwste bevolkingsprognose van de VN, werd er in Rusland uitgebreid aandacht aan besteed. Ook de staatsmedia bagatelliseerden de negatieve conclusies voor Rusland niet. Maar in vergelijking met de voorspelde demografische catastrofes voor de meeste buurlanden van Rusland valt de VN-prognose voor Rusland alleszins mee.
Volgens de laatste demografische prognose van de VN zal de wereldbevolking toenemen van de huidige 7,6 miljard, via 9,8 miljard in 2050, naar 11,2 miljard in 2100. De grootste bijdrage aan de groei levert Afrika, waar de bevolking groeit van 1,3 miljard in 2017 via 2,5 miljard in 2050 naar 4,5 miljard in 2100. De enige regio ter wereld waar de bevolking afneemt is Europa, inclusief Rusland.
Mondiale demografische prognoses zijn altijd ongewis, omdat men niet zeker kan weten hoe hoog het geboorte- of sterftecijfer in de toekomst zal zijn. Regionaal komt daar nog onzekerheid omtrent migratie bij. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat de Europese bevolking helemaal niet zal krimpen, omdat de enorme Afrikaanse bevolkingsgroei kan leiden tot grotere migratie naar Europa dan nu wordt aangenomen.
Hoe verder in de toekomst, hoe meer onzekerheid. De demografen van de VN baseren zich op aannames en maken op basis daarvan drie prognoses, waarvan de middelste als dé prognose geldt. Maar er is ook een lage en hoge variant. (De cijfers in dit stuk zijn van de middelste prognosevariant, tenzij anders vermeld.)
De middelste variant is respectievelijk 8,6 miljard in 2030, 9,8 miljard in 2050 en 11,2 miljard aardbewoners in 2100. De wereldbevolking groeit dus deze eeuw met zeer grote zekerheid, maar de groei vlakt wel af. Als het aantal kinderen per vrouw constant zou blijven op het huidige niveau, dan lopen er in 2100 26,3 miljard mensen op aarde. De tragere (of liever: minder snelle) bevolkingsgroei vindt nu al plaats. Tien jaar geleden groeide de wereldbevolking met 1,24 procent per jaar. Nu is dit 1,10 procent per jaar (83 miljoen).
Bevolkingsomvang volgens de middelste prognosevariant,
regionaal (mln.) en per ex-Sovjetrepubliek (x1000)
Rusland
In Rusland daalt het aantal inwoners, net als in de rest van Europa. Niettemin valt de bevolkingskrimp mee in vergelijking met Ruslands buurlanden. Midden 2017 waren er 144 miljoen Russen, exclusief de Krim. Dit worden er 140 miljoen in 2030, 133 miljoen in 2050 en 124 miljoen in 2100. Aldus krimpt de Russische bevolking het resterende deel van de 21ste eeuw met 20 miljoen inwoners. Indien de prognose tenminste uitkomt, hetgeen zelden het geval is.
Er bestaat een enorm verschil tussen de lage en de hoge prognosevariant van de VN-voorspelling. In 2100 heeft Rusland in de lage prognosevariant 77,2 miljoen inwoners en in de hoge prognosevariant 188,4 miljoen. Dus de Russische bevolking kan met 46 procent krimpen, maar ook met 31 procent toenemen.
Volgens de middelste prognose zal de bevolking van Rusland met 14 procent gekrompen zijn in 2100 ten opzichte van 2017 tot 124 miljoen inwoners. In absolute aantallen is de Russische bevolkingsafname het grootst van de regio (min 20 miljoen in 2100), maar relatief is de krimp met afstand het kleinst. In Moldova, Litouwen, Letland en Oekraïne neemt de bevolking volgens de prognose veel eerder en sterker af: al in 2050 met 18 procent of meer ten opzichte van nu.
Alleen de zes moslimlanden die deel uitmaakten van de Sovjet-Unie blijven groeien. Van deze landen beginnen alleen de bevolkingen van Azerbeidzjan en Oezbekistan na 2050 te krimpen. Maar ondanks de voortgaande bevolkingsgroei in de regio is de groei volgens de prognose alleen groot in Tadzjikistan, het armste land van de regio.
In vroegere prognoses van vele verschillende, ook Russische, organisaties was de Russische bevolkingskrimp veel groter. In de bevolkingsprognose van 2011 verwachtte de VN een bevolkingsomvang van 126 miljoen voor Rusland in 2050, 7 miljoen minder dan in de huidige revisie van 2017. In de prognose daarvoor, gepubliceerd in 2009, dachten de experts van de VN dat de Russische bevolking in 2050 116 miljoen inwoners zou omvatten. Voor 2100 waren de verschillen nog groter. Oudere prognoses waren nog negatiever.
De laatste jaren zijn de demografische prognoses voor Rusland minder slecht geworden. Een Russische prognose uit 2013, gemaakt door het Instituut voor Demografie, verbonden aan de gerenommeerde Economische Hogeschool van Moskou, kende 27 verschillende scenario's. Volgens 19 daarvan zou de bevolking eind 2030 groter zijn dan 140 miljoen van de recente prognose van de VN voor 2030.
De experts van de VN nemen onder andere aan dat het kindertal per vrouw zal afnemen waar dat nu nog hoog is en iets zal toenemen in ontwikkelde gebieden waar vrouwen weinig kinderen krijgen. Het eerste deel van de afname is begrijpelijk, omdat de wereldervaring overal laat zien dat het kindertal per vrouw sterk afneemt naarmate een land zich ontwikkelt. De Italiaanse mama of de Russische heldin-moeder met hun enorme gezinnen bestaan niet meer. Ook in moslimlanden of streng katholieke landen krijgen vrouwen op een gegeven moment minder dan 2,1 kind, een aantal dat nodig is om de bevolking op lange termijn op peil te houden. Hoogstens kan men discussiėren over het tempo van de afname van het kindertal per vrouw.Onzekerheid
Veel betwistbaarder is het tweede deel van de aanname: in de toekomst zullen vrouwen in ontwikkelde landen weer meer kinderen krijgen. Zo zal volgens de VN het kindertal per Europese vrouw stijgen van 1,6 naar 1,8.
De reden dat de VN uitgaat van een hoger (of liever: minder laag) kindertal per vrouw is waarschijnlijk dat bevolkingen anders blijven krimpen en uiteindelijk zullen verdwijnen. Als deze aanname onverhoopt toch tegenvalt en vrouwen niet meer kinderen krijgen, zou de bevolkingskrimp in de kinderarme delen van de voormalige Sovjet-Unie nog groter kunnen worden.
Vrij kleine veranderingen in de hoeveelheid kinderen die vrouwen krijgen hebben grote gevolgen voor de toekomstige bevolkingsgrootte. Als vrouwen een half kind extra krijgen dan aangenomen in de middelste prognosevariant - 2,7 kind in plaats van 2,2 in 2045-50 en 2,5 kind in plaats van 2,0 in 2095-00 -, dan leidt dit tot een veel grotere bevolking: 10,8 miljard in 2050 en 16,5 miljard in 2100. Omgekeerd, als vrouwen juist een half kind minder krijgen, dan neemt de bevolking slechts toe tot 8,8 miljard in 2050 en daalt daarna naar 7,3 miljard in 2100, minder dan in 2017.
De onderstaande tabel laat onder meer zien dat de ineenstorting van de Sovjet-Unie eind 1991 overal een negatieve invloed had op het geboortecijfer. Maar nergens was die invloed negatiever dan in Moldova. Voordat de Sovjet-Unie verdween lag de vruchtbaarheid op het vervangingsniveau van 2,1 kind.
Daarna stortte de vruchtbaarheid in tot verreweg het laagste niveau van alle vermelde landen. Een noemensswaardig herstel zal pas in de verre toekomst plaatsvinden. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat deze eeuw de bevolking van Moldova zal halveren. Nergens gaat de verwachte bevolkingsafname zo snel als in Moldova.
Aantal kinderen per vrouw (1975-80 t/m 2095-00),
regionaal en per ex-sovjetrepubliek