Slowakije

Marlies Ootes

Slowakije heeft momenteel een triest record in handen: in 2004 nam nauwelijks 17 procent van de Slowaken zich de moeite om voor hun vertegenwoordigers in het Europees Parlement naar de stembus te gaan. Dit was het laagste opkomstpercentage in de geschiedenis van de Europarlementsverkiezingen.

Over het hoe en waarom van deze lage opkomst zijn de meningen verdeeld. Sommigen zeggen dat, omdat de Oost-Europese landen bij de eerste Europese verkiezingen in juni 2004 pas net tot de Europese Unie (EU) waren toegetreden, de bevolking nog geen idee had wat precies op haar af zou komen, en daarom eerst maar de kat uit de boom keek. Anderen wijten de beperkte interesse aan het ontbreken van informatie over Europese vraagstukken in de media.

Hoe het ook zij, zaak is nu een herhaling van dit debacle te voorkomen. Grootscheepse campagnes zijn aangekondigd, onder andere gefinancierd door de EU. Thema's die in de campagnes worden aangesproken zijn onder meer de diversificatie van energiebronnen en de Europese subsidies.

Behalve met posters en billboards, die in het hele land te zien zullen zijn, zijn Bratislava, Banská Bystrica en Trnava sinds half april tevens gesierd met 3D-schermen. De campagnes richten zich vooral op jonge kiezers. Zo worden er bijvoorbeeld aan universiteiten simulaties van vergaderingen van het Europees parlement georganiseerd.

Helaas werden de eerste schermutselingen voor de Europese verkiezingen grotendeels overschaduwd door de nek-aan-nek-race om het Slowaaks presidentschap. Bij de eerste ronde eind maart kwam ook hier slechts 43,6 procent van de stemgerechtigden opdagen. Zittend president Ivan Gašparovič won de meeste stemmen, maar wist geen meerderheid te behalen. De strijd werd uiteindelijk beslecht in het voordeel van Gašparovič in een tweede ronde op 5 april. Met 55,5 procent van de stemmen versloeg hij zijn christendemocratische concurrente Iveta Radičová. De opkomst bij de tweede stembusgang overtrof met ruim 51 procent de verwachtingen.

Nog voordat de verkiezingen voor het Europees Parlement aan de beurt zijn, stonden op 25 april regionale verkiezingen op het programma. Op 6 juni mogen de Slowaken vervolgens hun stem uitbrengen voor hun afgevaardigden in het Europees Parlement. De voor de hand liggende vraag luidt natuurlijk of de Slowaken dan nog van de bank af te krijgen zijn om aan deze vierde oproep tot burgerplicht te voldoen.

Tot nu toe lijken ze er niet warm voor te lopen. Volgens de Eurobarometer, het publieke opinieonderzoek van de EU, wil slechts 16 procent van de Slowaakse stemgerechtigden met zekerheid gaan stemmen. Het EU-gemiddelde ligt op 28 procent.

De aandacht voor Europa lijkt echter wel te zijn gegroeid: 61 procent van de in eind januari en begin februari bevraagde Slowaken wist dat de Europese verkiezingen dit jaar plaatsvinden. Voor de hele EU bedroeg dit percentage slechts 32 procent. Niettemin zegt 60 procent van de Slowaakse kiezers niet geďnteresseerd te zijn in de verkiezingen voor het Europees Parlement, tegenover 53 procent van de EU-burgers.

Interesse of niet, Slowakije kiest dit jaar dertien vertegenwoordigers. Dit is één afgezant minder dan in de eerste vijf jaar, als gevolg van de nieuwe verdeling van mandaten door de toetreding van Roemenië en Bulgarije. Dertien van de huidige veertien Slowaakse parlementsleden willen zich herkiesbaar stellen.

De meeste partijen hebben er echter voor gekozen om prominentere gezichten bovenaan de kieslijsten te zetten. Veel nieuws is er echter niet bij. De meeste kandidaten zijn politici met jarenlange ervaring, veelal voormalige ministers en parlementsleden. De nummer één van de christelijke centrumpartij Slowaakse democratische en christelijke unie (SDKU) bijvoorbeeld is voormalig minister van Buitenlandse Zaken Eduard Kukan. De regerende sociaaldemocratische partij Smer, onder leiding van premier Robert Fico, stuurt in ieder geval parlementslid Boris Zala naar Brussel.

Voormalig partijpresidente en zittend Europarlementslid Monika Flašíková-Beňová, die openlijk de coalitievorming van de Smer met de rechts conservatieve Volkspartij - Voor een democratisch Slowakije (HZDS) en de extreemrechtse Slowaakse Nationale Partij (SNS) bekritiseerde, vond zichzelf terug op de derde plaats. Naar alle verwachting zal Smer echter minstens drie zetels behalen, waardoor in dat geval de positie van de populaire politica niet in gevaar hoeft te komen.

De belangrijkste thema's die de afgevaardigden volgens de Slowaakse bevolking in Brussel zouden moeten bespreken, zijn de hard stijgende werkloosheid, die in maart van dit jaar volgens het Slowaakse Bureau voor de Statistiek 10,3 procent bedroeg, en de stagnerende economie. Beide onderwerpen werden door ongeveer 70 procent van de door de Eurobarometer ondervraagden genoemd. Minder urgent vindt men terrorisme (19 procent) en immigratie (7 procent).

Of de Slowaken voor deze thema's op 6 juni in groten getale ook daadwerkelijk naar de stembus zullen gaan, en Slowakije daarmee zijn reputatie in Europa zal kunnen opkalefateren, moet dan blijken.

Omhoog
Terug naar archief