Russische vrouwen van formaat

Greetje van der Werf en Thijs Peters

Politiek, economie, cultuur en wetenschap worden in Rusland gedomineerd door mannen. Heel af en toe weet een vrouw tot deze mannenbolwerken door te dringen. Prospekt portretteert vijf vrouwen die dat lukte. Van de eerste gevechtspilote Raskova en de kosmonaute Teresjkova, de robuuste politica Starovojtova en de stoutmoedige eega Gorbatsjova, tot de huidige grande dame Antonova, die nog altijd waakt over het Russisch kunstbezit.

Uit een Russische opiniepeiling blijkt dat ruim 47 procent van de Russen de voorkeur geeft aan een vrouwelijke president. De ondervraagden hebben liever een vrouw 'omdat die niet drinkt en geen oorlog begint'. Kennelijk bestaat er zelfs bij veel Russische mannen - we nemen aan dat die 47 procent niet alleen uit vrouwen bestaat - het besef dat in een land met zo veel dronken mannen, de vrouwen de steunpilaar zijn van de maatschappij.

Ondanks deze uitkomst kan president Poetin gerust zijn. De bewondering voor de werklust en het doorzettingsvermogen van de vrouwen reikt waarschijnlijk niet veel verder dan een sociaal wenselijk antwoord op de vraag van de enquêteur. In werkelijkheid is Rusland nog lang niet toe aan een vrouwelijke president.

In de communistische tijd had het gelijkheidsideaal ook betrekking op de werkvloer. Zeker in vergelijking met veel westerse landen was de arbeidsparticipatie van vrouwen er hoog. De meeste artsen en leerkrachten waren vrouw. Al kregen ze slechter betaald - medisch en onderwijzend personeel stonden aanzienlijk lager in aanzien dan bijvoorbeeld een metaalbewerker - de Russische vrouwen leken een voorsprong te hebben op de westerse vrouwen.

Na de val van de Sovjet-Unie bleek de opgelegde gelijkheid tussen de seksen weinig met emancipatie te maken te hebben. Het was niet meer dan een laagje vernis. Is het vinden van een baan in Moskou en Sint Petersburg moeilijk geworden, in de provincie zijn vrouwen vrijwel kansloos, aldus Maria Mochova in een rapport van Amnesty International.

Mochova strijdt voor de rechten van vrouwen in de Russische maatschappij. Russische mannen zijn niet bereid hun positie af te staan. Schikken vrouwen zich niet goedschiks in een onderdanige rol, dan moet het maar kwaadschiks. Jaarlijks overlijden in Rusland 14.000 vrouwen door toedoen van hun echtgenoten of andere mannelijke familieleden.

Niettemin zijn er door de hele Russische geschiedenis telkens weer vrouwen geweest die hun kop boven het maaiveld hebben uitgestoken. Die zich door talent en hard werken een positie wisten te veroveren op het gebied van de wetenschap, de politiek en de kunst. Wij beperken ons tot de twintigste eeuw.

Marina Raskova
Marina Michaïlovna Raskova was een legendarische luchtvaartpionier uit de jaren dertig van de twintigste eeuw. Op 24 en 25 september 1938 vloog zij als eerste van Moskou, over Siberië, naar het Verre Oosten. Zij deed dat zonder tussenstop en met een geheel vrouwelijke bemanning. Op 2 november 1938 werd zij hiervoor onderscheiden met de uiterst prestigieuze titel Held van de Sovjet-Unie.

Raskova, geboren in 1912 in een gezin van pedagogen, werkte vanaf 1932 in een laboratorium voor luchtvaartnavigatie. In 1935 slaagde zij voor het pilotenexamen van de Aerokloeb, de luchtvaartorganisatie van de Komsomol. De luchtvaart was in de jaren dertig bijzonder populair in de Sovjet-Unie. Na haar eerste nonstopvlucht over praktisch de hele Sovjet-Unie van west naar oost, zou zij nog diverse lange afstandsvluchten maken, maar echt legendarisch werd zij vanwege een andere baanbrekende prestatie.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog formeerde zij drie luchtregimenten die uitsluitend uit vrouwen bestonden, allen jonge vrijwilligsters van negentien of twintig jaar oud. Onder haar commando vlogen de vrouwen in het holst van de nacht boven vijandelijk gebied om daar hun bommen af te werpen. Zij waren de eerste vrouwelijke piloten in de geschiedenis die deelnamen aan gevechtshandelingen.

De vrouwen vlogen in gammele dubbeldekvliegtuigjes van triplex en linnen. De meesten maakten vijf- tot achthonderd vluchten, een enkele vrouw redde het om duizend keer heen en terug te vliegen. Als ze werden geraakt brandden hun vliegtuigjes als een fakkels.

Van de 240 'heksen van de nacht', zoals ze door de Duitsers al snel genoemd werden, verbrandden er 32. Omdat zij zo laag en zo langzaam vlogen, troffen zij echter zeer veel doelen. De Duitse luchtafweer wist zich geen raad met deze jonge Russinnen. Voor hen vlogen ze veel te laag en te langzaam. De nachtheksen waren fanatiek en vol verachting voor de dood (liever dood dan krijgsgevangen).

Marina Raskova kwam in 1943 bij een van haar vluchten om het leven. Zij werd bijgezet in de muur van het Kremlin, een eer die tot dan toe alleen nog gegund was aan de revolutionaire Vera Figner en de minnares van Lenin, Inessa Armand. Voor zover wij weten zijn zij de enige Russinnen die bij het Kremlin aan het Rode Plein hun laatste rustplaats kregen.

Valentina Teresjkova
In de laatste editie van de Grote Sovjet Encyclopedie, uit het midden van de jaren zeventig, staat de naam van de Russische kosmonaute Teresjkova niet onder de 'T'. Het blijkt dat je haar moet zoeken onder de naam van haar man, onder de prozaïsche Russische achternaam Nikolajev.

Op 22 juni 1963 werd Valentina Teresjkova gehuldigd en ook zij werd een Held van de Sovjet-Unie. Teresjkova verdiende dat alles omdat zij drie dagen daarvoor - als eerste vrouw ter wereld - in de ruimte geweest was. In het ruimteveer Vostok-6 draaide zij 71 uur lang rondjes om de aarde.

Tot dan toe was zij een volslagen onbekende vrouw geweest, maar nu wilde iedereen opeens weten 'wie toch die Valentina was' die 48 rondjes om de aarde had gedraaid. Zij bleek de meest gewone sovjetvrouw te zijn die je je maar bedenken kon.

Geboren op 6 maart 1937 in het dorpje Maslennikovo in de provincie Jarovlavl. Haar vader en moeder werkten beiden op de plaatselijke kolchoz. Het gezin leefde gelukkig tot vader tijdens de Tweede Wereldoorlog aan het front omkwam.

Na de oorlog verhuisde Valentina's moeder met haar drie kinderen naar de provinciehoofdstad Jaroslavl. Daar volgde de jonge Valentina een technische opleiding. Ondertussen leerde zij bij de plaatselijke Aerokloeb parachutespringen, en later ook vliegen.

Valentina, die zich hartstochtelijk voor de ruimtevaart interesseerde, schreef een brief naar Moskou en kreeg prompt toestemming aan de maandenlange training en voorbereiding op een ruimtevlucht te mogen beginnen. Zij had het geluk dat de toenmalige partijleider Nikita Chroesjtsjov een grote zwak had voor helden van eenvoudige komaf. De ouders van Joeri Gagarin, die zich op 12 april 1961 als de eerste mens ter wereld buiten de dampkring gewaagd had, waren ook eenvoudige kolchozarbeiders.

Na haar huldiging als Held van de Sovjet-Unie kreeg Valentina Teresjkova nog vele andere eervolle hoedanigheden. In 1968 werd zij voorzitter van het Comité van Sovjetvrouwen, in 1969 vice-president van de Internationale Democratische Vrouwenbond (voor de wereldvrede) en in 1971 lid van het Centraal Comité van de CPSU. Later kreeg zij ook de Lenin-orde, de Orde van de Oktober Revolutie en vele medailles. Bovendien werd er op de maan een krater naar haar vernoemd. Valentina Teresjkova is een echte heldin uit de sovjettijd. Maar in de Grote Sovjet Encyclopedie staat zij onder de naam van haar man.

Galina Starovojtova
Dat laatste zal de Russische parlementariër Galina Starovojtova niet overkomen. Mocht er ooit weer een Encyclopedie van de Russische Federatie verschijnen, dan zal zij zeker onder haar eigen naam daarin terechtkomen, Starovojtova dus.

Galina Starovojtova was een markante persoonlijkheid in de Russische politiek van de jaren negentig, de Jeltsin-jaren. Zij genoot een groot moreel gezag en was erg populair onder de Russische burgers omdat zij als een van de weinige parlementsleden niet uit was op persoonlijk gewin.

In het Westen was zij populair omdat ze geen blad voor de mond nam en iedere gelegenheid aangreep om haar politieke idealen van democratie, persvrijheid en het respecteren van de mensenrechten, in zeer goed Engels, te verwoorden. Rusland moest een democratische rechtstaat worden.

In 1990 was ze medeoprichter van de partij Democratisch Rusland. Daarnaast was zij enige jaren de naaste adviseur van president Jeltsin. Bij de parlementsverkiezingen van 1995 werd zij lid van de Doema. Hier verzette zij zich tegen de antisemitische uitlatingen van het parlementslid Albert Makasjov, die openlijk de joden de schuld gaf van de malaise in Rusland.

Een jaar later weigerde de kiescommissie haar voordracht voor de presidentsverkiezingen: blijkbaar was Rusland nog niet toe aan een vrouwelijke presidentskandidate. Zij was van plan zich opnieuw kandidaat stellen voor de presidentsverkiezingen van juni 2000, niet omdat ze enige kans maakte, maar omdat ze het noodzakelijk vond dat er ook een vrouwelijke kandidaat was.

Zo ver zou het echter niet komen. In de vroege ochtend van zaterdag 21 november 1998 werd zij in het trappenhuis van haar woning aan de Gribojedovgracht in Sint Petersburg door professionele huurmoordenaars doodgeschoten. Op 6 december zouden in Sint Petersburg lokale verkiezingen gehouden worden, waarbij zij de democraten zou bijstaan. De moord is nooit opgelost. Van de twee Russen die in februari 2002 op verdenking van deze moord in Tsjechoslowakije werden aangehouden, is niets meer vernomen. Galina Starovojtova werd 52 jaar.

Raïsa Gorbatsjova
Toen de wereld in maart 1985 de nieuwe partijleider Michaïl Sergejevitsj Gorbatsjov voor het eerst te zien kreeg, vielen twee dingen onmiddellijk op. De nieuwe leider bleek nog relatief jong te zijn en hij had een goedgeklede, elegante en ontwikkelde echtgenote.

Raïsa Maximovna Gorbatsjova deed de wereld, maar vooral haar eigen land, versteld staan omdat zij ook naar voren trad als de echtgenote van. Dat was even wennen voor de gewone sovjetburger! Tot dan toe waren de echtgenotes van de partijleiders onzichtbare figuren op de achtergrond geweest. De foto's die van hen verspreid werden, toonden onopvallende, gezette vrouwen in vormeloze jurken.

Maar Raïsa liet zich niet naar de achtergrond dwingen. Waar partijleider en president Michaïl Gorbatsjov ook was, daar was ook Raïsa Maximovna. Dat maakte haar niet geliefd in eigen land. In het buitenland daarentegen was zij al snel een graag geziene gast.

Terwijl haar modebewustzijn en haar actieve rol als 'de vrouw van' de sovjetbevolking een doorn in het oog waren, was zij in het buitenland juist om die eigenschappen geliefd. Zij vervulde haar rol als First Lady met glans. Margareth Thatcher ging graag met haar op de foto.

Raïsa had een eigen persoonlijkheid die zij niet verloochende en waarmee zij vrijwel zeker heeft bijgedragen aan het succes van haar man om de Sovjet-Unie een menselijke gezicht te geven. Maar het zou tot 1999 duren, toen Raïsa Gorbatsjova al ernstig ziek was, voor de eerste blijken van waardering vanuit de Russische bevolking kwamen.

Gorbatsjova werd geboren als Raïsa Titorenko in 1932 in het plaatsje Roebzovsk in Siberië. Zij studeerde sociologie en filosofie aan de Moskouse Staatsuniversiteit, waar zij haar toekomstige man leerde kennen. Tot maart 1985 was zij docente filosofie. De eerste en meteen ook de laatste First Lady van de Sovjet-Unie overleed in september 1999. Zij werd begraven bij het Novodevitsji-klooster in Moskou. In mei 2003 lagen er nog veel bloemen op haar graf.

Irina Antonova
Niet ver van het Moskouse Kremlin bevindt zich het opvallend goed onderhouden gebouw van het Poesjkinmuseum, het Staatsmuseum voor Beeldende Kunsten. Het gebouw ziet er nog net zo uit als toen het museum in 1912 voor het eerst zijn deuren opende. Een klassieke tempel in lichtgele kleur, met hoge witte zuilen langs de façade. Zoals het gebouw - in klassieke stijl, zonder ornamenten, maar degelijk en goed onderhouden - zo ook de directrice.

De 81-jarige Irina Antonova zwaait al 42 jaar de scepter in het Poesjkinmuseum. En dat doet zij met verve. Zo heeft zij de claim van Nederland op de Koenigs-collectie altijd categorisch afgewezen.

De Nederlandse havenbaron Van Beuningen verkocht vlak voor de Tweede Wereldoorlog zijn collectie uiterst kostbare tekeningen aan de Duitser Koenig. Na de oorlog namen de Russen de collectie als oorlogsbuit uit Duitsland mee naar Rusland, waar de collectie decennialang in de kelders van het Poesjkinmuseum verborgen lag. Omdat zij tot enkele jaren geleden steevast ontkende dat de collectie zich in haar museum bevond, stond Irina Antonova in Nederland in een kwaad daglicht.

Nu zijn er in Rusland musea voor vaderlandse kunst, zoals het Russische museum in Sint-Petersburg en de Tretjakov-galerij in Moskou, en er zijn musea voor kunst afkomstig uit het buitenland, zoals de Hermitage in Sint Petersburg en het Poesjkinmuseum in Moskou. In de sovjettijd was het veel gemakkelijker directeur te zijn van een collectie Russische kunst dan van een collectie moderne westerse kunst. Die kunst was immers afkomstig uit decadente, kapitalistische landen en 'niet de moeite waard', althans niet voor sovjetburgers.

Irina Antonova was dus jarenlang verantwoordelijk voor de verkeerde kunst, die niet getoond mocht worden. Van 1949 tot 1953 was er in het Poesjkinmuseum zelfs helemaal geen kunst te bezichtigen, alleen cadeautjes. Vier jaar lang was het museum gevuld met alles wat Stalin van zijn dankbare onderdanen cadeau gekregen had.

Het pleit voor Antonova dat zij haar collectie ongeschonden door de communistische tijd geloodst heeft. Bovendien slaagde zij er vanaf de jaren zeventig telkens weer in toestemming te krijgen voor het naar de zalen brengen van verboden kunst uit de kelders. De sovjetburgers waren haar dankbaar en bezochten massaal de exposities van het werk van Van Gogh, Gauguin, Matisse, Picasso, Monet en Renoir en vele andere meesters.

Maar de zaak van Irina Antonova is gecompliceerder. Want het Poesjkinmuseum - een staatsmuseum - heeft na de Revolutie zijn collectie telkens uitgebreid door privé-collecties te nationaliseren. Na de Tweede Wereldoorlog kwam daar nog een grote hoeveelheid buitgemaakte kunst bij. Geen wonder dus dat toen het museum na de ondergang van het communisme eenmaal alles mocht laten zien wat het al die jaren in depot bewaard had, er van alle kanten claims gelegd werden.

Voor Irina Antonova komt het gevaar nu uit een hele andere hoek. De internationale museumwereld kijkt toe: al die keren dat zij moest kiezen tussen de kunst en de politiek, koos zij voor de politiek om de kunst te beschermen. Nu zij moet kiezen tussen de kunst en het recht, zal zij waarschijnlijk zónder compromissen kiezen voor de kunst.

Omhoog
Terug naar archief