Rusland in 2015 (2): politiek
René Does
Als vervolg op vier eerdere series op deze site, over de ontwikkelingen in Rusland in de jaren 2011 en 2012, 2013, 2014 en de ontwikkelingen in het eerste decennium van deze eeuw, start nu een serie over de ontwikkelingen in Rusland in 2015. De serie wordt weer gemaakt op basis van de speciale dikke eindejaarsbijlage van de kwaliteitskrant Nezavisimaja Gazeta (Onafhankelijke Krant), van 30 december 2015.
De redactie van Nezavisimaja Gazeta behandelt in de jaarlijkse bijlage veertien categorieën onderwerpen: algemene ontwikkelingen, politiek, economie, Russische regio's, 'nabije' buitenlandse politiek (de veertien andere voormalige sovjetrepublieken die al dan niet lid zijn van het Gemenebest van Onafhankelijke Staten), 'verre' buitenlandse politiek (buiten de voormalige Sovjet-Unie), maatschappij, wetenschap, militaire zaken, religie, cultuur, literatuur, kunst en televisie.
De keuzes van de redactie zijn vaak voorspelbaar, maar soms ook onverwacht. Hieronder het tweede deel, over de kenmerkende politieke zaken in Rusland en.
- Vervroegde invrijheidstelling Jevgenija Vasiljeva. Een kwestie van 'VIP-rechtspraak'? Deze vraag kwam op bij zowel oppositionele als regeringsgezinde politieke kringen nadat Jevgenija Vasiljeva, op 8 mei tot vijf jaar strafkamp veroordeeld wegens haar aandeel in een geruchtmakende corruptiezaak rond het militaire staatsbedrijf Oboronservis, alweer op 25 augustus voorwaardelijk vrijkwam.
Jevgenija Vasiljeva. Foto: Sputnik.
Deze vrijlating kwam meteen nadat rechter Ilja Galagan, berucht om zijn strengheid tegen gewone burgers, op 25 augustus het vrijlatingsverzoek van haar advocaat had behandeld en goedgekeurd.
Het Openbaar Ministerie antwoordde op de klachten over de vervroegde invrijheidstelling dat Vasiljeva hierop recht had, omdat zij de financiële schade die zij de Russische staat had toegebracht, 216 miljoen roebel (ongeveer drie miljoen euro), aan de schatkist had terugbetaald.
Overigens waren er twijfels of Vasiljeva überhaupt wel had vastgezeten in het vrouwenstrafkamp nr. 1 in het dorp in de provincie Vladimir. Vertegenwoordigers van de Maatschappelijke Golovino Toezichtraad op de Russische gevangenisdienst, de Federale Dienst voor de Voltrekking van Straffen (FSIN), bezochten begin augustus het vrouwenkamp in Golovino ter controle, waar hen een vrouw werd getoond 'met de uiterlijke kenmerken van Jevgenija Vasiljeva'.
- Poetin communiceert met maatschappij. President Vladimir Poetin heeft jaarlijks drie vaststaande communicatiemomenten met de Russische maatschappij: een urenlange beantwoording op televisie van allerlei vragen van de bevolking in april onder de titel 'Directe verbinding', en in december een rede voor de beide kamers in de Federale Vergadering, de Staatsdoema en de Federatieraad, en een grote persconferentie met journalisten.
De 'Directe Verbinding' op 16 april was levendig en fel van toon van de kant van Poetin. Hij noemde het evenement 'beter dan sociologische opinieonderzoeken'.
De rede voor de Federale Vergadering van 3 december was daarentegen vooral een droge opsomming van voorgenomen economische beleidsmaatregelen. De presidentiële persconferentie van 17 december was volgens de Nezavisimaja Gazeta 'nog formeler' dan de rede voor de Federale Vergadering.
- Vervroeging parlementsverkiezingen. Begin juli keurde het Constitutionele Hof de vervroeging van de parlementsverkiezingen van 2016 van 4 december naar 18 september goed. Gewoonlijk waren in Rusland de parlementsverkiezingen op een eerste zondag van december en op de derde zondag van september jaarlijks regionale en plaatselijke verkiezingen.
De Liberaal-Democratische Partij van Rusland (LDPR) had in mei vervroeging bepleit omdat de nieuwe Staatsdoema door eerdere verkiezingen de begroting voor 2017 kon vaststellen en niet met een door de vorige Staatsdoema vastgestelde begroting hoefde te werken. Met uitzondering van de Communistische Partij van Rusland (KPRF) vonden alle partijen de vervroeging een goed idee, ook de regeringspartij Verenigd Rusland (ER). Alle partijen waren blij al met een verkiezingscampagne te kunnen beginnen. De grote vraag blijft echter welke partijen baat hebben bij de vervroeging?
- NGO-wetgeving. Het jaar 2015 zag een reeks van wetgeving over de niet-gouvernementele organisaties in Rusland. Dit ging via 'de methode van de stok en de wortel'. Vanaf het begin van het jaar bepleitten de machthebbers een grotere sociale rol van ngo's in de economie. Zulke sociale ngo's konden op een reeks van presidentiële subsidies rekenen, voor een totaal van bijna zes miljard roebel (ongeveer 75 miljoen euro).
Naast deze gunstige bejegening van 'helpers' van de staat onder de ngo's, bleef er echter strengheid tegenover de 'buitenlandse agenten', de ngo's die zich richten op politieke activiteiten met financiering uit het buitenland. In maart ondertekende president Poetin een decreet hoe ngo's van het etiket 'buitenlandse agent' konden afkomen, namelijk door af te zien van 'politieke activiteiten' en aan te tonen dat men een jaar lang geen subsidie uit het buitenland had ontvangen.
- De Joekos-zaak en de Grondwet. Als reactie op de uitspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens dat de Russische staat twee miljard dollar moest terugbetalen voor de onteigening van het oliebedrijf Joekos van Michail Chodorkovski vroegen leden van de Staatdsoema aan het Constitutionele Hof van Rusland een principiële uitspraak of Rusland uitspraken van het Europese hof altijd moest uitvoeren.
Het Constitutionele Hof besliste dat de bepalingen in de Russische Grondwet vóór uitspraken van het Europese hof gaan. Het besluit werd onderbouwd met een verwijzing naar andere Europese landen die deze regel ook zouden volgen, zoals Engeland, Duitsland en Italië. Overigens betekende dit niet dat Rusland uit de in 1996 ondertekende Europese Conventie voor de Bescherming van de Rechten van de Mens zou stappen.
Wat betreft de Joekos-zaak stelden hoge juridische ambtenaren dat Rusland bereid was tot een gelijkwaardige dialoog. Nog een vraag was hoe de toetsing van uitspraken van het Europese hof aan de Russische grondwet tot stand zou komen. Besloten werd dat de Russische vertegenwoordiger bij het hof, de president en de regering toetsingsverzoeken bij het Constitutionele Hof konden indienen.