Rusland in 2011 en 2012 (11): cultuur

René Does

De eerste jaren van het tweede decennium van de 21ste eeuw zijn alweer achter de rug. In Rusland zijn 2011 en 2012 twee bijzondere jaren geweest met een piek in aandacht in de winter van 2011 en 2012: de tijd dat er tamelijk onverwacht een sterke oppositiebeweging tegen het bewind van Vladimir Poetin opstond.

Als vervolg op een dergelijke serie op deze site, over de ontwikkelingen in Rusland in het eerste decennium van deze eeuw, start nu een serie over de ontwikkelingen in Rusland in 2011 en 2012. Vanwege de hierboven gesignaleerde piekbeweging zijn deze twee jaren interessant om in één keer te behandelen. De serie werd weer gemaakt op basis van speciale dikke eindejaarsbijlagen van de kwaliteitskrant Nezavisimaja Gazeta (Onafhankelijke Krant), van 30 december 2011 en 29 december 2012.

De redactie van Nezavisimaja Gazeta behandelt in de bijlagen dertien categorieën onderwerpen: algemene ontwikkelingen, politiek, economie, Russische regio´s, ´nabije´ buitenlandse politiek (de veertien andere voormalige sovjetrepublieken die al dan niet lid zijn van het Gemenebest van Onafhankelijke Staten), ´verre´ buitenlandse politiek (buiten de voormalige Sovjet-Unie), maatschappij, wetenschap, militaire zaken, religie, cultuur, kunst en televisie. De keuzes van de redactie zijn vaak voorspelbaar, maar soms ook onverwacht. Hieronder het elfde deel, over cultuur.

2011

  1. Renovatie Bolsjoj-theater afgerond. Na een renovatie die ruim vijf jaar duurde ging het beroemde Bolsjoj-theater in Moskou op 28 oktober weer open met een galavoorstelling waar ook president Dmitri Medvedev aanwezig was. De renovatie ging gepaard met financiële schandalen en kostenoverschrijdingen die het totale renovatiebedrag tot 24 miljard roebel (600 miljoen euro) deden oplopen, maar tijdens de heropening was dit allemaal vergeten. Iedereen was verrukt over het resultaat. Alleen de balletdanser Nikolaj Tsiskaridze vond het resultaat ´barbaars´ vanwege de naar zijn mening gladde dansvloer, lage plafonds in de repetitieruimtes en het ontbreken van ramen in de grimeerkamers.
  2. Succes op internationale filmfestivals. Russische films deden het in 2011 goed op de grote en beroemde internationale filmfestivals. In Cannes deden De jager van Bakoer Bakoeradze en Jelena van Andrej Zvjagintsev mee om de prijzen. De laatste kreeg een speciale juryprijs. Het grootste succes was gelegd voor de film Faust van regisseur Aleksandr Sokoerov, het laatste deel uit een trilogie die vooraf was gegaan door de films Het kalf en De zon. Faust won tijdens het Filmfestival van Venetië de Gouden Kalf. Sokoerov werd door premier Vladimir Poetin persoonlijk gefeliciteerd.
    Echter, deze prijswinnende film was niet te zien in de Russische bioscopen. Volgens de distributeurs was de film te moeilijk, vooral vanwege het vele gesproken Duits. Poetin greep zelf op verzoek van Sokoerov in door naar de producent van de film, Lenfilm, te stappen. Faust moest eind januari 2012 in de bioscopen komen. Maar de film zou hooguit in honderd zalen komen.
  3. Veel artistieke directeuren vervangen in theaters. Door conflicten met de acteurscollectieven moesten in drie beroemde theaters in Moskou de artistieke leiders het veld ruimen. Sergej Artsibasjev nam ontslag bij het Majakovski Theater, Aleksandr Galibin bij het Stanislavski Theater en Joeri Ljoebimov (93) bij het Taganka Theater. Zij werden vervangen door respectievelijk Mindaugas Karbauskis, Valeri Beljakovitsj en Valeri Zolotoechin.
    Volgens de Nezavisimaja Gazeta zijn zulke conflicten tussen artistieke leiders en acteurscollectieven structureel, want terwijl de acteurs en actrices vaste contracten hebben, werken de artistieke leiders met tijdelijke contracten van één jaar of enkele jaren.
  4. Omstreden Oscar-nominatie voor De citadel. Vladimir Mensjov, de voorzitter van het Russische Oscar-comité, had in september kritiek op zijn commissieleden, omdat zij de nieuwste film van de vooraanstaande regisseur Nikita Michalkov, Burnt by the sun 2: De citadel, nomineerden voor de Oscar-verkiezing van beste buitenlandse film in februari 2012. Michalkov behoorde tot de commissieleden.
    De film had in Rusland echter slechte kritieken gekregen van de filmrecensenten en maar weinig bioscoopbezoekers getrokken. De affaire leidde tot kritiek op het nominatiesysteem: dit zou een ondoorzichtige zaak zijn van een onderlinge kliek van regisseurs en producers.
  5. Nieuwe cultuurpaus in Moskou. Op 30 september kreeg het Departement voor Cultuur van Moskou een nieuwe leider: Sergej Kapkov. Hij volgde de weinig doortastende Sergej Choedjakov op, die werd weggepromoveerd naar de positie van hoofd van de Dienst voor museale monumentparken van Moskou (zoals Kolomenskoje en Izmajlovo).
    Van Kapkov werd verwacht dat hij weer verrassingen en leven brengt in het culturele leven van Moskou. Hij kwam inderdaad met allerlei plannen, waarvan sommigen met instemming werden begroet en anderen weinig doordacht waren. Positief werd er gereageerd op zijn voorstel in de Moskouse musea gratis bezoekersdagen op werkdagen in te voeren, maar kritisch op zijn plan alle goede theatervoorstellingen in Moskou ook op televisie uit te zenden, zonder daarvoor eerst te onderzoeken of er wel televisiezenders hierin geïnteresseerd waren.

2012

  1. foto van Medinski

    Vladimir Medinski. Foto: www.medinskiy.ru.

    Theater beschuldigd van propaganda van pedofilie. Enkele weken voor de première van de opera Droom tijdens een zomernacht van Benjamin Britten door het Stanislavski Muziektheater, viel bij minister van Cultuur Vladimir Medinski een anonieme brief op het bureau waarin gesteld werd dat de voorstelling propaganda van pedofilie bevatte. Men ging ervan uit dat de brief geschreven was door de ouders van een of meerdere leden van het kinderkoor in de opera. Dit vanwege het thema van geweld in een gesloten Engelse scholengemeenschap in de opera.
    De zaak werd overgedragen aan de verantwoordelijke instantie: het Departement voor Cultuur van de stad Moskou. Enkele dagen later verspreidde het theater een brief van de echte ouders van de kinderen in het kinderkoor dat de brief aan Medinski een falsjivka was en dat zij allemaal instemden met deelname van hun kinderen aan de voorstelling.
  2. Hervormd filmbeleid na nieuwe culturele benoemingen. In de Russische cinematografie was 2012 een jaar zonder bijzondere prijzen voor Russische films en vooral een jaar van bestuurlijke onrust na de benoeming van een nieuwe minister van Cultuur en van een nieuw hoofd van de filmafdeling van het ministerie, respectievelijk Vladimir Medinski en Ivan Demidov. Zij versterkten de centrale controle door het ministerie op de filmsector van Rusland.
    Deze kwam erop neer dat het Ministerie van Cultuur de functie van opdrachtgever en controleur van nieuwe films naar zichzelf terughaalde van het Filmfonds. Inhoudelijk veranderde er ogenschijnlijk weinig: zoals voorheen bleef het meeste geld gaan naar de productie van blockbusters voor het massapubliek, maar Medinski stelde wel dat films ´de overeenkomstige strategische opgaven van de staat´ moesten ondersteunen. Kortom: wie betaalt, die bepaalt.
    Verder kwam er een oplossing voor de armlastige filmstudio Lenfilm in Sint Petersburg. Hier werd regisseur Fjodor Bondartsjoek tot directeur benoemd en de zakenman Edoeard Pitsjoegin tot commercieel directeur. Lenfilm kreeg een staatskrediet om de studio´s, gelegen in het oude deel van de stad op het Stenen Eiland, te moderniseren. Hierbij geldt een verbod op de verkoop van grond en onroerend goed in dit dure deel van de stad. Pitsjoegin wil de studio´s van Lenfilm toeristisch integreren in de andere bezienswaardigheden op het Stenen Eiland.
  3. voorkant Poesjkinmuseum

    Het Poesjkin-museum. Foto: www.arts-museum.ru.

    Nieuwbouwplannen voor jarige Moskouse musea. Twee Moskouse musea vierden jubilea: het beroemde Poesjkin Museum bestond honderd jaar en het Staatscentrum voor Moderne Kunst (GTsSI) twintig jaar. Het Poesjkin Museum gaf in 2009 aan de architect Norman Foster opdracht voor een plan voor de uitbreiding tot een ´museumstad´ door de toevoeging van een nieuwe tentoonstellingsruimte, een nieuw restauratieatelier en een ´multifunctioneel auditorium´. In 2011 kwamen er bezwaren tegen het project door stadsarcheologen en buurtbewoners, maar premier Poetin stelde zich ook achter de verbouwingsplannen. In november gaf de Moskouse Dienst voor Bouw- en Grondzaken toestemming om de planning en verbouw, een project ter waarde van 22 miljard roebel (ruim 500 miljoen euro), nu echt ter hand te nemen.
    De nieuwbouwplannen voor het kleinere GTsSI zijn goedkoper: zo´n vijf miljard roebel. Na een tijdje gesteggel over de plaats waar de nieuwbouw van de GTsSI moest komen, werd er uiteindelijk voor het Chodynskoje polje gekozen. Beide bouwprojecten moeten in 2018 klaar zijn.
  4. Veranderingen in Moskouse galeriewereld. Er waren wat veranderingen in de Moskouse galeriewereld, veelal bestaande uit populaire en veel bezochte plaatsen waar moderne kunst wordt getoond. Drie galerieën, XL, de Ajdan Galerie en de Gelman Galerie, kregen de opdracht zich te hervormen tot niet op winst gerichte ondernemingen. Men vreesde hierdoor een verarming van het inmiddels beroemde complex van de Vinzavod (Wodkafabriek) bij het Koersk-station van centrum van moderne kunst tot een verzameling boetieks en cafés en een hangplek voor hippe Moskovieten. Maar gelukkig behield Vinzavod zijn kunstzinnige waarde. Verder werden er twee nieuwe veel belovende galerieën geopend: Garazj in het gerenoveerde Gorki-park en ArtChronika in de voormalige bioscoop Oedarnik.
  5. Kapkov actief in eerste jaar. Het nieuwe hoofd van het Departement voor Cultuur van Moskou, Sergej Kapkov, ging zoals verwacht voortvarend te werk in zijn eerste jaar. In het Gogol Theater verving hij artistiek directeur Sergej Jasjin, die daar al 25 jaar zat, door Kirill Serebrennikov. In het centrum van de stad fuseerde hij verschillende kindertheaters. Dit deed hij ook met grote tentoonstellingszalen: de Manege, de Nieuwe Manege en de tentoonstellingszaal van ´De Arbeider en Kolchozboerin´ werden samengevoegd in de verenigde Manege, waarvan het bestuur in handen werd gegeven aan de daadkrachtige directrices Marina Losjak en Irina Toplina. Na de invoering van gratis museumdagen voor het publiek tijdens de Nieuwjaarsvakantie, kwam Kapkov met nog een nieuw experiment: publieksexcursies achter de coulissen van de Moskouse theaters.

Vorige afleveringen: algemene ontwikkelingen, politiek, economie, Russische regio´s, buitenlandse politiek voor de buurlanden, buitenlandse politiek, maatschappelijke ontwikkelingen, wetenschap, militaire zaken en religie
Volgende aflevering: kunst en performances.
Bronnen: Nezavisimaja Gazeta, 30 december 2011 en 29 december 2012