Bescheiden Russische maatregelen tegen coronacrisis

Jan Limbeek

In een poging de komende recessie vanwege de corona-pandemie te verzachten, geven bijna alle landen ter wereld - overheden en Centrale Banken - enorme bedragen uit. Rusland is een grote uitzondering.

Grafiek met de roebelkoers tegenover de dollar en de euro in de periode 26 november 2019 tot en met 24 april 2020

Bron: Centrale Bank van Rusland (cbr.ru)

Na lang wikken en wegen besloot de Centrale Bank van Rusland (CBR) na de reguliere vergadering van de directieraad van 20 maart 2020 de rente ongewijzigd op 6,0 procent te laten. In de maand na 20 maart zag de CBR geen reden om de rente tussentijds aan te passen of het monetaire beleid duidelijk te versoepelen.

Waar de Amerikaanse Fed de rente in twee stappen verlaagde van anderhalf procent naar nul, deed Rusland dus niets. Begrijpelijk, want Rusland heeft ervaring met hoge inflatie, terwijl het Westen inflatie ontwend is. De inflatie lijkt in het Westen niet wezenlijk te kunnen stijgen, hoe los het monetaire beleid ook wordt.

Westerse overheden geven nu biljoenen extra uit, die grotendeels geleend gaan worden. En de roep om het aanzetten van de geldpers wordt steeds luider. De vrees leeft niet echt dat dit extravagante monetaire en budgettaire beleid veel extra inflatie oplevert. Het is te hopen dat de les van het recente verleden - geldsmijterij heeft geen negatieve economische consequentie - blijft gelden.

Als Rusland het voorbeeld van de ontwikkelde landen zou volgen, zet het de met moeite verworven financiële stabilisatie - betrekkelijk lage inflatie en rente - weer op het spel. Bovendien wil de Russische overheid zuinig omspringen met de financiële middelen en behoedzaam omgaan met de valutareserves van 570 miljard dollar (stand 17 april 2020), zolang onduidelijk is hoelang de crisis gaat duren en de olieprijs laag blijft. Vergeleken met andere landen is het Russische crisispakket daarom bescheiden.

Maar op 24 april besloot de CBR de rente toch met 0,5 procentpunt omlaag te brengen naar 5,5 procent per 27 april en gaf aan ruimte te zien voor verdere renteverlagingen. Het rentepercentage van de goedkope leenfaciliteit voor kleine en middelgrote bedrijven van 500 miljoen roebel (ruim 6 miljard euro) daalt eveneens met 0,5 procentpunt van 4,0 naar 3,5 procent.

Daarmee ging de CBR over naar een mild monetair beleid om de economie te ondersteunen. Wel is de reële rente (nominale rente minus inflatie) nog altijd positief. De CBR verwacht een inflatie van 3,8 à 4,8 procent in 2020 (december - december) en in de jaren erna zal het zich stabiliseren rond 4,0 procent (hetgeen in precorona tijden ook de prognose was).

Nabioellina op de persconferentie na het besluit van de CBR, gezeten achter een microfoon

Nabioellina licht het besluit toe

Koers roebel
De nakende economische recessie noopte eigenlijk eerder tot een renteverlaging, maar door de snelle waardedaling van de roebel in maart als gevolg van de ineenstortende olieprijs durfde Nabioellina dit niet aan. Depreciatie van de roebel zorgt immers op termijn voor een sterk oplopende inflatie in Rusland omdat importprijzen flink stijgen. Een renteverlaging op dat moment zou de roebel verder verzwakken en de inflatie extra stimuleren.

Het gevaar van een te sterk oplopende inflatie was voor bankpresident Elvira Nabioellina in maart groter dan het tegengaan van een economische krimp. Een van de redenen dat inflatiehavik Nabioellina nu ruimte ziet om de rente te verlagen, is de waardestijging van de roebel in april. Als dit niet verandert, is de belangrijkste reden voor te hoge inflatie in de toekomst verdwenen.

De kans dat zij is bezweken onder de groeiende druk om verzachtende maatregelen te nemen, lijkt klein. In de bijna zeven jaar dat zij bankpresident is, heeft zij laten zien zich niet door de buitenwereld te laten beïnvloeden. En zij slaagde er ook altijd in om president Poetin met een duidelijk en consistent verhaal te overtuigen van haar visie.

Op 20 maart 2020 bereikte de waarde van de roebel tegenover de euro een dieptepunt: voor een euro moest toen 87 roebel betaald worden. Nog geen maand daarvoor kostte een euro minder dan 69 roebel. Tegenover de dollar bereikte de roebel op 24 maart het laagste punt, toen een dollar 81 roebel moest kosten. Op 21 februari was een dollar minder dan 64 roebel waard, dus 17 roebel goedkoper.

Tabel met de totale en sectorale prijsstijging in februari 2019 en 2020, per maand en over het hele jaar

Bron: Staatsdienst voor de Statistiek Rosstat (gks.ru)

Tabel met de totale en sectorale prijsstijging in maart 2019 en 2020, per maand en over het hele jaar

Bron: Rosstat (gks.ru)

Sinds die dieptepunten heeft de waarde van de roebel zich wat hersteld, hoewel de olieprijs niet wezenlijk is gestegen. Op 24 april waren een euro en een dollar 6 roebel goedkoper geworden; een euro kostte toen 81 roebel en een dollar 75 roebel.

De begroting is gebaseerd op een olieprijs van 42 dollar. Volgens het Ministerie van Financiën was de Ural-olieprijs tussen 15 maart en 14 april 19 dollar per vat. Na de begrotingsoverschotten van 2018 en 2019 van respectievelijk drie en twee procent van het bbp, is een flink begrotingstekort in 2020 een logisch gevolg van het wegvallen van veel olie-inkomsten.

In het zwartste scenario - veel meer krimp, veel meer uitgaven - is het spaarpotje van 176 miljard dollar van het Ministerie van Financiën - het Nationaal Welzijnsfonds (onderdeel van de deviezenreserve) - na 2020 opgebruikt. Daarna kan de resterende goud- en valutareserve aangesproken worden, maar zo gaat het wel snel.

De CBR verwacht nu een economische krimp in 2020 van 4 à 6 procent, hetgeen de inflatie sterk indamt. Nabioellina verwacht een geleidelijke opheffing van de beperkingen in het tweede kwartaal, waarna de economie zich in het derde en vierde kwartaal herstelt. De jaren daarna wordt de krimp goedgemaakt. In 2021 denkt de CBR dat de economie met 2,8 à 4,8 procent gaat groeien en in 2022 met 1,5 à 3,5 procent.

In februari 2020 was de Russische inflatie nog laag: de prijzen per maand stegen minder dan een jaar eerder en op jaarbasis was de inflatie slechts 2,3 procent. Een maand later, toen het coronavirus Rusland aandeed en Moskou in lockdown ging, verdubbelde de maandinflatie, maar waren de prijzen slechts 2,5 procent hoger dan een jaar eerder.

Op 20 april bereikte de dagelijkse inflatie in april 0,033 procent. Dat is al minder dan de voorgaande twee meetmomenten in april. Mogelijk is de piek al geweest en zal de maandelijkse aprilinflatie minder dan een procent zijn.

In hoeverre de inflatie daarna oploopt, hangt vooral af van de depreciatie van de roebel en de standvastigheid van bankpresident Elvira Nabioellina. Andere factoren blijven een rol spelen, zoals de omvang van de oogst van 2020 - Russen geven een groot deel van hun gezinsbudget uit aan voedingswaren.