Bulgarije
Hellen Kooiman
Meer dan tachtig procent van de Bulgaren zou volgens de laatste opiniepeilingen
voor het lidmaatschap van de Europese Unie zijn. Maar de groep van
tegenstanders kan de komende jaren of zelfs maanden aanzienlijk groeien.
Twee visies, 'da' en 'ne'.
'Da': de EU als armoedebestrijder
Deel uitmaken van de Unie levert ons een hoop voordelen op, denken de Bulgaarse
burgers: een beter justitieel apparaat, een stabielere politiek, minder
corruptie, maar bovenal meer buitenlandse investeringen en een hogere
levensstandaard.
Met bovenstaande beloftes probeert de huidige regering van premier Simeon Saksekoboerggotski de Bulgaren over te halen mee te werken aan de hervormingen die de Europese Unie eist voor de toetreding. Bulgarije doet het niet slecht, zo laten de EU-commissarissen regelmatig weten: 21 van de dertig hoofdstukken van het acquis communautaire, het geheel van regels en wetten waaraan toekomstige lidstaten moeten voldoen, zijn al afgesloten. Een grote stap op weg naar toetreding, vindt de Europese Commissie.
Het was dan ook een grote teleurstelling voor de Bulgaren dat zij, samen met Roemenië en Turkije, niet alleen nog jaren op de reservebank moeten zitten, maar ook dat er vooralsnog geen enkele datum geprikt is waarop de onderhandelingen voor toetreding beginnen. Waarschijnlijk ergens rond 2007, heet het nu. Meer houvast krijgen de Bulgaren niet.
Op dit moment zijn de ogen in Bulgarije gericht op de data 21 en 22 november. Op die dagen zal de NAVO in Praag beslissen of Bulgarije wordt uitgenodigd deel te nemen aan onderhandelingen voor toetreding tot de NAVO.
Dat lidmaatschap is van uitermate groot belang, zo meent het huidige kabinet. Het geeft de Bulgaren zekerheid in een tijd van groeiend terrorisme. Om de bevolking warm te krijgen voor het NAVO-lidmaatschap trekt de regering allerlei populistische trucs uit de kast. Zo werd er op 27 september een groot concert georganiseerd met bekende Bulgaarse sterren onder het motto: 'Bulgarije: Voor!'
Een NAVO-uitnodiging is bovendien van belang om de steun van de bevolking te blijven houden in de komende hervormingen naar EU-toetreding. Als we eenmaal in de NAVO-molen zitten, kan ook de EU niet lang uitblijven, zo lijkt de regering te redeneren.
Want het is voor de huidige politici niet de vraag óf Bulgarije lid gaat worden, maar wannéér. De grootste oppositiepartijen, de Unie van Democratische Krachten (SDS) en de Bulgaarse Socialistische Partij (BSP), hebben beide kenbaar gemaakt voor toetreding te zijn, al bestaat de achterban van de laatste vooral uit arme gepensioneerden. De BSP wil hervormingen daarom langzamer invoeren.
Een groot deel van de Bulgaren verwacht dus dat toetreding een waarborg is voor een betere levenstandaard. Ze kijken naar de zoveel rijkere EU-lidstaten en hopen uiteindelijk even rijk te worden. Wie in een willekeurige stad de straat op gaat en aan voorbijgangers vraagt wat lidmaatschap van de EU zal brengen, krijgt te horen: ' Misschien niet veel, maar slechter dan nu kan het niet worden.'
'Ne': testcase Kozloduj
Slechts een kleine groep Bulgaren, bestaande uit nationalisten, stalinisten en
een handjevol jonge antiglobalisten, is tegen het EU-lidmaatschap. Die groep
tegenstanders kan zich echter snel uitbreiden.
Een eerste testcase vormen de onderhandelingen voor NAVO-toetreding. Thans is het merendeel van de Bulgaren voor het NAVO-lidmaatschap en het zal menigeen genoegdoening schenken als eind november in Praag beslist wordt ook Bulgarije uit te nodigen voor dit militaire pact.
'Maar we moeten niet vergeten dat een uitnodiging nog geen toelating betekent en dat deze een nieuwe procedure met zich meebrengt, die we met Gods hulp op zijn vroegst in 2004 afgerond hebben', relativeert de Bulgaarse minister van Buitenlandse Zaken Solomon Pasi nu al. Om aan de eisen voor NAVO-toelating te voldoen, moet er in 2010 een modern professioneel leger op de been zijn. Die modernisering kan zwaar op het staatsbudget gaan drukken, waarschuwen Bulgaarse politici.
De vraag is of de Bulgaren nóg meer armoede wel trekken. Veertig procent van de bevolking leeft onder het bestaansminimum. Met een werkloosheidscijfer van 20 procent, oplopend tot meer dan 50 procent in sommige provincies, staat het land in de Europese top drie. Als de vermoeide Bulgaarse bevolking gaat merken dat door de eisen voor het NAVO-lidmaatschap hun portemonnee platter wordt, zullen er ook vragen rijzen over de opofferingen die het EU-lidmaatschap met zich meebrengt.
De ontnuchtering is eigenlijk al begonnen. Bulgarije is van oorsprong een agrarisch land en Bulgaarse boeren staan te popelen om hun tomaten en paprika's te mogen verkopen in het buitenland. Maar de EU-markt blijft potdicht voor Bulgaarse landbouwproducten.
Na toetreding, zo denken de Bulgaarse boeren, mogen we niet alleen die markt op, maar krijgen wij net als onze EU-collega's ook inkomenssteun. Dat die steun na 2007, als Bulgarije wellicht de eerste stappen in de Unie zet, waarschijnlijk zal zijn afgebouwd, lijkt nauwelijks door te dringen.
Een zo mogelijk nog groter knelpunt voor Bulgarije is de kerncentrale in Kozloduj. Met name de derde en vierde reactor van de verouderde kerncentrale zouden niet veilig zijn. Die moet Sofia zo snel mogelijk sluiten.
De Bulgaarse bevolking is massaal tegen. De centrale is net zo veilig als centrales in westerse landen, meent ze. Bulgarije gaat er door sluiting enkel op achteruit: 40 procent van de energievoorziening van het land komt van deze kerncentrale.
Sluiting van de twee blokken betekent volgens tegenstanders een verlies van minstens drie miljard dollar. Door het dichtgooien van de twee reactoren rijzen de toch al hoge energiekosten helemaal de pan uit, zo vrezen de Bulgaren. De Europese Unie heeft beloofd bij te springen, maar biedt slechts 100 miljoen euro.
De Bulgaren voelen zich in de steek gelaten. De parlementaire oppositie - met name de BSP - speelt handig in op deze ontevredenheid. De verwikkelingen rond Kozloduj leidden zelfs tot een politiek schandaal, het zoveelste in een lange reeks.
Terwijl de Bulgaarse president Georgi Parvanov (BSP) in Brussel was, besloot de regering het derde en vierde blok in 2006 te sluiten. Parvanov, die van niets wist, moest het van EU-voorzitter Romano Prodi horen.
Echter, het
parlement keerde zich met een absolute meerderheid tegen de sluitingsdatum. Het
eist unaniem dat Bulgarije de reactoren pas sluit nádat het land tot de EU zal
zijn toegelaten. De BSP stapte ook nog naar de rechter om het ministeriële
besluit aan te vechten.