René Does
Niet meer op de eerste zondag van december, maar op de derde zondag van september gaan de Russen voortaan naar de stembus voor de 450 zetels van de Staatsdoema, de Russische Tweede kamer. Aanstaande zondag 18 september 2016 staan de volgende parlementsverkiezingen op de politieke kalender van Rusland.
Valt er komende zondag eigenlijk wel iets te kiezen in het Rusland van president Vladimir Poetin? Ja, maar wel binnen door de machthebbers geconstrueerde kaders.
Tijdens het vorige verkiezingsseizoen van de parlementsverkiezingen van december 2011 en de presidentsverkiezingen van 4 maart 2012 was er sprake van een sterke, maar kortstondige oppositiebeweging tegen het regime van Poetin onder leiding van de anti-corruptieblogger Aleksej Navalny, waardoor de presidentiële regeringspartij Verenigd Rusland tijdens de parlementsverkiezingen van 4 december 2011 een voor haar doen slecht resultaat scoorde, maar wel nog steeds een zetelmeerderheid behield.
Overigens worden er op 18 september nog veel meer verkiezingen gehouden dan alleen parlementsverkiezingen. De derde zondag van september geldt alweer een aantal jaren op rij als 'verenigde verkiezingsdag' voor een reeks aan regionale en plaatselijke verkiezingen. Naast de Staatdoema zijn er op 18 september verkiezingen voor 7 regionale gouverneursposten, 39 regionale raadsverkiezingen en rond de 5.000 plaatselijke verkiezingen.
Partijenstelsel
Het regime reageerde op de protesten onder meer met een door premier Dmitri Medvedev gestuurde 'hervorming' van het kiessysteem en partijenstelsel. De zittingsduur van het parlement werd verlengd van vier naar vijf jaar. Het gemengde kiesstelsel van proportionele partijverkiezingen (225 zetels) en districtsverkiezingen (225 zetels) werd weer ingevoerd na twee parlementsverkiezingen met alleen proportionele partijverkiezingen.
Het werd makkelijker gemaakt politieke partijen op te richten en om als partij deel te nemen aan de parlementsverkiezingen: alle partijen met zetels in de landelijke, regionale en/of gemeentelijke raden kunnen dit keer zonder extra voorwaarden meedoen. En partijen die niet de kiesdrempel van 5 procent haalden, maar wel tussen 3 en 5 procent van de stemmen, kregen recht op staatssubsidies.
Het gevolg werd een wildgroei aan nieuwe partijen, waarbinnen de kiezer snel de weg kwijtraakt. Momenteel telt Rusland maar liefst 77 geregistreerde politieke partijen. Een flink deel daarvan zijn zogenoemde 'spoilerpartijen', dat wil zeggen met steun of instemming van het Kremlin opgerichte partijen die verwarring scheppen met bestaande partijen.
Zo werd er een Partij voor Rechtvaardigheid opgericht, waarvan de afkorting, PARZAS, stekt lijkt op die van de liberale oppositiepartij PARNAS. Verder bijvoorbeeld een Communistische Partij voor Sociale Rechtvaardigheid, waarvan de afkorting KPSS dezelfde is als die van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie uit de sovjettijd.
En naar verluidt liggen er bij het Ministerie van Justitie aanvragen voor de oprichting van nog eens zo'n dertig politieke partijen, waaronder exotische als de Russische Partij van de Tien Geboden, de Partij voor de Vreedzame Overgang naar de Monarchie, de Rokerspartij van Rusland en de Meta-galactische Burgerunie van Rusland.
Van de 77 partijen doen er uiteindelijk 14 mee aan de komende parlementsverkiezingen. Op basis van volgorde op het stembiljet:
Stabiliteit
Ondanks de recente wildgroei aan politieke partijen, kent de partijvertegenwoordiging in de Staatsdoema een grote mate van stabiliteit. Sinds de verkiezingen van december 2003 hebben steeds dezelfde vier partijen de kiesdrempel gehaald: regeringspartij ER, de KPRF, de rechts-nationalistische LDPR en het centrumlinkse SR. De drie partijen naast ER behoren tot de zogenoemde 'oppositie binnen het regime', die de leidende rol van ER accepteert en met het regime van Poetin samenwerkt.
vlnr. De fractieleiders Zjoeganov, Zjirinovski en Mironov. Foto's: kremlin.ru.
Deze vier partijen hebben ook al heel lang dezelfde leiders. ER staat bekend als de partij van Vladimir Poetin, hoewel de president officieel geen lid is en niet de lijsttrekker (dit is premier Dmitri Medvedev). De KPRF wordt sinds 1993 geleid door Gennadi Zjoeganov, de LDPR sinds 1990 door de inmiddels 70-jarige Vladimir Zjirinovski en SR sinds 2002 door Sergej Mironov.
De Russische politicoloog Konstantin Kalatsjev zei op 19 april tegen de krant Novyje Izvestija dat het Russische electoraat 'verlangt naar partijen van het leiderstype, en niet naar ideologische niche-projecten'.
Hun langdurige overheersing in de Staatsdoema staat inmiddels bekend als het zogenoemde tsjetyrjochpartijsjtsjina, 'vierpartijensysteem'. Alles wijst erop dat dit in de nieuwe Staatsdoema niet anders zal zijn en alleen deze vier partijen de kiesdrempel van 5 procent weer halen. De enige mogelijke verrassing kan zijn dat SR deze keer de kiesdrempel van 5 procent niet haalt, terwijl die partij in december 2011 onverwacht goed had gescoord.
Districten
Verder zullen 225 zetels weer via het districtenstelsel worden bezet. Dit betekent dat er naast de vier zittende partijen toch vertegenwoordigers van andere partijen of onafhankelijke kandidaten in de nieuwe Staatsdoema kunnen worden gekozen. Die moeten dan vooral in de meer hervormingsgezinde grote steden uit liberale oppositiepartijen als Jabloko, PARNAS en de Partij voor de Groei kunnen komen.
De bekende politicoloog Dmitri Oresjkin zei op 22 juni tegen Novaja Gazeta dat het maximaal om 25 van de 225 kiesdistricten gaat: 15 in Moskou, 7 in Sint Petersburg, 2 in Jekaterinboerg en 1 in Kaliningrad. 'Er zijn ongeveer 25 districten waar de kansen voor partijen buiten de huidige Doema niet nul zijn, maar in de praktijk zullen het er niet meer dan vijf tot zeven worden.'
De herinvoering van het districtenstelsel lijkt vooral voor ER weer gunstig uit te pakken. Vanwege de economische crisis van de afgelopen jaren is er de mogelijkheid dat er flink wat sociaal-economische proteststemmen naar de KPRF en LDPR zullen gaan. ER kan dit mogelijke verlies in de partijverkiezingen in het uiteindelijke zeteltal compenseren door extra winst in de districten, want daar kunnen invloedrijke regionale en plaatselijke ER-kandidaten het electoraat makkelijker achter zich krijgen dan de landelijke partij.
ER doet in 207 van de 225 districten mee. In 18 districten is met de KPRF, LDPR en SR afgesproken sterke districtskandidaten van deze partijen niet te hinderen met ER-kandidaten.
Vooral op basis van de opinie onder Russen over de annexatie van de Krim in 2014 geldt 86 procent van het electoraat als redelijk regime-gezind, die hun stem geven aan een van de huidige vier partijen in de Staatsdoema, en 14 procent als oppositioneel. Oppositionele kiesgerechtigden zijn echter veelal zo ontevreden over de bestaande politiek dat ze helemaal niet gaan stemmen.
De Russen uit deze groep die wel nog gaan stemmen zijn te gering in aantal en te versplinterd in hun stemgedrag om andere partijen en kandidaten dan die uit de tsjetyrjochpartijsjtsjina een reële kans te geven op 18 september.
Volgende aflevering: de campagne.