Jan Limbeek
Een verbazingwekkend groot deel van de Russische bevolking kan geen begrip opbrengen voor de brede Wit-Russische protesten tegen de frauduleuze presidentsverkiezingen. Misschien dat de Russische stemming president Vladimir Poetin ertoe aangezet heeft om zijn benarde Wit-Russische collega Aleksandr Loekasjenko te steunen. Daarmee loopt hij wel het risico goodwill van de Wit-Russen te verspelen.
Gezien de duidelijk negatieve opvatting over de Wit-Russische opstand onder de Russische bevolking zou men kunnen denken dat het Kremlin de hand heeft gehad in het onderzoek. Dit is echter onwaarschijnlijk omdat het onderzoek is uitgevoerd door het Levada Centrum. Dit sociologische instituut wordt door het Kremlin aangemerkt als 'buitenlandse agent', wat de onderlinge verhouding niet ten goede komt.
Uit een Levada onderzoek van eind januari 2020 blijkt dat 28 procent van de Russische respondenten toen wilde dat de samenwerking met Wit-Rusland op het bestaande niveau zou blijven. Twee op de drie respondenten wilden intensievere samenwerking: 44 procent streefde naar een diepere economische band, 13 procent naar een unie onder één staatshoofd en 10 procent zou het liefst zien dat Wit-Rusland deel werd van de Russische Federatie.
Deze gegevens kun je net zo makkelijk positief als negatief interpreteren. De interpretatie van het Levada Centrum is dat driekwart van de Russen goede of betere economische relaties wil met Wit-Rusland, maar geen politieke integratie. Een andere interpretatie kan ook: bijna alle Russen willen nauwere banden met hun Wit-Russische buur. Uit andere peilingen blijkt dat Russen altijd het positiefst staan tegenover Wit-Rusland van alle landen in het buitenland. Andersom geldt dit ook.
De vraag is waarom de Russische bevolking niet wat gunstiger denkt over de Wit-Russische opstandelingen. Russen staan heel wat sympathieker tegenover de demonstraties in Rusland zelf, bijvoorbeeld in de opstandige regio Chabarovsk. Helaas stelt het Levada Centrum de vraag naar de reden niet duidelijk. We kunnen er dus slechts naar gissen.
De waarschijnlijkste reden is dat Russen vrezen dat de demonstranten minder pro-Russisch zijn dan Loekasjenko en zijn resterende aanhangers. Zoals in buurland Oekraïne het geval was. Of Georgië. Men wil de meest pro-Russische krachten steunen. Aan de andere kant liet het eveneens pro-Russische Armenië zien dat de regimeverandering van 2018 soepel en vreedzaam verliep.
aug.20 | |
---|---|
Geheel eerlijk | 23 |
Grotendeels eerlijk | 25 |
Grotendeels oneerlijk | 18 |
Geheel oneerlijk | 18 |
Niets van gehoord | 3 |
Moeilijk te zeggen | 12 |
Tenzij anders vermeld, kunnen respondenten in de tabellen 1 antwoord kiezen. Alle tabellen zijn afkomstig van het Levada Centrum, 27-8-2020 |
aug.20 | |
---|---|
Loekasjenko | 57 |
Oppositiekandidaat | 17 |
Maakt me niet uit | 18 |
Moeilijk te zeggen | 8 |
aug.20 | |
---|---|
Veeleer positief | 25 |
Neutraal, onverschillig | 33 |
Veeleer negatief | 39 |
Moeilijk te zeggen | 3 |
Hoog spel
Na weken getwijfeld te hebben, lijkt het Kremlin nu gekozen te hebben voor Loekasjenko. De verleiding van een nadere integratie met Rusland die een verzwakt Wit-Rusland te bieden heeft, kon Poetin niet weerstaan.
Maar de gevaren van het inzetten op Loekasjenko zijn levensgroot. De traditioneel goede band van Russen en Wit-Russen staat op het spel als de breed gedeelde opstand van de Wit-Russische bevolking mislukt of bemoeilijkt wordt door interventie van de oosterbuur. En trouwens ook als de opstand wel slaagt.
Wellicht hoopt Poetin dat de unie tussen de twee landen nieuw leven ingeblazen kan worden. In de jaren negentig was Loekasjenko trouwens een groot voorstander van zo'n unie, omdat hijzelf daarvan president wilde worden. Maar met de komst van Poetin als Russische leider verdween Loekasjenko's hoop om president van een uniestaat te kunnen worden. En daarmee het Wit-Russische enthousiasme voor een unie.
De Levada vragen
Op 9 augustus vonden er in Wit-Rusland presidentsverkiezingen plaats. De zittende president Loekasjenko zou die gewonnen hebben met 80 procent van de stemmen, terwijl de kandidaat van de oppositie tien procent had gehaald. De meeste experts denken dat de echte uitslag omgekeerd was. Tabel 1 laat zien dat de meeste Russen van mening waren dat de verkiezingen eerlijk zijn verlopen.
Op de vraag of Aleksandr Loekasjenko president van Wit Rusland moet blijven of de kandidaat van de oppositie zijn de respondenten duidelijk op de hand van Loekasjenko. Slechts een op de zes respondenten wilde liever de oppositiekandidaat (tabel 2).
Dus zelfs van degenen die vinden dat de verkiezingen geheel of grotendeels oneerlijk verliepen, wil nog niet de helft liever de oppositiekandidaat (36 om 17 procent). Andersom denkt minder dan de helft van de respondenten dat de verkiezingen eerlijk waren, maar wil toch een ruime meerderheid Loekasjenko als president zien (48 om 57 procent).
Het beeld van een pro-Loekasjenko houding van de Russische respondenten wordt iets genuanceerder als gevraagd wordt naar hun houding tegenover de demonstranten. Bijna de helft van de respondenten vond dat de verkiezingen (grotendeels) eerlijk verliepen en een duidelijke meerderheid wilde liever Loekasjenko zien als president van Wit-Rusland, maar tabel 3 toont dat een minderheid van 39 procent van de respondenten (voornamelijk) negatief staat tegenover de demonstranten. En een meerderheid niet.
De volledige vraag van het Levada Centrum luidt: 'Na de presidentsverkiezingen begonnen protestacties. De demonstranten vonden dat Loekasjenko in feite verloor en eisen zijn aftreden. Hoe staat u tegenover de personen die deze protestacties voeren?'
aug.20 | |
---|---|
Buitenlandse provocaties | 39 |
Het bestuur van Loekasjenko duurde te lang | 28 |
Provocaties van de Wit-Russische oppositie | 24 |
Verontwaardiging over vervalsing van kiesresultaten | 23 |
Opgehoopte ontevredenheid over verslechtering van leven | 23 |
Verontwaardiging over wreedheid veiligheidsfunctionarissen | 17 |
Moeilijk te zeggen | 8 |
Anders | 1 |
Opm. De respondenten konden konden kiezen uit een gegeven antwoordmogelijkheid of er zelf 1 noemen |
aug.20 | |
---|---|
Zij traden op binnen de grenzen van de wet | 18 |
Zij traden hard op, nodig om orde te brengen | 38 |
Zij mishandelden mensen, zonder grond | 35 |
Moeilijk te zeggen | 9 |
Vraag van het Levada Centrum: bij het uiteendrijven van de demonstraties hebben vertegenwoordigers van wetsorganen geweld gebruikt. Met welke opvattingen bent u het eens? (tabel 4)
Het gewelddadige optreden van de autoriteiten tegen de protestdemonstraties wordt door slechts 35 procent van de respondenten veroordeeld. Wel had de Russische bevolking liever een minder harde opstelling van Loekasjenko gezien als gevraagd wordt hoe Loekasjenko had moeten omgaan met de ontstane situatie, zo blijkt uit tabel 5.
aug.20 | |
---|---|
Onderhandelen, compromis vinden en aan de macht blijven | 58 |
Onderhandelen over overdracht macht en aftreden | 17 |
Protest met geweld onderdrukken en aan de macht blijven | 12 |
Het land verlaten | 5 |
Anders | 1 |
Moeilijk te zeggen | 8 |
aug.20 | |
---|---|
Onderhandelen, compromis vinden en aan de macht blijven | 45 |
Protest met geweld onderdrukken en aan de macht blijven | 35 |
Onderhandelen over overdracht macht en aftreden | 4 |
Het land verlaten | 4 |
Anders | <1 |
Moeilijk te zeggen | 12 |
Opm. Bij tabel 6 en 7 konden de respondenten kiezen uit een gegeven antwoordmogelijkheid of er zelf 1 noemen |
Op het eerste gezicht lijkt de houding, weergegeven in tabel 6, in tegenspraak met het vergoelijken van het harde optreden. Verreweg de meeste respondenten (88 procent) vonden dat Loekasjenko iets of veel had moeten toegeven.
Maar ook deze gegevens hoeft men niet zo positief te beoordelen, want ten minste 70 procent van de respondenten vond ook dat Loekasjenko aan de macht kan blijven. Bovendien weten de respondenten best dat Loekasjenko in werkelijkheid een hardere reactie geeft, zoals te zien is in tabel 7.
Tussen april en juli werden de vragen gesteld via de telefoon in verband met de beperkende coronamaatregelen. Daarvóór en sinds augustus werden de vragen in een persoonlijk gesprek gesteld. Het is gebleken dat respondenten zich vrijer voelen Kremlin-onvriendelijke antwoorden te geven in een telefonisch gesprek.
Zo gaven de respondenten aan president Poetin veel meer te vertrouwen in een persoonlijk gesprek dan over de telefoon: in juli vertrouwden 23 procent van de respondenten hem en in augustus 33 procent. Dit verschil van tien procentpunt in een maand kan alleen afdoende verklaard worden door de andere interviewmethode.
Als de neiging om autoriteitsvriendelijke antwoorden te geven ook geldt bij andere vragen, zou het kunnen dat de antwoorden een meegaandere bevolking schetsen dan in werkelijkheid het geval is. Bij de vragen over Wit-Rusland is de Russische bevolking wellicht iets minder pro-Loekasjenko dan het lijkt. Het omgekeerde, namelijk dat de bevolking nog meer op de hand is van de Wit-Russische autoriteiten dan de peilingen aangeven, lijkt in ieder geval uitgesloten.