Aljmaš

Erik Nijsten

In het noordoosten van Kroatië, daar waar de rivieren Drava en Donau samenvloeien, ligt het kleine dorpje Aljmaš. Het is voor velen een geliefde plek om een weekendhuisje te hebben. De rust en de natuur zorgen ervoor dat het in de weekenden tijdens een barbecue goed toeven is onder het genot van zelfgemaakte wijn of rakija. Aljmaš is echter vooral bekend als bedevaartsoord.

Elk jaar op 15 augustus gedenken katholieken over de hele wereld dat Maria na haar dood met haar ziel en lichaam door God in de hemel werd opgenomen. Voor veel Kroaten is de dag ter ere van Maria's tenhemelopneming dé dag om naar een bedevaartsoord te gaan. Op 15 augustus 2003 begaf ik mij samen met een stel vrienden in het holst van de nacht vanuit Osijek op weg naar Aljmaš. Tijdens de vijf uur durende wandeling door de verschillende dorpen zwelde het aantal wandelaars langzaam maar zeker aan tot enkele honderden.

De meeste van hen wandelden al keuvelend in kleine groepjes richting het dorp. Slechts een enkele keer zag ik een grotere groep zich al zingend en biddend richting Aljmaš begeven. Met een pelgrimstocht vol boetedoening of troost had het mijns inziens dan ook weinig te maken. Het leek eerder een jaarlijks uitje. Dit vermoeden werd versterkt toen we in Aljmaš aankwamen.

Zodra we de kleine heuvel richting kerk aflopen, is het eerste wat opvalt de vele lammeren die rustig aan het spit ronddraaien boven het houtskool. Ernaast staan kraampjes waar ballonnen van Mickey Mouse en andere vrolijke stripfiguren worden verkocht. Hoewel het pas acht uur in de ochtend is, doen de drie restaurants op een steenworp afstand van de kerk, al goede zaken met het schenken van koffie en bier.

Er wordt echter ook gebeden. Omdat de kerk nog niet is afgebouwd, worden de meeste missen in de openlucht gehouden. De hijskraan die gebruikt wordt voor de bouw van de kerk, is voor de gelegenheid zo gepositioneerd dat deze een kruis vormt. Voor de kerk zitten enkele tientallen priesters op plastic stoeltjes klaar om de biecht af te nemen. Hoewel er lange rijen van gelovigen geduldig wachten om hun biecht te laten afnemen, lijkt het meer op een lopende band waar de meeste deelnemers snel vanaf willen zijn om vervolgens voor versnaperingen naar een van de restaurants te gaan.

De oorspong van het bedevaartsoort Aljmaš ligt in het jaar 1704. In dat jaar wordt een groep katholieke Kroaten door Hongaarse calvinisten verjaagd uit het 40 kilometer verder gelegen dorpje Lug. Tijdens hun vlucht namen de katholieken een beeld van de Heilige Maagd Maria mee. Volgens lokale verhalen plaatsten zij, uit angst dat het in verkeerde handen zou vallen, het beeld van Maria op een vlot op de rivier de Drava. De stroom van de rivier kon het beeld zo van het stroomopwaarts gelegen Lug wegvoeren. De plek waar het vlot zou stranden werd gezien als een plek waar het ook veilig zou zijn voor de groep gevluchte katholieken.

Uiteindelijk strandde het vlot in Aljmaš, enkele honderden meters van waar de Drava in de Donau vloeit. Aljmaš was dan ook de veilige plek, dacht men, waar de gevluchte katholieken zich in 1704 vestigden. De geschiedenis zou echter uitwijzen dat het allesbehalve een veilige plek was.

Vrijwel direct na aankomst in Aljmaš werd begonnen met de bouw van een eenvoudige houten kerk. Vier jaar later moest deze kerk al plaatsmaken voor een grotere kerk, die uiteindelijk in 1715 klaar was. Een hevige brand legde deze tweede kerk in 1846 echter in as. Het jaar daarop werd voor de derde keer begonnen met de bouw van een nieuwe kerk. Hoewel het kerkgebouw nog niet af was, werd het in 1852 door de Kroatische bisschop Josip Strossmayer (1815-1905), die in de negentiende eeuw belangrijk was voor de nationale bewustwording van de Kroaten, gezegend. Vijf jaar later schonk hij ook een nieuw beeld van Maria.

Na de Tweede Wereldoorlog, toen Kroatië deel uitmaakte van het Federale Socialistische Joegoslavië, werden de pelgrimstochten, die al sinds 1704 jaarlijks werden gehouden, vaak verboden. De zwaarste tijd brak echter na de onafhankelijkheid van Kroatië in 1991 aan. Servische paramilitairen vielen in juli van dat jaar het dorp binnen en verjoegen de overwegend Kroatische inwoners. Veel van de Kroatische inwoners van Aljmaš wisten op 1 augustus 1991 per boot naar Osijek te ontkomen. Een klein standbeeld aan de oever van de Donau herinnert nog altijd aan deze vlucht.

Andere inwoners hadden minder geluk en zaten lange tijd vast in het dorp, omgeven door de gewelddadigheden die in de regio Oost-Slavonië in volle hevigheid losbarstten. Een van de eerste gebouwen die werden vernietigd was de kerk. Deze werd opgeblazen totdat er slechts een hoop stenen overbleef. Het door Stossmayer geschonken beeld van Maria werd lange tijd verloren gewaand. In 1992 werd het zwaardbeschadigde beeld echter op miraculeuze wijze onder het puin vandaan gehaald en naar Osijek gebracht.

Toen Oost-Slavonië in 1998 op vreedzame wijze weer in Kroatische handen viel, keerden veel gevluchte inwoners terug naar het dorp. Van de huizen was vaak niet meer over dan vier muren. Plunderaars hadden ze in veel gevallen tot aan de elektriciteitsdraden toe leeggehaald. Van de kerk was niet meer dan een muur over.

De bouw van een nieuwe katholieke kerk werd het belangrijkste opbouwproject van het dorp. De omvang van de kerk lijkt bijna een boodschap aan buurland Servië, dat aan de overkant van de rivier ligt, dat Aljmaš, in tegenstelling tot het overwegend orthodoxe Servië, katholiek is. De nieuwe kerk is een ontwerp van een drietal architecten uit Zagreb. Zij zouden zich voor het ontwerp hebben laten inspireren door een zwaan. Hoewel smaken uiteraard verschillen, is een veel gehoorde opmerking dat deze moderne kerk niet had misstaan in de Kroatische hoofdstad, maar dat het voor een dorpje als Aljmaš een maatje te groot is.

'Alle wanhoop uit de achterkamers van Europa barst hier open,' schrijft Geert Mak in zijn boek In Europa over een bezoek aan de Franse bedevaartsplaats Lourdes. Toen ik vorig jaar wederom tijdens Maria Tenhemelopneming in Aljmaš was, leek deze beschrijving minder dan ooit op dit dorp van toepassing. De kerk is inmiddels wel klaar en er is een kruisgang gebouwd.

Voor het overige lijkt Aljmaš echter steeds meer op een kermis dan een bedevaartsoord. Er is zelfs een kleine carrousel aanwezig. Bij een van de restaurants speelt een heuse live band die tot in de kerk te horen is. Het bier vloeit rijkelijk op deze hete dag in augustus. De Mickey Mouse-ballonen worden inmiddels vergezeld door Spongebob. Ik besluit een lelijk roze engeltje als souvenir te kopen.

Omhoog
Terug naar archief