Koper: de Sloveense havenstad

László Marácz

De Istrische stad Koper is de belangrijkste Sloveense havenstad. Koper ligt op de 'top' van het schiereiland Istrië, hetgeen terugkomt in de Italiaanse naam van de stad, Capodistria ('Kop van Istrië'). De stad heeft de naam 'Koper' te danken aan de Romeinen, die de stad Caprea (Latijn voor 'hert') noemden. Koper telt tegenwoordig 47.000 inwoners.

Koper heeft door de eeuwen heen tot verschillende rijken behoort. In de klassieke Oudheid was het eerst in Griekse handen, daarna werd Koper door de Romeinen overgenomen. In 568 vluchtten de inwoners van het naburige Triëst massaal naar Koper vanwege een aanval van Germaanse stammen op de stad. In de tijd van de Byzantijnse keizer Justinianus II (685-695) werd Koper bij het Byzantijnse rijk ingelijfd.

Koper heeft deel uitgemaakt van het Heilige Roomse Rijk en kreeg in 1035 stadsrechten toegekend door de Heilige Roomse keizer Konrad II. In 1278 werd Koper gedomineerd door de stadstaat Venetië, dat Koper tot een belangrijk handelsknooppunt in Istrië maakte. Venetië had Koper al in 1182 het monopolie gegeven over de zouthandel in de regio tussen Grado en Premantura.

De Eerste Wereldoorlog maakte een einde aan het Oostenrijkse bestuur over Koper. Koper-Capodistria werd in de vredesverdragen van Parijs, samen met de regio Triest, toegekend aan Italië. Tijdens de Tweede Wereldoorlog veroverden Tito's partizanen de regio op de Italiaanse fascisten. De internationale gemeenschap kende het schiereiland Istrië in 1954 definitief aan Joegoslavië toe.

Als reactie op dit besluit keerden veel Italiaanse inwoners terug naar de stad van hun voorvaderen, Triëst. Met de Sloveense onafhankelijkheid in 1991 werd Koper officieel tweetalig, Sloveens en Italiaans. Ieder jaar in juli wordt er in de stad een groot muziekfestival gehouden waar traditionele en moderne Sloveense muziek ten gehore wordt gebracht.

Tot de negentiende eeuw was Koper eigenlijk een eiland voor de Sloveense kust. Het oude centrum van de stad bevindt zich op dit eiland. In de negentiende eeuw werd het eiland met de kust verbonden.

Het historische centrum is goed te belopen. Je treft er gebouwen in verschillende stijlen aan. Het centrale plein, dat nog steeds Titov trg heet, is herkenbaar aan de toren van de Sint Nazarius Kathedraal.

Aan het Tito-plein liggen de mooiste historische gebouwen, zoals het gerenoveerde Praetoriaanse Paleis met zijn gotische linkervleugel uit 1452 en zijn renaissance rechtervleugel uit 1481. Dit witgeschilderde gebouw met twee torens was de zetel van de lokale zetbazen van Venetië. Op de gevels van het Paleis zien we de wapens van de stad en die van de invloedrijke families van Koper.

Op het Tito-plein staat ook de kathedraal van Sint Nazarius uit de achttiende eeuw. In de bouwstijl tref je gotische, renaissance en barokke elementen aan. In de kathedraal bevindt zich de sarcofaag van de heilige die de naam aan de kerk gaf. De stadstoren waar de kathedraal tegenaan gebouwd is, dateert uit de veertiende eeuw.

Koper is een van de belangrijkste toegangspoorten tot Midden-Europa. In 1957 werd onder Tito een begin gemaakt met de bouw van de haven. Via een spoorweg werd Koper in 1967 verbonden met Divaca. De stad heeft ook goede verbindingen met het Kroatische deel van Istrië.

De haven van Koper is in een concurrentieslag verwikkeld met de Kroatische havenstad Rijeka. Koper wordt hierin gehinderd door de beperkte mogelijkheden van de Baai van Koper. Slovenië en Kroatië zijn het niet eens over de grenzen van de territoriale wateren in deze baai.

Omhoog
Terug naar archief