Eenpartijstaat via verkiezingen

Pauline Michgelsen

Op zaterdag 18 augustus kon de bevolking van Kazachstan naar de stembus voor vervroegde parlementsverkiezingen, die nodig waren om een aantal grondwetswijzigingen, waartoe in mei 2007 was besloten, te bekrachtigen. De wijzigingen behelsden onder meer een verhoging van het aantal parlementsleden van 77 naar 107 en een verkorting van de presidentiële zittingstermijn van zeven naar vijf jaar. Ook kan een president nog maar maximaal twee termijnen gekozen worden. Deze grondwetswijzigingen moeten Kazachstan tot een democratischer land maken, met beperktere macht voor de president.

Ondertussen gelden de twee laatstgenoemde grondwetswijzigingen niet voor de huidige president. De nu 66-jarige Noersoeltan Nazarbajev is al sinds Kazachstans onafhankelijkheid in 1991 aan de macht. Hiervoor was hij eerste secretaris van de communistische partij van Kazachstan. Hij wil in 2012 graag weer herkozen worden.

De Kazachse kiezers konden niet meer op (partij)kandidaten stemmen, maar slechts op partijen, die achteraf zelf bepalen wie er namens hen in het parlement komt. Van de zeven partijen die meededen, heeft slechts één partij de kiesdrempel van zeven procent gehaald: Noer Otan (Licht van het Vaderland) kreeg ruim 88 procent van de stemmen. Nazarbajev is de voorzitter van deze partij.

De opkomst lag rond de 65 procent, waarbij de stedelingen veel minder moeite namen naar de stembus te gaan dan de plattelandsbevolking. Zo lag de opkomst in Almaty onder de 25 procent, terwijl sommige dorpen al enkele uren voor sluitingstijd een opkomst van 100 procent telden. Wellicht dat plattelandsbewoners gezagsgetrouwer zijn en zich eerder door hun plaatselijke bestuur gedwongen voelen toch maar te gaan stemmen. De luide muziek die uit alle stemlokalen schalde moest hen daarbij helpen.

Van veel belangstelling voor de verkiezingen leek geen sprake te zijn. 'Als ze mij met rust laten, vind ik het allemaal best,' vat de algemene gevoelens, die ik als algemeen waarnemer tegenkwam, redelijk samen.

Voor het Kazachse parlement, de Mazjilis, betekent de uitslag geen grote verandering: bij de vorige parlementsverkiezingen behaalde slechts één oppositiepartij, Ak Zjol (Helder Pad) één zetel. Net als toen hebben de oppositiepartijen, waarvan Ak Zjol en de Nationale Sociaal-Democratische Partij (NSDP) de grootsten zijn, ook deze keer geprotesteerd tegen de uitslag.

NSDP-leider Zjarmchan Toejaqbaj zei naar de rechtbank te zullen stappen, ook al verwacht hij weinig steun uit die hoek. 'Het gaat erom de bevolking het ware gezicht te tonen van onze machthebbers. Pas als het volk begrijpt hoe onrechtvaardig die zijn, zullen ze wakker worden.' Ak Zjol gaf een verklaring uit waarin verzocht werd om een hertelling van de stemmen en de vorming van een commissie met vertegenwoordigers van alle partijen om de uitslagen te controleren. Nazarbajev vond dat men van de uitslag 'geen tragedie' moest maken. Het volk had gesproken.

De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), die een internationale verkiezingswaarnemersmissie coördineerde, verklaarde in haar eerste rapport dat de verkiezingen beslist een vooruitgang waren, maar dat nog niet aan alle vereisten is voldaan. Op verkiezingsdag zelf werden er met name bij het stemmentellen veel onzorgvuldigheden geconstateerd.

De grootste problemen liggen echter vóór verkiezingsdag: er zijn plaatselijke besturen die zo trouw zijn aan de president en diens partij dat ze voor hen campagne lijken te voeren en de toegang tot de (zelden onafhankelijke) media is voor de oppositiepartijen zeer beperkt. In Kazachstan heeft bovendien slechts zo'n 2 procent van de bevolking toegang tot internet, hetgeen onafhankelijke informatievergaring verder bemoeilijkt.

Voor Kazachstans leiders is de beoordeling van de OVSE belangrijk: Kazachstan hoopt in 2009 voorzitter de worden van deze organisatie, nadat een poging in 2006 mislukte. Dit verklaart wellicht ook de welwillende toon van de OVSE, die sprak van 'een stap voorwaarts richting democratie' en vergelijkbare zinsneden. Loebomir Kopaj, hoofd van de waarnemersmissie van de OVSE, voegde hier wel aan toe nog nooit een democratie te hebben gezien met slechts één partij in het parlement.

Omhoog
Terug naar archief