Boris Reitschuster
Der neue Herr im Kreml?
Uitgeverij Econ
Berlijn 2008
254 blz.
ISBN 978-3-430-20094-3
€16,90
Ivo Pertijs
Net als bij alle andere Moskou-correspondenten stond bij de Duitser Boris Reitschuster (1971) de afgelopen twee jaar één vraag centraal: wie wordt de opvolger van Vladimir Poetin? De grootste kanshebbers waren Dmitri Medvedev en Sergej Ivanov, al viel ook de naam van premier Viktor Zoebkov als potentiële kandidaat voor het presidentschap.
De media verdiepten zich in de achtergronden van deze drie mannen, zodat de special al klaarlag voordat 'het grote woord' uit de mond van Poetin rolde. Op 10 december 2007 was het zover.. Vertegenwoordigers van de vier pro-Kremlinpartijen meldden zich voor de camera's in Poetins werkkamer. 'Wij wilden u graag een kandidaat voorstellen die we allemaal steunen. Het is de eerste vice-premier Medvedev, Dmitri Anatoljevitsj. We gaan ervan uit dat dit de meest sociaal georiënteerde kandidaat is', zei Boris Gryzlov, leider van Verenigd Rusland.
Poetin luisterde opmerkzaam toe, schrijft Reitschuster, en deed alsof de mededeling een verrassing was, fronste zijn voorhoofd en verklaarde na kort nadenken: 'Wat die kandidatuur van Medvedev, Dmitri Anatoljevitsj betreft, die ken ik al meer dan 17 jaar zeer goed en ik steun zijn kandidatuur volledig.'
Door dit nieuwsfeit zo gedetailleerd uit te werken in zijn nieuwe boek Der neue Herr im Kreml? legt Reitschuster het accent op de spelregels van het Kremlin. Dat het voorstel van Gryzlov door Poetin zelf voorgekookt was, is glashelder. Het feit dat de president acteert, is onderdeel van een stukje theater voor de kijkers: hoezo wijst Poetin zijn opvolger aan? Zie hier, hij krijgt het net zelf te horen! Russen zijn echter gepokt en gemazeld genoeg om erdoorheen te prikken en het is onduidelijk wie het Kremlin hiermee hoopt te overtuigen.
Reitschuster verblijft al jaren in Rusland. Hij werkte onder meer als docent Duits, vertaler en correspondent voor persbureaus. In 1999 kreeg hij de leiding over het Moskou-kantoor van het Duitse weekblad Focus. In zijn vorige boek, Putins Demokratur (2006), bekritiseerde Reitschuster niet alleen de Russische overheid, maar liet hij aan de hand van persoonlijke ervaringen, interviews en uitstekende dossierkennis zien hoe Poetins Rusland functioneert.
Het vraagteken achter de titel van zijn nieuwste boek wijst op de machtsstrijd in het Kremlin. In Der neue Herr im Kreml? blinkt Reitschuster wederom uit in zijn vlijmscherpe journalistieke analyses van het Russische politieke leven. Hij is van mening dat twee kapiteins (Poetin-Medvedev) op het schip op de lange termijn niet zal werken.
Reitschuster zag tegen het schrijven van het boek op. 'Het is gemakkelijker om een boek te schrijven over een lege ordner dan over Dmitri Medvedev.' Toch wist hij behoorlijk wat informatie te verzamelen. Zo lezen we dat Medvedev, die klein van stuk is, een weinig originele roepnaam heeft: Dima, het verkleinwoord van Dmitri, dat in het dagelijkse leven door vrienden gebezigd wordt.
Dima was een strebertje, een leiderstype en een fervent sporter. Hij kwam uit een familie van intellectuelen, wat een duidelijk verschil is met de achtergrond van Poetin. 'Het lievelingsboek van de kleine Dmitri zal de vader en grootvader van Poetin niet hebben bevallen: Hondenhart van Michaïl Boelgakov, een furieuze satire op de sovjetmacht,' schrijft Reitschuster.
De jonge Medvedev, die verboden boeken las, is een tegenpool van de jonge Poetin, die prat gaat op zijn straatgevechten en zijn carrière bij de KGB. In juni 1990 werd de jurist Medvedev door zijn lievelingsprofessor Anatoli Sobtsjak, de latere burgemeester van Sint-Petersburg, in dienst genomen. Medvedev zal hier ook samenwerken met Poetin.
Met zijn imago als keurige jurist laat Medvedev zich in de jaren negentig in met het zakenleven. Hij is oprichter van een houtbedrijf, dat een goed lopende onderneming met een miljoenenomzet blijkt. Russische politici zijn uiterst voorzichtig met de details over hun zakenverleden en het daarbij behorende persoonlijke vermogen, temeer daar de Russische business in de jaren negentig zelden schoon was.
'Als je Medvedevs declaratie van zijn vermogen, die hij als presidentskandidaat moest overleggen, moet geloven, dan is zijn aandeel van twintig procent in Ilim Pulp in de lucht opgelost. Het Moskouse economische tijdschrift Smart Money schat dat deze aandelen een actuele waarde van ongeveer 300 miljoen dollar hadden,' merkt Reitschuster op. De staatsmedia zwegen over de 'verdwenen' aandelen en volgden de officiële lijn dat Medvedev een vermogen van slechts 70.000 euro bezat. De journalist meent dat dit de zwakke plek van Medvedev is, die tegen hem gebruikt kan worden.
Of dit ooit gebeurt, is maar de vraag. Over de ontwikkeling van de machtsverhoudingen in het Kremlin is sowieso weinig bekend. De ervaren Duitse correspondent weet als geen ander dat het Kremlin vandaag de dag weer een onvoorspelbare toverhoed is, waar ieder moment een verrassing uit kan komen.
Reitschuster citeert maar weer eens de negentiende-eeuwse dichter Fjodor Tjoettsjev: 'Op Rusland krijgt het brein geen vat, zij gaat het verstand te boven.' Maar, aldus Reitschuster: 'Zozeer als zijn woorden tot op de dag vandaag gelden, zo vaak worden ze misbruikt als excuses en vrijbrief, zowel door de verantwoordelijken in het Westen als door de Moskouse propaganda.'