Moskouse marktperikelen

Het was niet zomaar een markt die op 29 juni door het Moskouse stadsbestuur officieel gesloten werd wegens overtreding van de sanitaire en brandveiligheidsnormen. De Tsjerkizon-markt in het noordoosten van de Russische hoofdstad gold als de grootste vlooienmarkt van heel Oost-Europa: 72 hectare groot, met een jaarlijkse miljardenomzet en tienduizenden, veelal buitenlandse werknemers. Bericht van een marktdrama in Moskou.

De sluiting van de Tsjerkizon-markt is meer dan de verdwijning van een uit zijn jas gegroeide detailhandelsmarkt voor voedingsmiddelen, kleding, schoeisel, cd's, dvd's en andere consumentengoederen. De kwestie raakt aan de Russische handels- en industriepolitiek, het ook in Rusland spelende immigratievraagstuk en zelfs aan de internationale politiek, namelijk de betrekkingen met China.

Het Moskouse stadsbestuur wil al vele jaren de markten uit de straten van de stad verwijderen en deze moeilijk controleerbare en 'onbeschaafde' vorm van detailhandel onderbrengen in winkelketens en overdekte jaarmarkten en winkelcentra. Het geval van de Tsjerkizon-markt heeft daarom iets van een kroniek van een aangekondigde sluiting.

Sinds 2004 werd er gesproken over mogelijke sluiting van de markt. In september 2008 deed de politie in opdracht van het Openbaar Ministerie een massale inval op de markt, waarbij voor twee miljard dollar aan illegale goederen werd geconfisceerd. In juni vroeg premier Vladimir Poetin boos waarom dit feit geen enkel strafrechtelijk vervolg had gekregen. Vervolgens werd de markt op 29 juni gesloten. Aanvankelijk zou dit een tijdelijke sluiting van negentig dagen zijn, maar het besluit werd snel omgezet in een permanente sluiting. Op het vrijgekomen terrein komen sportfaciliteiten.

Ook de Tsjerkizon-markt stamt uit de chaotische jaren negentig, toen grote aantallen verarmde Russen als tsjelnoki (sluikhandelaren) goederen uit het buitenland, met name uit Turkije en China, importeerden en op straatmarkten verkochten om in hun levensonderhoud te voorzien. Staatsinstellingen verpachtten grond en ruimtes om het wegvallen van staatssubsidies te compenseren.

Zo ontstond in 1992 de Tsjerkizon-markt op het terrein van de Russische Staatsacademie voor Lichamelijke Opvoeding. Het universiteitsbestuur gaf het terrein in pacht aan het bedrijf AST van de joodse Azerbeidzjaan Telman Ismaïlov. Andere grote marktterreinen ontstonden vaak in de buurt van sportstadions, zoals het nationale voetbalstadion Loezjniki en het voetbalstadion van Dinamo Moskou.

De Tsjerkizon-markt groeide in de loop der jaren uit tot een staatje in de stad Moskou en Ismaïlov werd miljardair. De meeste handelaren kwamen uit het buitenland - Azeri, Armeniërs, Tadzjieken, Oekraïners, Vietnamezen en steeds meer Chinezen - maar de officiële verkopers waren Russen, omdat buitenlanders niet als verkoper mogen werken. De meeste goederen waren van Chinese makelij en werden om douanetechnische redenen ingevoerd vanuit Turkije en de 'vrije economische zone' Kaliningrad.

De Tsjerkizon-markt groeide tevens uit tot groothandelscentrum voor markten buiten Moskou: op het einde kwamen dagelijks 40.000 markthandelaren, 30 procent van het dagelijkse aantal bezoekers, naar de markt om hier hun eigen handelswaar in te slaan. De verkoop vond allang niet meer plaats in marktstallen, maar vanuit containers en garage-achtige stenen bouwsels.

Veel buitenlandse handelaren woonden permanent op het marktterrein, dat zijn eigen cafés, restaurants en bordelen kreeg. Er liepen op het laatst zelfs tieners rond die op de markt waren geboren en daar hun hele leven hadden gewoond.

Verkoopster Irina, die tien jaar op de markt werkte, vertelde na de sluiting aan het weekblad Itogi: 'De hardste bazen voor de werknemers zijn de Azeri. De veiligste plaats om te werken is bij de Vietnamezen. Zij zijn goedmoedig en komen hun afspraken na. De Armeniërs vormen de elite van Tsjerkizon, de zogenoemde sjoebniki (bontjassenhandelaren) en kozjniki (leren jassenhandelaren). Zij wonen verspreid over woningen in Moskou en bemoeien zich nergens mee. De verkopers krijgen hooguit 300 roebel per dag betaald plus een percentage uit de verkoop. Voor een verkochte broek bijvoorbeeld krijgt een verkoper 20 tot 50 roebel, maar nooit meer dan 10 procent van de daginkomsten. De Tsjerkizon-markt is een stad op zich . Er zijn eigen drugshandelaren, eigen prostituees en een eigen ordehandhaving.'

Overtreding van de sanitaire en brandveiligheidsvoorschriften was niet de beslissende reden om de markt te sluiten. Ook wilde het Moskouse stadsbestuur niet de grote sommen belastinggeld mislopen uit de handel in de 'vrijstaat' Tsjerkizon. Maar de bewoners uit de omgeving protesteerden steeds vaker tegen de marktdrukte en de toetroom van buitenlandse handelaren in hun woonwijk. De sluiting van de markt werd dan ook van harte gesteund door twee derde van de Moskovieten. Burgemeester Joeri Loezjkov verklaarde na de sluiting dat alle buitenlandse handelaren 'naar huis' moesten.

Ook zou markteigenaar Ismaïlov de wrok van Poetin over zich hebben afgeroepen, omdat hij in mei in het Turkse Antalya op pompeuze wijze het sprookjesachtige Maydan Hotel opende en daarmee zijn hand zou hebben overspeeld. (U kunt daar een luxueuze strandvakantie boeken als u zich niet ergert aan vakantievierende rijke Russen).

Doorslaggevend was waarschijnlijk de publicatie op 1 juni van een onderzoeksrapport over de lichte industrie in Rusland, waarin gesteld werd dat de omvangrijke import en verkoop van goedkope buitenlandse consumentenproducten de Russische lichte industrie 'verstikte'.

Door de sluiting van de markt werden naar schatting 100.000 mensen werkloos, onder wie 45.000 buitenlanders, van wie er 20.000 illegaal in Rusland zouden verblijven. Vooral voor China en de Chinezen was de sluiting een klap, want sluiting van de markt betekent voor China een exportverlies van miljarden dollars en misschien wel een verlies van vele honderdduizenden arbeidsplaatsen in China zelf.

Snel na de sluiting kwam er een Chinese handelsdelegatie naar Moskou met het verzoek om handelsplaatsen voor Chinese goederen en handelaren elders in de stad vrij te maken. Het Moskouse stadsbestuur erkende dat voor de verdreven handelaren een oplossing moest worden gezocht, met wellicht ook een generaal pardon voor de illegalen.

Overigens vragen de Chinezen zich af hoe de gewone Russen aan betaalbare kleding en schoeisel moeten komen als hun handel wegvalt. In China gingen geluiden op om als tegenmaatregel de Russische prostituees uit China te zetten.

Markten zullen niet meteen uit het Moskouse straatbeeld verdwijnen. Tot 2012 mogen er non-foodmarkten blijven en tot 2015 voedselmarkten. Dit heeft ook te maken met de economische crisis: op de markten zijn de prijzen lager dan in supermarkten en warenhuizen.

Van 11 tot 20 juli werden 5843 vrachtwagens met goederen van de Tsjerkizon-markt gereden en aan de rechtmatige eigenaren overhandigd. De handelaren probeerden vervolgens nieuwe verkoopplaatsen in de rest van de stad te vinden, met name in het zuidoosten, bij Loezjniki en het handelscentrum Moskva in de wijk Ljoeblino.

Inmiddels zijn de inwoners van die stadsdelen tot protesten overgegaan. Rond 20 juli schreven zij een brief aan president Dmitri Medvedev: 'Wij, inwoners van de Moskouse districten Marino, Kapotnja, Zjoelebno, uit Ljoebertsy en ook andere Moskouse voorsteden die aan de markt Sadovod en het handelscentrum Moskva grenzen, vragen u de verovering van deze markten door illegale buitenlandse handelaren en de omvorming van het zuidoosten van Moskou en de aangrenzende plaatsen tot een nieuwe Tsjerkizon-markt, met een overwicht van criminaliteit, zwarte handel en sanitaire wantoestanden, niet toe te staan.'

Omhoog
Terug naar archief