Tweedehands Russische boeken. Dat is de specialiteit van Johan Bouwmeester, eigenaar van antiquariaat Lomonosov op het Grote Kerkhof in Deventer en Prospekt-lezer van het eerste uur. 'Als boeken binnenkomen zie ik in één oogopslag wat voor vlees ik in de kuip heb.'
In november 1993 verrichtte de historicus Jan Willem Bezemer (1921-2000) de opening van het eerste Russische antiquariaat in Nederland. Een paar jaar daarvoor, toen de Koude Oorlog begon weg te ebben, had voormalig leraar Maatschappijleer Johan Bouwmeester (72) bedacht dat het tijd werd om over te stappen op Russische boeken. Ooit begonnen met de handel in Judaica - 'Die markt bleek te beperkt' - volgde hij zijn eigen belangstelling voor Oost-Europa. In de zijbeuk van de oude Lebuïnuskerk in Deventer opende hij een winkeltje.
Aanvankelijk verzamelde hij daar Tsjechische, Hongaarse, Poolse en Albanese boeken. 'Ik wist genoeg van die talen om te begrijpen waar ze over gingen.' Bouwmeester had veel gereisd in diverse Midden-Europese landen. 'Als leraar organiseerde ik al voor 1989 jaarlijks een schoolreis naar Praag. Ik kende die stad als mijn broekzak.'
Sinds de opening van zijn Russische antiquariaat heeft Bouwmeester talloze collecties binnengekregen uit Frankrijk, Nederland en België. Omdat hij vond dat hij niet alleen de krenten uit de pap mocht halen, kocht hij hele verzamelingen op.
'Soms zaten daar zeldzame boeken tussen. Ik heb er hier toevallig twee op tafel liggen.' Bouwmeester wijst op twee delen van een literaire encyclopedie uit 1939, voor 1875 euro. Een encyclopedie voor de liefhebber, die verscheen in een periode van repressie, toen miljoenen sovjetburgers verdwenen in de Goelag. Bouwmeester: 'Als je de delen doorbladert, zie je voortdurend andere namen in de redactie. En wat ook bijzonder is: ik heb de hele encyclopedie compleet, ook al ontbreekt deel tien. Dat is hetzij nooit uitgekomen, of de hele oplage is vernietigd, maar het heeft de markt nooit bereikt. Daar stond iets in wat verboden was.'
Het loopt deze ochtend geen storm in het antiquariaat. Het interview wordt eenmaal onderbroken door een bezoeker die Russische ex-librissen aanbiedt. Bouwmeester is wel geïnteresseerd: 'Ik heb hier ook het ex-libris van de clown Oleg Popov. Wist je dat die nooit meer terug wil naar Rusland?'
Antiquariaat Lomonosov kent een kleine, vaste klantenkring. Die bestaat uit Russen die in Nederland wonen, en - voor het merendeel - uit Nederlanders. Dat is een van de redenen waarom Bouwmeester zijn winkel heeft opgesplitst in twee delen: een Russischtalig en een niet-Russischtalige afdeling.
Soms heeft Bouwmeester romans in de schappen staan, maar de meeste werken vallen onder het kopje 'Ruslandkunde'. Dit heeft alles te maken met zijn eigen interesse. 'Ik ben niet zo literair angehaucht, ik interesseer me vooral voor geschiedenis. De laatste jaren leest hij het liefst boeken over de sovjettijd die van alle ideologie gespeend zijn. 'Ik was al niet procommunistisch toen ik met mijn antiquariaat begon. Ik heb me nooit ondergedompeld in het "totalitaire zinderen", zoals Van het Reve dat noemde. Ik ben eerder nog anticommunistischer geworden dan ik al was onder invloed van de onthullingen over de gebeurtenissen in de diverse communistische dictaturen.'
Bouwmeester leest graag zijn eigen waar. Binnenkort gaat hij de Nederlandse vertaling van Vasili Grossmans Leven en lot lezen.
Ondanks zijn grote interesse voor Rusland spreekt Bouwmeester slechts een klein mondje Russisch. 'Maar ik lees het wel goed, dat heb ik mijzelf geleerd.' Hij is één keer in Rusland geweest, op uitnodiging van oorlogsveteranen uit Jaroslavl. Dat was nadat hij begin deze eeuw het initiatief had genomen om Russische oorlogsveteranen naar Nederland te halen. 'Ik vond dat als je Amerikanen en Canadezen uitnodigt, je de Russen niet kunt overslaan. Zij hebben indirect een nog veel grotere bijdrage aan onze bevrijding geleverd.'
En dat was niet het enige project van Bouwmeester buiten zijn eigen winkeldeuren. De stad Deventer kreeg dankzij Bouwmeester niet alleen Russische oorlogsveteranen op bezoek. De burgemeester van het Grote Kerkhof, zoals zijn eretitel luidt, droeg met allerhande Russische en niet-Russische activiteiten bij aan de opleving van het plein in de schaduw van de imposante Lebuïnuskerk. Toen Bouwmeester zijn winkel opende, was er niet één café aan het plein. Inmiddels is het plein voorzien van een hele reeks uitspanningen.
Ook bedacht hij het concept voor de kerstmarkt. En bij de opening van zijn antiquariaat in 1993 - begeleid door de muziek van accordeonist Viktor Pribylov - organiseerde hij zowel een boekenveiling als een tentoonstelling van sovjetschilderijen. Daar kwam weer de Oost-Europa-beurs uit voort, die in totaal vier keer is gehouden, voor het laatst in 2007.
De meest recente bemoeienis van Bouwmeester betreft de inrichting van een nieuw café annex eetgelegenheid aan de Brink, met de naam Moskou. 'Toen ik hoorde dat de eigenaar het onzalige plan had opgevat om in de hal een buste van Lenin te plaatsen, heb ik dat binnen een uur weten te verhinderen. Ik heb contact opgenomen met de horecabond en gezegd: weet je wel met wie je collega in zee gaat? Die Lenin heeft zo veel kwaad op zijn geweten.'
Bouwmeester hoopt binnenkort de vijfde reisbeurs te kunnen organiseren. Maar de tweedehands boekhandelaar is al op leeftijd, en zijn gezondheid is broos. Bovendien ligt zijn prioriteit bij de boeken.
Op dit moment is hij druk met het veiligstellen van zijn Russischtalige collectie. Hij heeft contact gelegd met de Geert Groote Universiteit in zijn woonplaats, dat een Slavisch Instituut-in-oprichting kent. En wie weet, als zijn boeken daar een veilige haven hebben gevonden, en hij zijn winkeldeuren definitief sluit, dat hij nog een keertje op reis gaat, om Moskou en Sint Petersburg te zien.