Rusland en Europa samen verder
René Does
Halfjaarlijks houden Rusland en de Europese Unie een top. Op 26 en 27 juni vond alweer de 21ste plaats. Deze keer in Chanty-Mansijsk, een booming oliestadje in West-Siberië.
De allereerste taak waarvoor beide partijen zich gesteld zagen, was werken aan een nieuw Partnerschapsverdrag (PV). Het PV uit 1997 liep in 2007 af en moest worden vernieuwd, maar door weerstand van eerst Polen, vanwege het Russische importverbod op Pools vlees, en later Litouwen, vanwege kritiek op Ruslands harde politiek jegens de voormalige sovjetrepublieken Oekraïne en Georgië, werd het werken aan een nieuw PV steeds uitgesteld en bleef het verdrag uit 1997 van kracht.
De top in Chanty-Mansijsk kende enkele interessante aspecten. Zo was er voor de EU-delegatie een eerste kennismaking met de nieuwe president Dmitri Medvedev. En de keuze voor het West-Siberische oliestadje als ontmoetingsplaats moest de positie van Rusland als 'energiegrootmacht' vis-à-vis Europa onderstrepen. Terzijde: deze top tussen de EU en Rusland vond in Azië plaats, want Chanty-Mansijsk ligt in Siberië en daarmee in het Aziatische deel van Rusland.
Het belangrijkste resultaat van de top was dat de obstakels voor het starten van de onderhandelingen voor een nieuw PV werden opgeruimd, zodat de EU en Rusland verder kunnen werken aan de wederzijds gewenste opbouw van een 'strategisch partnerschap'. Verder was de EU-delegatie enthousiast over de constructieve opstelling van de nieuwe man Medvedev. De laatste jaren onder Poetin werden immers gekenmerkt door een ruziesfeer over thema's als Kosovo en het nieuwe anti-raketschild in Polen en Tsjechië.
Een teleurstelling voor de Europeanen was dat Rusland vooralsnog niet wilde spreken over het opstellen van een Energiecharter. Ook zal het nieuwe PV een korte intentieverklaring worden die later thematisch zal worden uitgewerkt, zoals Rusland vóór de top voorstond, en niet een uitgewerkt samenwerkingsprogramma, zoals de EU wilde.
De grotere meegaandheid van Rusland is vooral tot stand gekomen doordat de EU weer respect voor Rusland als grootmacht toonde. Poetin heeft met zijn hardere opstelling van de laatste tijd de EU-lidstaten willen inwrijven dat de afhankelijkheid van Europa van Rusland wel eens groter kon zijn dan andersom.
Ook verweet Rusland de EU dat onder invloed van de 'nieuwe Europeanen' (de nieuwe lidstaten in Oost-Europa) de organisatie ging lijden aan Russofobie, Europees egoïsme en het hanteren van dubbele standaarden. Rusland praat liever op bilateraal niveau met de EU-lidstaten, die zich daar ook niet van laten afhouden.
Zo was er na de top inderdaad weer een relletje veroorzaakt door een nieuwe lidstaat. Tijdens het forum van Fins-Oegrische volken riep president Toomas Ilves van Estland de Fins-Oegrische volken binnen de Russische Federatie op naar grotere autonomie te streven.
De Russische delegatie vatte dit op als een beledigende inmenging in interne Russische zaken, hoewel inheemse Fins-Oegrische volken in West-Siberië als de Chanty, de Mansy en de Nenets inderdaad nauwelijks van de nieuwe olierijkdom profiteren. Verder werd Estland aangeraden eerst maar eens de rechten van de Russische minderheid in het eigen land beter te beschermen.
Toch is de top als een succes bestempeld, ook door de Russen. Zo stelde de vooraanstaande buitenlanddeskundige Sergej Karaganov, verbonden aan de Hogeschool voor Economie in Moskou, dat door de verzwakking van de positie van de EU op het wereldtoneel en de versterking van die van Rusland beide zijden naar elkaar toe groeien in het gewenste partnerschap.
Hij zou zelfs naar een 'strategische unie' willen toewerken. 'Als we zo'n ontwikkeling afwijzen zal de uitkomst duidelijk zijn. Europa zal meer en meer de weg van Venetië volgen: mooie verwelking. Rusland kan in het geval van een breuk met Europa een nog wreder noodlot verwachten: een Nigeriaans ontwikkelingspad.'
Hoe dan ook: Europa en Rusland gaan op naar de 22ste top.