Raymond Detrez
Rusland. Een geschiedenis
Uitgeverij Atlas/Houtekiet
Amsterdam/Antwerpen 2008
448 blz.
ISBN 978 90 8918 002 5
€24,95

Publieksvriendelijk geschiedenisboek

Greetje van der Werf

Raymond Detrez (1948), hoogleraar Oost-Europese geschiedenis en literatuur aan de Universiteit Gent, is gespecialiseerd in de geschiedenis van Zuidoost-Europa. Hij schreef tot nu toe zes boeken over landen van de Balkan, maar in oktober 2008 verscheen van zijn hand een zeer leesbare geschiedenis van Rusland, onder de eenvoudige titel Rusland. Een geschiedenis.

In het eerste hoofdstuk geeft Detrez een korte verhandeling over de verschillende benamingen die Rusland in de loop van zijn geschiedenis gehad heeft. In de allervroegste periode, die begon in de 9de eeuw, heette het Roes (Rus). Historici gebruiken de benaming Kijevskaja Roes (Kiev-Rusland) voor het oude Rusland, omdat Kiev de hoofdstad ervan was en de term Roes ook na het einde van Kiev-Rusland nog gebruikt werd. In de 16de eeuw raakte ook de term Rossija (Rusland) in zwang en deze wordt tot op de dag van vandaag gebruikt.

Vervolgens geeft Detrez een overzicht van de geografische condities, die 'de Russische geschiedenis in hoge mate richting hebben gegeven'. Rusland kan van noord naar zuid in ruwweg vijf geografische zones ingedeeld worden: toendra, tajga, gemengd bos, steppe en woestijn. Een kaart zou hier op zijn plaats geweest zijn, maar kaarten ontbreken helaas in het hele boek.

Detrez vertelt de geschiedenis van Rusland aan de hand van zijn heersers. Na de vorsten van het huis Rjoerik (van de 9de eeuw tot 1598), treedt na de Tijd der Troebelen (1598-1613) een lange reeks tsaren en tsarina's van het huis Romanov aan, van de eerste Romanov in 1613 (Michail) tot de laatste, Nikolaas II, die in 1917 troonsafstand doet.

Na de Russische Revolutie volgen we de geschiedenis van de Sovjet-Unie aan de hand van haar achtereenvolgende leiders en komen we uit in de post-communistische tijd, bij Boris Jeltsin, Vladimir Poetin en ten slotte Dmitri Medvedev, die op 7 mei 2008 het presidentsambt aanvaardt.

Behalve uiteraard voor politieke en dynastieke verwikkelingen heeft Detrez veel aandacht voor sociaal-economische ontwikkelingen, zoals de afschaffing van de lijfeigenschap in 1861. Maar ook ontwikkelingen in de Russische kunst en cultuur worden beschreven, evenals belangrijke ideologische stromingen (westerlingen versus slavofielen).

Rusland. Een geschiedenis is bedoeld voor het grote publiek. Het taalgebruik van Detrez is helder, en hier en daar zelfs méér dan duidelijk. Zo noemt hij de Dekabristenopstand van 1825 'een flop'. Op sommige plaatsen moet de Nederlandse lezer even wennen aan de Vlaamse woordkeuze, zoals het 'hulphuisbedrijf' als term voor het stukje grond dat boeren mochten gebruiken voor de teelt van groenten en fruit voor eigen gebruik.

Op veel plaatsen in het boek zet Detrez gangbare interpretaties van historische gebeurtenissen bij elkaar en geeft dan de volgens hem meest waarschijnlijke verklaring. 'In de loop van 1917 hield het Russische keizerrijk op te bestaan. Hoe had het zover kunnen komen?' vraagt hij zich op pagina 305 af. Van alle factoren die historici genoemd hebben, was er niet één doorslaggevend, stelt hij. Ze speelden allemaal een rol, maar 'er waren zeker ook politieke, sociale, economische en militaire oorzaken die in een bredere Europese context moeten geduid worden.

Niet toevallig kwamen op hetzelfde moment ook het Habsburgse en het Osmaanse Rijk ten val, als gevolg van omstandigheden die niet zoveel verschilden van die in Rusland. Het Russische Rijk heeft het uiteindelijk in de vorm van de Sovjet-Unie nog zeventig jaar langer uitgehouden.'

Helaas prijken op de achterflap weer de kennelijk met het oog op de verkoop van het boek onvermijdelijk geachte 'afgrond van de Russische ziel' en even verderop 'de onpeilbare Russische ziel'. Terwijl Detrez nota bene zelf in het eerste hoofdstuk al zegt deze buiten beschouwing te zullen laten.