Tweedeling in kuren

Péter Csikós

Kuren dreigt in Hongarije in toenemende mate een exclusieve aangelegenheid voor de rijken te worden. De vele kuuroorden in het land worden weliswaar nog steeds druk bezocht, maar er is sprake van een onbedoelde segregatie van bezoekers met of zonder een dikke portemonnee. In de communistische tijd had iedereen toegang tot de vele kuurbaden die het land rijk is. Zelfs exclusieve baden als Szécsenyi en Gellért in de hoofdstad Boedapest waren voor een paar forint toegankelijk voor de armlastige burger.

Een veel gehoorde klacht van de gewone Hongaar is de exorbitante entreeprijs om een bad te bezoeken. Deze klacht moet serieus worden genomen, want in Hongarije is kuren veel meer dan alleen recreëren. De warmteminnende Hongaren zijn verslaafd aan het warme water.

Onafhankelijk van het weer kan het hele jaar door zowel binnen als buiten worden gebaad. Kuren vormt een deel van hun alledaagse leven. Het is als slapen, werken, eten, drinken en naar de kerk gaan. Formele en informele ontmoetingen vinden plaats in badhuizen. Zo is het vrij gebruikelijk om zakelijke deals niet alleen in een restaurant, maar ook in een badhuis af te sluiten.

Tegenwoordig moet je aardig in de slappe was zitten om je te kunnen laven aan de weldadige mineralen van de exclusieve baden. Maar wat de gewone Hongaar het meest steekt, is dat nu ook de eenvoudige baden op het platteland door de commercie dreigen te worden overgenomen.

Hévíz, ten westen van het Balatonmeer, is al langer het exclusieve domein voor de rijke Hongaar en de westerling met geld. In Hévíz bevindt zich het enige kratermeer van Europa waarin gezwommen wordt. Het warme thermaalwater van rond de 35 graden is goed voor de behandeling van allerlei gewrichtsaandoeningen.

Zieke werknemers waren in de communistische tijd verzekerd van een complete kuurbehandeling. Om te kunnen kuren hoefden ze zich zelfs tot voor kort geen al te grote zorgen te maken. Formeel kunnen Hongaarse werknemers met een gewone ziektekostenverzekering nog steeds gebruik maken van een volledige kuurbehandeling, maar voor de gewilde en duurderde exclusievere oorden moet dieper in de buidel worden getast.

Kati Szabó slaagde er onlangs in om een voucher te bemachtigen voor een tiendaagse behandeling van haar rugklachten in Hévíz. De verkoopster van heren- en damesmode uit Nyiregyháza in Oost-Hongarije moest daarvoor wel eerst een 'bevriende' arts omkopen.

Bovendien is ze er niet meer zo zeker van dat ze ook volgend jaar opnieuw naar haar geliefde Héviz kan. Volgens Kati kon ze vroeger makkelijker naar Hévíz en kreeg ze het complete pakket van massage tot modderbehandeling vergoed. Dat het dit jaar moeilijker ging beschouwt ze als een slecht voorteken. Dit heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat de Hongaarse regering moet bezuinigen op de gezondheidszorg.

Als gevolg van de bezuinigingen zal het kuren worden geregionaliseerd, zo luidt de verwachting. Tot nu toe bepaalde de arts, afhankelijk van zijn diagnose, naar welk kuuroord de patiënt werd gezonden. Voortaan zal niet de diagnose maar zijn woonplaats bepalend zijn voor waar de patiënt kuurt. 'Ik kan blijven kuren, maar dan zo dicht mogelijk bij huis,' aldus Kati.

In een verstild glooiend heuvellandschap ten zuiden van Eger doemt vanuit het niets een witte puist op. De aan de oppervlakte komende medicinale wateren vormen er een kalkheuvel die met het jaar groter wordt. De thermale bronnen van Egerszalók in noordoost Hongarije waren tot voor kort alleen bekend bij een handjevol insiders. Overdag was de plek het domein van bejaarden en 's avonds van feestvierende jongeren.

Maar het feest is er sinds kort voorbij. Egerszalók bleek te uniek om onopgemerkt te blijven. Een Duits conglomeraat heeft het terrein rondom de bronnen opgekocht en er een luxe resort omheen gebouwd. 'De entreeprijs is binnen een jaar tijd vertienvoudigd dus ik kom er niet meer' is een veelgehoorde klacht.

De plekken waar Hongaren en andere Oost-Europeanen nog massaal komen, zijn er niettemin in overvloed. Plaatsen als Hajduszoboszló, Tiszaujváros en Mezokovesd of de iets kleinere Mezocsát zijn bij hen zeer gewild.

De meer op westerse leest geschoeide wellness-centra hebben hier nog geen voet aan de grond gekregen. De baden ogen ietwat shabby. Roestige pijpen, waardoor het warme water de bassins instroomt, verraden achterstallig onderhoud.

Maar de bezoekers malen er niet om. De entreeprijzen zijn er de helft of meer lager dan die van Hévíz of Egerszalók. Bovendien hebben deze baden een bepaalde authenticiteit weten te bewaren.

De voertaal in Mezokövesd is Hongaars, Pools en Slowaaks. Duits-, Frans- of Engelstalige toeristen zijn er nagenoeg niet. Zdenek uit Krakow in Polen komt ieder jaar terug naar Mezokövesd. Het water waarin hij met tientallen anderen dobbert voelt aan als bubbeltjeschampagne, maar dan 35 graden Celsius warm. Iedere vezel van het lichaam lijkt op microniveau te worden gemasseerd.

In duurdere badplaatsen komt hij niet. 'Het water hier is net zo warm en net zo geneeskrachtig,' zegt hij stellig. Ook over de cateraars rondom de verschillende bassins is hij te spreken. 'Het eten is bovendien lekkerder en goedkoper,' beaamt hij al sleurpend aan z'n bonengoulash.

Bij tijd en wijle schalt uit de luidsprekers toeristische informatie in het Engels over het terrein. Niemand die het verstaat, behalve de Amerikaan Frank Kovács uit Hawaii. De gepensioneerde pensioenadviseur komt elk jaar naar Hongarije om z'n familie te bezoeken. Tevens is hij een groot liefhebber van het warme thermaalwater dat hij in Hawaii zo mist. 'Het zwembad van onze tennisclub thuis op Hawaii is gevuld met gewoon water dat alleen door de zon wordt opgewarmd,' aldus Kovács.

Omhoog
Terug naar archief