Jan Limbeek
In het Westen is het gebruikelijk dat de rente veel lager is dan de inflatie. Maar in de meeste andere landen geldt nog de aloude regel dat de rente hoger moet zijn dan de inflatie om extra inflatie en waardevermindering van de eigen munt te vermijden. In Rusland is de rente al geruime tijd lager dan de inflatie, ondanks verhoging van de rente met 0,25 procentpunt van 4,25 naar 4,5 procent per 22 maart 2021.
Kerninflatie is zonder sterk fluctuerende prijzen van voedsel en energie, en door de overheid gereguleerde prijzen. Bron: Russische Staatsdienst voor de Statistiek Rosstat (gks.ru)
Sinds eind juli 2020, toen de Centrale Bank van Rusland (CBR) de rente met een kwart procentpunt verlaagde naar 4,25 procent, is de rente niet meer verlaagd. Maar tot voor kort ook niet verhoogd, hoewel de inflatie op jaarbasis iedere maand verder toenam.
In november 2020 steeg de inflatie met 0,4 procentpunt naar 4,4 procent. Dit betekent dat vanaf die maand de waardevermindering van het Russische spaargeld niet meer volledig werd gecompenseerd door de rente.
Na november steeg de inflatie gewoon door. In februari 2021 was de inflatie vergeleken met februari 2020 5,7 procent. In de prognose van oktober 2020 ging de CBR nog uit van een inflatie eind 2020 van 3,9 à 4,2 procent. Dit werd 4,9 procent.
De extra inflatie komt door stijging van de voedselprijzen, hogere inflatieverwachtingen van bevolking en bedrijven, de lage en sinds november negatieve reële rente en depreciatie van de roebel in 2020.
Dat laatste is geen prijsopdrijvend factor meer want de roebel heeft in 2021 ten opzichte van de dollar en de euro aan kracht gewonnen. Daardoor wordt import goedkoper. Maar economisch herstel en dus grotere vraag van consumenten en bedrijven, overcompenseert dit. Bovendien is de regering van plan veel meer uit te geven.
Bron: Centrale Bank van Rusland (cbr.ru)
Appreciatie van de roebel
Ondanks de toenemende inflatie, relatief lage rente en de sanctiedreiging, daalde de roebel in 2021 niet in waarde.
Sterker nog, sinds de afkondiging van enkele sancties tegen personen op 3 maart 2021 naar aanleiding van de vergiftiging van Aleksej Navalny, die feitelijk het papier niet waard zijn waarop ze geschreven staan, is de roebel verder in waarde gestegen. Dit vormt een duidelijke indicatie dat de markt opgelucht is dat pijnlijke sancties uitbleven en niet bang is dat er in de nabije toekomst veel meer aankomt.
De meeste specialisten zijn van mening dat de roebel ondergewaardeerd is ten opzichte van andere valuta. Toch bleef de roebel in waarde dalen gedurende 2020.
Op 28 augustus 2020 publiceerden twee Bloomberg auteurs een artikel 'Russia's Battered Ruble Could Be About to Make a Comeback', waarin ze aangaven te verwachten dat de roebel spoedig in waarde zou gaan stijgen als er geen extra sancties zouden komen, omdat de roebel ondergewaardeerd was en de olieprijs steeg. In werkelijkheid ging de roebel verder onderuit, hoewel sancties uitbleven. Enkele maanden later werd een bescheiden comeback van de roebel toch een feit.
Vanaf begin november 2020, toen de roebel het dieptepunt had bereikt van 94 roebel voor een euro en 81 roebel voor een dollar, werd de munt geleidelijk meer waard. Zeker als je in aanmerking neemt dat de inflatie in Rusland grofweg drie keer hoger is dan in de VS of de eurozone. Op 26 maart 2021 kostte een dollar 76 roebel en een euro 89 roebel.
De bevolking is bezorgd over de voortdurende prijsstijgingen. Niet alleen omdat mensen hogere prijzen altijd vervelend vinden, ook omdat de waarde van hun spaargeld snel vermindert. De reële rente (nominale rente minus inflatie) in Rusland is ongeveer zo laag geworden als in de eurozone, waar de gemiddelde rente weliswaar nauwelijks hoger is dan nul, maar de inflatie is er vooralsnog ook laag.
In februari was de reële rente in Rusland min 1,5 procent: rente 4,25 procent, inflatie 5,7 procent. Normaal gesproken zou bankpresident Elvira Nabioellina de rente allang verhoogd hebben, maar pas op 19 maart werd het besluit genomen om de rente met een stapje van 0,25 procent te verhogen naar 4,5 procent, de eerste verhoging sinds december 2018. Dit betekent dat de reële rente nog steeds duidelijk negatief blijft.
Tegenwoordig draagt Nabioellina een specifiek broche om haar boodschap te illustreren. In de toelichting bij het rentebesluit was dit een havik. Bron: cbr.ru
Bankpresident Elvira Nabioellina vond vroeger dat de reële rente duidelijk positief moest zijn om extra inflatie te voorkomen. Zij keek ongetwijfeld met belangstelling naar de nieuwe situatie sinds november 2020 en heeft geconcludeerd dat zonder renteverhogingen - volgens geruchten in totaal met 1,25 à 1,5 procentpunt gepland bovenop het (oude) tarief van 4,25 procent - het doel van vier procent inflatie niet gehaald wordt.
Als dit zo is, wordt de rente dus 5,5 à 5,75 procent. Zo bezien is de recente verhoging van 0,25 procentpunt slechts een eerste stapje in een reeks verhogingen. Dit past ook bij de door haar aangekondigde overgang naar een neutraal (=strenger) monetair beleid.
Nabioellina heeft lang aangezien dat de inflatie steeds hoger werd zonder de rente te verhogen. Het lijkt erop dat aan die afwachtendheid nu een einde is gekomen. De volgende vergadering van de CBR waar de rente verhoogd kan worden vindt plaats op 23 april.
Een wereldwijd verschijnsel is dat men in elk land een hekel aan inflatie heeft, zeker als dit vergezeld gaat van een negatieve reële rente. Het zou kunnen dat dit, meer dan bijvoorbeeld het neerslaan van demonstraties, een negatief effect heeft op de populariteit van Poetin en de verkiezingen van september 2021. Laat het maar aan Nabioellina over om Poetin uit te leggen dat renteverhogingen dit scenario kunnen voorkomen.