Hongarije

László Marácz

Hongarije likt zijn wonden na zeven jaar beleid van de socialistische ex-premier Ferenc Gyurcsány, die in april aftrad vanwege zijn falende beleid. De erfenis van Gyurcsány is niet gering. Hongarije staat er op allerlei terreinen slecht voor, maar vooral financieel-economisch is het land er dramatisch aan toe. De opvolger van Gyurcsány, zijn minister van Economische Zaken Gordon Bajnai (41), heeft een hard bezuinigingsbeleid aangekondigd om orde op zaken te stellen.

Waarschijnlijk is dat de reden waarom er geen enkele vrouwelijke minister in zijn kabinet te vinden is. Blijkbaar is de tijd van vriendelijkheden voorbij, nu moet er 'doorgepakt worden door echte, stoere mannen'. Tegen deze achtergrond vinden in Hongarije op 7 juni verkiezingen plaats voor het Europees Parlement, waarbij interessant genoeg een vrouw, Krisztina Morvai, de luis in de pels van de Hongaarse politiek is. De inzet van de verkiezingen zijn 22 parlementszetels.

De nieuwe premier van Hongarije kan geen lef ontzegd worden. Onder deze problematische omstandigheden is het geen geringe opgave om premier van Hongarije te zijn. Gezien de financieel-economische noodsituatie is zijn speelruimte zo goed als nul. Bajnai heeft al gezegd dat hij hooguit een jaar, tot aan de volgende nationale verkiezingen van 2010, crisisbeleid wil voeren en geen ambitie koestert om Hongarije op lange termijn te leiden.

Bajnai is bereid om het mes erin te zetten. Een van zijn eerste maatregelen was dat pensioengerechtigden hun eindejaarsuitkering, 'de dertiende maand pensioen', moeten inleveren. De maatregel komt hard aan bij de ouderen van Hongarije. Het siert Bajnai dat hij de daad bij het woord voegde, wat in de Hongaarse politiek al heel lang niet meer gebeurd is.

Ook heeft hij niet opportunistisch gehandeld door deze maatregel over de Europese verkiezingen heen te tillen. Maar het is duidelijk dat hij hiermee veel oudere kiezers van zich zal vervreemden en die hebben de afgelopen verkiezingen juist massaal op de regerende Hongaarse Socialistische Partij (MSZP) gestemd.

De MSZP is een partij die graag koketteert met socialistische nostalgie. De ouderen in Hongarije - en dat zijn er veel in een snel vergrijzende samenleving - voelen zich het best thuis in deze partij. Dit betekent dat Bajnai zich bij het onafwendbare heeft neergelegd. Deze Europese verkiezingen zijn voor de MSZP niet meer te winnen. De socialisten staan in de polls duidelijk op afstand van de oppositionele, centrumrechtse Hongaarse Burgerunie (FIDESZ). Vandaar dat Bajnai nu al bouwt aan een imago van betrouwbaarheid om bij de nationale verkiezingen volgend jaar beter voor de dag te komen.

Hoewel aangekondigd werd dat premier Bajnai ook personele vernieuwingen zou doorvoeren is dit nauwelijks gebeurd. Het is jammer dat Bajnai dit niet heeft aangedurfd. Het was een uitgelezen moment om het Hongaarse establishment, dat de afgelopen jaren over de hele linie faalde, wat op te schudden. De belangrijkste ministers van de regering-Gyurcsány zijn ook in het kabinet-Bajnai weer van de partij. Zijn bewering dat Hongarije aan een nieuw hoofdstuk is begonnen, maakt hij daarmee niet waar.

Er is echter één belangrijke vervanging: de nieuwe minister van Buitenlandse Zaken, Peter Balazs, de eerste eurocommissaris van Hongarije, volgt de kleurloze Kinga Göncz, dochter van de eerste democratisch gekozen president Arpad Göncz, op. Dochter Göncz is op haar beurt weer lijsttrekster geworden van de Hongaarse socialisten bij de komende Europese verkiezingen.

Zo heeft de Hongaarse politiek duidelijk iets weg van een baantjescarrousel. Haar belangrijkste boodschap is dat Hongarije meer EU-geld moet aantrekken om banen te scheppen. De vraag hoe de slinger van de Hongaarse economie zelf weer aangejaagd kan worden, blijft echter vreemd genoeg volledig buiten deze verkiezingen.

Ook bij de oppositie is het armoe troef. De kieslijst van de belangrijkste oppositiepartij, FIDESZ, die in de afgelopen cyclus twaalf zetels in het EP bezette, is zo goed als ongewijzigd. Partijleider Viktor Orbán heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt om zijn uitgebluste vertrouweling Tamás Deutsch in Brussel te dumpen.

De kleine oppositionele christendemocratische partij MDF, ooit de gangmaker van de Wende in Hongarije, heeft in een wanhopige poging de kiesdrempel van 5 procent te halen oud-minister van Financiën, uit nota bene het socialistische kabinet-Horn (1994-1998), van stal gehaald. Lajos Bokros is in Hongarije bekend geworden omdat hij in 1996 voor het eerst in Hongarije een bezuinigingspakket doorvoerde.

De enige die wel eens voor een verrassing tijdens de Europese verkiezingen zou kunnen zorgen, is Krisztina Morvai (46), die de lijst van de nationalistische partij Jobbik, de Beweging voor een Beter Hongarije, aanvoert. De partij waar Morvai nu het gezicht van is, omarmt een mengeling van linkse, haast communistische en klassiek nationalistische thema's. Het is echter vooral een anti-partij. De partij is tegen de NAVO, tegen inmenging van Brussel in Hongaarse zaken, en vooral tegen het eigen Hongaarse establishment dat Hongarije 'voor een appel en een ei heeft uitgeleverd' aan de boze buitenwereld.

Het is wonderlijk dat juist Morvai lijsttrekker is geworden van Jobbik. Zij is immers prominent lid van het establishment. Morvai vertegenwoordigde Hongarije bij de Verenigde Naties en doceert strafrecht aan de ELTE Universiteit in Boedapest. Het keerpunt was waarschijnlijk het moment waarop zij zich als onafhankelijke juriste het lot aantrok van de slachtoffers van de politionele acties die Gyurcsany de afgelopen jaren liet uitvoeren om betogingen tegen zijn beleid de kop in te drukken.

Het beleid van Gyurcsány laat overal in de Hongaarse samenleving diepe sporen na. Het gevaar van een beweging als Jobbik is dat goedkoop populisme in Hongarije aan kracht wint. De economische crisis zal overwonnen als worden als iedereen 'Hongaarsche waar' koopt, aldus Jobbik.

Ook typerend voor het huidige Hongarije is Morvai's echtelijk leven. Morvai is getrouwd met niemand minder dan de anchorman van de Hongaarse staatstelevisie, György Baló (62), die zijn hele leven een trouwe dienaar is geweest van de socialistische beweging. Het is moeilijk voor te stellen dat de spreekbuis van het zittende establishment en de felste bestrijdster ervan onder één dak samenleven. Boze tongen beweren dan ook dat het stel, dat drie kinderen heeft, de langste tijd samen wel gehad heeft.

Jobbik zal met Morvai waarschijnlijk wel de kiesdrempel halen. Hoewel Jobbik geen echte aanwinst is voor de democratisering en vernieuwing van Hongarije, kan Morvai de luis in de pels van het establishment worden. Een fris ogende, goedgebekte, fel en helder argumenterende politica, die als een kruising van Agnes Kant en Rita Verdonk het Hongaarse establishment wakker schudt, zal zeker bijdragen tot de doorbreking van die nare, saaie en zelfvoldane sfeer van 'oude jongens krentenbrood' die ondanks de zware economische crisis in de Hongaarse politiek overheeerst.

Omhoog
Terug naar archief