Jan Limbeek
Af en toe hebben Amerikaanse toppolitici de behoefte om Ruslands economie als ridicuul zwak te beoordelen. Een blik op de cijfers laat zien dat hier weinig van klopt. Bovendien kun je je afvragen wat het nut is van dergelijke kleinerende uitspraken. Rusland lijdt wel aan energierijkdom.
Op 27 juli oordeelde de Amerikaanse president Joe Biden dat Vladimir Putin 'is sitting on top of an economy that has nuclear weapons and oil wells and nothing else'. In december 2016 zei Barack Obama iets dergelijks en in 2015 betitelde de Amerikaanse senator John McCain (wijlen) Rusland als 'a gas station masquerading as a country', een tankstation dat doet alsof het een echt land is.
Ook uit de VS stamt de kwalificering dat de Sovjet-Unie een 'Upper volta with rockets' zou zijn gezien de enorme militaire uitgaven die een onderontwikkelde maatschappij moest dragen. Dit was trouwens een omschrijving waar destijds veel waarheid in school.
Opm.: De cijfers zijn afkomstig van de Douanedienst. * De granen die geëxporteerd worden zijn onder meer tarwe, rogge, gerst, mais, rijst.
Bron: Staatsdienst voor de Statistiek (gks.ru)
De tijden zijn veranderd, maar Amerikaanse politici hebben dit niet door. Zij voeren doodleuk allerlei sancties door in de hoop dat ze Poetin kunnen breken. Zoals het recente verbod om Russisch schuldpapier te kopen. Terwijl Rusland alle schulden - van de overheid, bedrijven en banken - direct zou kunnen betalen uit de goud- en valutareserves (stand per 30 juli 2021: 600 miljard dollar).
Volgens gegevens van de Centrale Bank omvatte de buitenlandse goederenhandel in de eerste vijf maanden van 2021 280,5 miljard dollar, waarvan de export het grootste deel vormt. De export bedroeg 164,8 miljard dollar en de import 115,6 miljard dollar. De gegevens van de Douanedienst over de import zijn enkele miljarden lager: 111,8 miljard dollar.
Zelfs toen de prijs van olie en andere grondstoffen kelderde in 2020 vanwege corona, bedroeg het Russische overschot op de goederenhandel 94 miljard dollar. Voor 2021, 2022 en 2023 verwacht de Russische Centrale Bank een overschot van respectievelijk 151, 166 en 141 miljard dollar.
Rusland importeerde vroeger veel meer agrarische producten dan het exporteerde. Tegenwoordig importeert men nog iets meer en naar verwachting zal het saldo in de nabije toekomst positief worden. De aard van de agrarische handelsportefeuille is minder gunstig. Rusland exporteert vooral halffabricaten, zoals graan, en importeert bewerkte producten.
Dit geldt voor de gehele handelsportefeuille. De Russische export omvat vooral grondstoffen en eenvoudige halffabricaten. Niet alleen olie en gas, maar vele andere producten zoals hout en bulkchemie. Aan de andere kant exporteert Rusland voor het ontwikkelingsniveau van het land best veel hoogwaardige goederen: ruimtevaartproducten voor onder andere de NASA, wapens, atoomcentrales, vaccins. In de eerste vijf maanden van 2021 verkocht Rusland voor 304 miljoen dollar aan vaccins, vooral het coronavaccin Spoetnik V. Rusland hoopt via succesvolle export van Spoetnik V ook andere lucratieve farmaceutische producten te exporteren.
De suggestie van Biden en zijn Amerikaanse collega-politici dat Rusland pas meetelt als hun exportgoederen hoogwaardig zijn geworden, is gezien het enorme Russische handelsoverschot nogal vreemd. Wat maakt het uit waarmee het land geld verdient? Het buitenland wil blijkbaar vele Russische grondstoffen, halffabricaten en ook eindproducten hebben. Rusland kan moeilijk afzien van alle export waar het land nu eenmaal veel van heeft. Maar er zitten wel andere nadelen aan de grondstoffenrijkdom.
Hollandse ziekte
De grondstofrijkdom is voor Rusland zelf niet onverdeeld gunstig, want een grote toestroom aan makkelijk verdiende (petro-)dollars beperkt de economische ontwikkeling van elk land. Dit verschijnsel wordt ook wel de Hollandse ziekte of de resource curse genoemd: het lijkt prettig om veel grondstoffen te hebben, maar de prijs hiervan is dat de ontwikkeling van de economie achterblijft. Vergelijk het grondstofarme Japan of (in mindere mate) China maar eens met Venezuela of Saoedi-Arabië.
De Hollandse ziekte werd voor het eerst beschreven naar aanleiding van - inderdaad - Nederland. De toestroom in de jaren zeventig van vele aardgasmiljarden naar Nederland en de besteding hiervan leidde tot wisselkoersstijging en het wegconcurreren van de nationale industrie. Met andere woorden belemmert de Hollandse Ziekte de ontwikkeling van de eigen economie door een dure nationale munt vanwege de toestroom van grondstoffengeld. Daarnaast is in veel landen de resource curse synoniem aan corruptie en nepotisme.
Tegenwoordig is de Hollandse ziekte algemeen geaccepteerd als verschijnsel waaraan energie-exporterende landen kunnen lijden. Toch is het mogelijk de valkuilen van energierijkdom te vermijden. Een land dat veel energie exporteert is niet automatisch gedoemd. Zo'n land is vatbaar voor de Hollandse ziekte, maar een juist beleid wendt de groteneels ziekte af.
De nadelen van de resource curse kunnen worden beperkt als de energie-inkomsten niet allemaal worden uitgegeven, zoals Nederland deed, maar worden opgespaard en dus niet direct in de economie belanden. Een land als Noorwegen heeft daarom een enorm stabilisatiefonds, waarin de petrodollars opgepot worden. Rusland heeft sinds 2004 eveneens een streng stabilisatiefonds en grote goud- en valutareserves. Echter kunnen af en toe politici - ook Poetin - de druk om meer petrodollars te besteden, niet weerstaan.
Het probleem is niet zozeer gelegen in de omvangrijke inkomsten van de export van olie en gas. Het probleem is de immense politieke en maatschappelijke druk in elke samenleving - zeker in een enigszins democratische - om die miljarden uit te geven. Er zijn zoveel goede projecten op het gebied van gezondheidszorg, sociale zorg en dergelijke. En er is geld. Probeer mensen in deze omstandigheden er maar eens van te overtuigen dat de economie slechts een bepaalde hoeveelheid geld aankan. Dat meer geld slechts tot meer inflatie leidt. Dat de toestroom van miljarden dollars 'makkelijk' geld hen lui maakt. Dat de economie op die manier stagneert. Dat is niet makkelijk.
De hoge energie-inkomsten - als ze besteed worden - vullen de normale inkomsten niet slechts aan tot een nog hoger niveau. Maar ze vervangen die grotendeels. Dat maakt die landen afhankelijk van fluctuaties van de grondstoffenprijzen en beperkt de welvaart. Want vele volkeren - ook de Russische - zijn te groot om alleen met behulp van energiegeld welvarend te kunnen zijn.
* Het Gemenebest van Onafhankelijke Staten (GOS) kent negen leden: de lidstaten van de Sovjet Unie, minus de drie Baltische Staten, Georgië, Turkmenistan en Oekraïne. De laatste twee landen zijn wel opgenomen in de originele tabel, alleen Georgië wordt niet vermeld. Bron: Staatsdienst voor de Statistiek (gks.ru)
De goede relatie van Rusland met China blijkt uit de snelle toename van het onderlinge handelsvolume. China is tegenwoordig Ruslands grootste handelspartner. Duitsland neemt de tweede positie in, gevolgd door Nederland. De VS bezetten plek vijf, na Wit-Rusland.
De omvang van de Russische goederenhandel met de Euraziatische Economische Unie, bestaande uit Rusland, Wit Rusland, Kazachstan, Armenië en Kirgizstan, is veel kleiner dan die met de EU: respectievelijk 25,7 miljard dollar versus 98,7 miljard dollar in de eerst vijf maanden van 2021.