René Does
Vaak woeden er 's zomers in de Russische bossen talrijke en omvangrijke branden. Ook dit jaar is dit weer het geval. En weer is het in Siberië en het Verre Oosten waar de bossen in brand staan, evenals vorig jaar, en ook weer door het droge hete zomerweer in deze regio's in combinatie met droge blikseminslagen en onzorgvuldig gedrag van mensen.
Dikke rook op het Rode Plein in de zomer van 2010. Foto: Evgeniya Zubchenko.
In 2010 sloegen de zomerhitte en de hierbij in Rusland onvermijdelijke bos- en turfbranden toe in het centrum van het Europese deel van het land, in de omgeving van Moskou. Moskou was in juli en augustus 2010 veel dagen gehuld in een dikke laag smog. Dat de bosbranden in dat jaar toesloegen in de vitrinestad van het land, had als gunstig effect dat de autoriteiten serieuze maatregelen namen tegen de zomerse bosbranden.
De stad Moskou zal tegenwoordig niet meer zo snel onder de rook van bos- en turfbranden verdwijnen, maar de andere Russische steden kunnen nog niet op zo'n effectieve bescherming tegen de gevolgen van bosbranden rekenen, aldus Aleksej Jarosjenko, het hoofd van de afdeling bossen van Greenpeace Rusland.
Dit jaar gaat volgens Jarosjenko ruim 10 miljoen hectare bos aan branden ten gronde, iets meer dan één procent van het totale Russische bosbestand van één miljard hectare. Die tien miljard hectare is vier miljard hectare meer dan in het rampjaar 2010. In dat jaar kregen de bosbranden de officiële erkenning van 'natuurramp' vooral omdat ze in het centrum van Europees Rusland woedden, het dichtst bevolkte deel van het land.
De dagelijkse overzichten van de bosbranden hebben ook dit jaar weer het karakter van frontberichten. Zo woedden er bijvoorbeeld op 6 augustus 179 bosbranden, die in totaal 21.736 hectare omvatten. Smogberichten kwamen afgelopen zomer uit de Siberische steden, met name uit Tomsk, Krasnojarsk, Jakoetsk en Chanty-Mansijsk. Regelmatig was de smog zo dicht dat de plaatselijke vliegvelden gesloten moesten worden.
Op 10 juli 2012 woedden in het Verre Oosten van Rusland meer dan 30 branden (rood omcirkeld), waarvan de rook waaide in noordwestelijke richting en Canada bereikte. Foto: earthobservatory.nasa.gov.
Gemiddeld gaat dus jaarlijks ruim één procent van de Russische bossen in bosbranden verloren. Maar regionaal kunnen er grote verschillen zijn. Zo zijn dit jaar de deelrepubliek Tyva en de provincie Amoer in het Verre Oosten zwaar getroffen. In de provincie Amoer was begin augustus al 7 procent van het bosbestand afgebrand, en dan is er sprake van wezenlijke aantasting van de regionale natuur.
Als de grote boosdoener voor de omvangrijkere bosbranden van de afgelopen jaren wordt altijd de invoering van de nieuwe Boswet in 2008 genoemd. Hierdoor werd de landelijke dienst Roslesochrana, de Russische evenknie van Staatsbosbeheer, opgeheven en het bosbeheer naar regionaal niveau overgebracht. Maar de regionale besturen en bosbouwbedrijven konden en wilden meestal niet voldoende middelen en mensen vrijmaken om een effectieve bescherming tegen bosbranden in te stellen.
Na het rampjaar 2010 hebben de regionale besturen wel extra geld gekregen voor de bestrijding van bosbranden. Dit extra geld ging vooral op aan de aanschaf van zware apparatuur als blusvliegtuigen en enorme bulldozers voor het maken van brandgangen. Hierdoor is men volgens Jarsosjenko voornamelijk blijven investeren in het bestrijden van de gevolgen van opgelaaide grote bosbranden in plaats van in de oorzaken van bosbranden.
Daarnaast is na de bosbranden van 2010 ook Roslesochrana weer opgericht. Het zal echter nog enige jaren duren voordat de positieve effecten hiervan in het beheer van de Russische bossen weer zichtbaar worden.