Slowakije
Edwin Bakker
De Slowaakse burgers kunnen binnenkort weer naar de stembus. Meerdere keren zelfs. Op 3 april zijn er presidentsverkiezingen en tegelijkertijd is er een referendum over de vraag of er al dan niet vroegtijdig parlementsverkiezingen moeten worden uitgeschreven. Wanneer geen van de presidentskandidaten in de eerste ronde meer dan vijftig procent van de stemmen krijgt, moet twee weken later opnieuw gestemd worden. En wanneer de regering via het referendum gedwongen wordt eerder dan gepland verkiezingen te houden, mag men niet lang daarna opnieuw komen opdraven.
Daarbovenop komen nog de verkiezingen voor het Europese Parlement op 13 en 14 juni. Deze laatste stembusgang, hoewel van enorme symbolische waarde, krijgt vooralsnog weinig aandacht. De meeste belangstelling gaat uit naar de presidentsverkiezingen.
Deze vormen voor oud-premier Vladimir Meciar misschien wel de laatste mogelijkheid om terug te keren in het centrum van de macht. Voorlopig kan de controversiële politicus volgens de polls rekenen op steun van bijna twintig procent van de kiezers. Daarmee staat hij tweede, achter minister van Buitenlandse Zaken Eduard Kukan die volgens peilingen iets meer dan een kwart van het electoraat achter zich zou hebben.
Opvallend zijn de cijfers voor de zittende president, Rudolf Schuster. Deze staat met meer dan vijftien procent derde, ondanks het feit dat hij velen al snel na zijn aantreden teleurstelde met zijn stijl van optreden, die als typisch communistisch bestempeld werd.
Gelet op de prognoses ziet het er alleszins naar uit dat de Slowaken twee weken later opnieuw zullen moeten kiezen. Maar niet nadat ze, zoals gezegd, ook hun mening hebben gegeven in het referendum over vervroegde parlementsverkiezingen.
Dit referendum is vooral te danken aan de inzet van een aantal vakbonden. Deze zijn bijzonder ontevreden over het economische beleid en wisten 600.000 handtekeningen te verzamelen die de regering dwingen het referendum te organiseren.
Dat de regering daar niet echt blij mee is, blijkt uit de oproep van premier Mikulas Dzurinda het referendum te negeren. Indien meer dan de helft van de kiesgerechtigden dit doet is het ongeldig; een lot dat vier van de vijf tot nu toe gehouden referenda beschoren was. Alleen het EU-referendum haalde een opkomst van meer dan 50 procent, namelijk 52 procent.
De premier begrijpt de onvrede over zijn beleid overigens wel. Volgens hem is deze echter niet zijn schuld, maar 'is het logisch dat de regerende coalitie in deze fase van de regeringstermijn impopulair is'. Dzurinda waarschuwde tevens dat zijn hervormingen het enige alternatief zijn en dat het vertragen of stoppen van dit proces schadelijk is voor Slowakije.
Of de meerderheid van de Slowaken die mening deelt zal de komende maanden blijken. De Slowaakse burgers hebben ten minste drie gelegenheden om het de premier bijzonder lastig te maken.