Izvestija weg van Poesjkinplein

René Does

Een mediagrapje uit de sovjettijd luidde: 'In de Pravda (Waarheid) staat geen waarheid en in de Izvestija (Berichten) staan geen berichten.' In de huidige Izvestija staan wel berichten, maar die worden steeds korter en verplaatsen zich steeds meer naar internet. Een nieuwe eigenaar heeft nieuwe plannen met de in verval geraakte krant.

Op 7 juni 2011 kwam de vernieuwde website van Izvestija op het net. Voortaan moet de papieren krant samengesteld worden uit het webmateriaal. Verder moeten bezuinigingen en een massaontslag onder het personeel de verlieslijdende krant weer winstgevend maken.

Izvestiagebouw op het poesjkinplein in het centrum van Moskou

Het oude Izvestija-gebouw aan het Poesjkinplein. Foto: NVO.

Zo ging de lancering van de vernieuwde Izvestija op 7 juni gepaard met een verhuizing van het beroemde krantengebouw op het Poesjkinplein in het hartje van Moskou naar de moderne kantoren van de nieuwe eigenaar, de National Media Group van de aan Poetin gelieerde mediaoligarch Joeri Kovaltsjoek, op de Jamskoje Poljestraat ten noorden van het centrum.

Van de bijna 250 journalisten en andere medewerkers mochten er 39 meeverhuizen op 7 juni naar de nieuwe werkplek. Van het oude personeelsbestand zal uiteindelijk 60 procent vrijwillig of onvrijwillig op zoek moeten naar een andere werkgever. 'Is het normaal dat van de 130 verslaggevers er 30 bijdragen leverden en de rest niks deed?' zei de nieuwe uitgever, Aram Gabreljanov, op de verhuisdag.

Izvestija werd in het revolutiejaar 1917 opgericht. Samen met de Pravda behoorde het blad tot de bekendste sovjetkranten. Het grapje dat in de Izvestija geen berichten stonden was naar sovjetbegrippen niet helemaal waar. Izvestija was interessanter en leesbaarder dan de Pravda. De krant stond bekend als de 'regeringskrant', omdat ze niet alleen werd uitgegeven door het Centraal Comité van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie, zoals de Pravda, maar ook nog door de regering van het land.

Ze had beroemde hoofdredacteuren als Nikolaj Boecharin in de jaren twintig, Aleksej Adzjoebej, de schoonzoon van partijleider Nikita Chroesjtsjov, in de jaren vijftig, en Igor Golombiovski in de jaren negentig. Onder Adzjoebej werd de krant een belangrijke speekbuis van 'de dooi', Choesjtsjovs ontmanteling van het stalinistische systeem. Izvestija bereikte toen een recordoplage van acht miljoen exemplaren.

Hierna behield de krant de status van redelijk liberale vrijhaven voor de 'sovjetpartij-intelligentsia'. De artikelen waren minder ideologisch dan in de Pravda, boden meer informatie en intellectuele uitdaging, en er stond veel buitenlands nieuws in de krant. Altijd waren er bekende journalisten aan de krant verbonden, zoals buitenlandcommentator Aleksandr Bovin (1930-2004) en de econoom Otto Latsis (1934-2005). De krant speelde ook een belangrijke rol in de perestrojka en glasnost van partijleider Michail Gorbatsjov. Ze had toen een oplage van ruim een miljoen exemplaren.

Na de ondergang van het communisme in 1991 werd de krant eigendom van het redactiecollectief. Tijdens de herverkiezingscampagne van president Boris Jeltsin in 1996 raakte een deel van de aandelen in handen van grote bedrijven: het olieconcern Loekoil en de Oneksimbank.

Tijdens de gijzelingscrisis in de school in Beslan in september 2004 riep Izvestija het ongenoegen van de machthebbers op door kritische artikelen en schokkende fotoreportages over het ingrijpen van de Russische veiligheidsdiensten te brengen. Vervolgens werd de krant opgeslokt door het staatsgasbedrijf Gazprom. Hoofdredacteur Raf Sjakirov werd ontslagen en de krant veranderde in een spreekbuis van premier Vladimir Poetin en de regeringspartij Verenigd Rusland. In 2008 verkocht Gazprom de krant aan de National Media Group van Kovaltsjoek.

De huidige oplage van Izvestija is nog maar 160.000 exemplaren. Van de acht verdiepingen van het krantengebouw op het Poesjkinplein bezette de redactie er nog maar anderhalf. De andere zeseneenhalf werden verhuurd aan commerciële bedrijven om de bedrijfsinkomsten nog iets op peil te houden.

De tweehonderd werknemers die op 7 juni moesten achterblijven op het Poesjkinplein schreven een open brief aan de Russische journalistieke gemeenschap, waarin zij om steun vroegen tegen de ontslagdreiging en de omvorming van hun krant in een onderdeel van de yellow press. De reactie was een daverend stilzwijgen, deels omdat zulke solidariteit weinig voorkomt in het journalistieke milieu en deels omdat onafhankelijke journalisten weinig medelijden konden opbrengen nadat Izvestija zijn status van onafhankelijk persorgaan was kwijtgeraakt.

Igor Jakovenko, directeur van de Nationale Oplagedienst die de verspreiding en verkoop van Russische kranten en tijdschriften monitort, stelde in de internetkrant Jezjednevny Journal (Dagelijkse Krant): 'Op zich zijn de verwikkelingen rond Izvestija geen gebeurtenis in het leven van Rusland, omdat de betreffende uitgave in het afgelopen decennium geen rol speelde op de mediakaart van het land en geen factor is in het maatschappelijk leven.'

Op 7 juni werden ook de beroemde grote wereldbol in de kamer van de hoofdredacteur en het fotoarchief met onder meer de beroemde foto's van de Izvestija-fotograaf Sergej Smirnov naar de Jamskoje Polje-straat meegenomen. Er doen geruchten de ronde dat de uitgewoonde redactielokalen zullen worden gerenoveerd om er het duurste bordeel van Europa in te vestigen.

De National Media Group heeft drie landelijke televisiekanalen en is de uitgever van drie massakranten. Bij die kranten vormen Britse tabloids als The Sun het voorbeeld. Zo geeft de mediagroep de succesvolle tabloidkrant Zjizn (Het Leven) uit, met als internetversie het veel bezochte Lifenews.ru.

Van Izvestija wil de National Media Group de Russische tegenhanger van de Wall Street Journal maken, die de concurrentie aan moet gaan met de bekendste zakenkranten van Rusland, Vedomosti en Kommersant. Igor Jakovenko betwijfelt sterk of dit zal lukken en ook hun hoofddoel is. Zo heeft de Wall Street Journal dagelijks gemiddeld 98 pagina's, de Izvestija heeft er acht.

Ook het verschil in oplage is groot: 2,1 miljoen tegen 160.000 exemplaren. De Wall Street Journal staat bekend als conservatief, maar is in de praktijk - anders dan de huidige Izvestija - pluriform en intellectueel. En anders dan de Izvestija heeft de Wall Street Journal alleen al in Amerika een natuurlijke achterban van acht miljoen dollarmiljonairs. In Rusland zijn er naar verhouding wel veel superrijken (miljardairs), maar naar verhouding weinig 'gewone' rijke dollarmiljonairs, namelijk 137.000.

Op korte termijn kan het de nieuwe eigenaren volgens Jakovenko lukken een sterk afgeslankt Izvestija winstgevend te maken, ook omdat de International Media Group de krant kan verbinden met zijn reclametak Video International. Op de langere termijn zetten de nieuwe eigenaren in op de herverkiezing van Poetin in de presidentsverkiezingen van 2012, aldus Jakovenko. Izvestija kan daarna fungeren als de zakenkrant van de nieuwe oude machthebbers, hetgeen ook bestaanszekerheid zal bieden.