René Does
Na Poetin was het de beurt aan Medvedev. Premier Vladimir Poetin liet op 16 december in zijn jaarlijkse grote televisieoptreden zijn licht over Rusland in 2010 schijnen, president Dmitri Medvedev volgde in een megainterview op 24 december 2010. Het waren twee totaal verschillende programma's. Maar ze hadden een grote overeenkomst: de belangrijkste vraag werd niet gesteld.
Medvedev werd weer geïnterviewd door de hoofden van de drie grote landelijke staatstelevisiezenders: Konstantin Ernst van Kanaal Een, Oleg Dobrodejev van Rossija en Vladimir Koelistikov van NTV. Alle belangrijke gebeurtenissen van het afgelopen jaar passeerden de revue: de zomerhitte en de bosbranden, het lichte economische herstel na de kredietcrisis, de hervorming van de militsija in de politsija, de campagne voor modernisering van Rusland, de rechtszaak tegen Michail Chodorkovski ('geen mening totdat de rechter heeft gesproken'), het ontslaan van burgmeester Loezjkov van Moskou ('hij had te weinig aandacht voor de stad'), de ondertekening van het nieuwe START-verdrag met Amerika en de militaire hervormingen.
Wie beide televisieoptredens, van Poetin en Medvedev, heeft gezien en/of de verslagen heeft gelezen, ziet meteen de verschillen. Het optreden van Poetin was veel levendiger met de grote studio vol publiek en de vraag en antwoord-formule met burgers uit het land.
Poetin antwoordde directer, Medvedev doordachter. In westerse oren klonk Medvedev veel liberaler dan zijn collega in het 'tandem' dat Rusland nu leidt. En tegenover de harde en grove grappen stond de onderkoelde humor van Medvedev. In vergelijking met de harde en soms cynische machtspoliticus Poetin had de jurist Medvedev eerder iets weg van een hoogleraar in de rechten. In politiek opzicht had het interview met Medvedev door dit alles iets wezenloos in vergelijking met het optreden van Poetin.
Het meest opmerkelijke in het interview met Medvedev waren weer de vragen over zijn democratiebegrip. Dat wil zeggen zijn scepsis over de vertegenwoordigende democratie en enthousiasme over een directe internetdemocratie.
Hij verdedigde vol overtuiging zijn presidentiële recht om gouverneurs en presidenten van de Russische deelregio's en -republieken te ontslaan en nieuwe mensen voor te dragen: 'Niet alle democratische methoden werken goed. U vertelde me dat publieke instellingen tegen nationale belangen kunnen ingaan. Helaas kunnen democratische instituties dit ook. Ik denk dat het systeem van het aanstellen van gouverneurs dat we nu hebben (directe gouverneursverkiezingen werden in 2004 afgeschaft - red.) het meest geschikt is voor de huidige situatie in het land. Waarom? Omdat ons land zeer ingewikkeld is. Het is een federatie, een nationale federatie. En laten we eerlijk zijn tegen elkaar: op een bepaald punt zaten we dicht tegen uiteenvallen aan.'
Maar een directe internetdemocratie kan Medvedev zich in de toekomst wel voorstellen: 'Ik vind dat tegenwoordig alle politici, van de president tot een dorpshoofd, verplicht zijn om de publieke opinie te volgen en informatie te verzamelen via directe contacten met het volk of digitale media. Wat kan ons weerhouden van het organiseren van online referenda? Om van reguliere verkiezingen niet eens te spreken.'
Medvedev is in zoverre moderner dan Poetin dat hij een groot liefhebber en kenner is van de modernste digitale snufjes en internet. Zo liet hij ook zijn licht schijnen over de onthullingen uit de Amerikaanse diplomatieke dienst door WikiLeaks. Hij kon zich hier niet druk of kwaad over maken, want 'we zagen niets nieuws'. En: 'Onze diplomaten schrijven ook naar elkaar. Iedereen heeft recht op zijn minute of fame, inclusief ambassadeurs en diplomaten.'
Poetin en Medvedev kwamen niet in elkaars vaarwater, laat staan dat ze eventuele onenigheid of meningsverschillen lieten doorschemeren. Ze onderscheidden zich enkel door hun communicatiestijl. Hierover merkte de politicoloog Igor Joergens op: 'De ene demonstreert de samenleving masculiniteit en brutaliteit, de ander een moderne visie op de toekomst en rust. Hetgeen op zich al een heel interessant verschijnsel is.'
De grootste overeenkomst tussen de televisieoptredens van de premier en de president van Rusland was dat beide geen vragen hadden toegelaten over de kwestie waar het publiek het meest nieuwsgierig naar is: hun plannen voor het jaar 2012, als er weer presidentsverkiezingen in Rusland zijn.