Rusland in 2016 (11): cultuur
René Does
Als vervolg op vier eerdere series op deze site, over de ontwikkelingen in Rusland in de jaren 2011 en 2012, 2013, 2014, 2015 en de ontwikkelingen in het eerste decennium van deze eeuw, start nu een serie over de ontwikkelingen in Rusland in 2016. De serie wordt weer gemaakt op basis van de speciale dikke eindejaarsbijlage van de kwaliteitskrant Nezavisimaja Gazeta (Onafhankelijke Krant), van 29 december 2016.
De redactie van Nezavisimaja Gazeta behandelt in de jaarlijkse bijlage veertien categorieën onderwerpen: algemene ontwikkelingen, politiek, economie, Russische regio's, 'nabije' buitenlandse politiek (de veertien andere voormalige sovjetrepublieken die al dan niet lid zijn van het Gemenebest van Onafhankelijke Staten), 'verre' buitenlandse politiek (buiten de voormalige Sovjet-Unie), maatschappij, wetenschap, militaire zaken, religie, cultuur, kunst, literatuur en televisie.
De keuzes van de redactie zijn vaak voorspelbaar, maar soms ook onverwacht. Hieronder het elfde deel, over Russische cultuur.
- Debuut Anna Netrebko in Bolsjoj-theater. In een mum van tijd waren de kaartjes uitverkocht voor het debuut van de Russische operadiva Anna Netrebko in het beroemde Bolsjoj-theater in Moskou. 'Dit was het langst verwachte debuut van de 21ste eeuw', aldus de Nezavisimaja Gazeta.
De voormalige studente van het Sint Petersburgse conservatorium werd in 1993 nog 'snobistisch' genegeerd door het hoofdstedelijke operapubliek. Sinds 2006 heeft Netrebko ook de Oostenrijkse nationaliteit.
Voor haar debuut in het Bolsjoj-theater koos Netrebko de opera Manon Lescaut van Puccini. Doorslaggevend in de pogingen van het Bolsjoj-theater om Netrebko te laten debuteren op het eigen toneel was dat haar echtgenoot, de tenor Joesif Ejvazov, voor het eerst haar partner in een opera-uitvoering mocht zijn.
- 'Censuur' is weer terug. Volgens opinieonderzoek vindt bijna de helft van de Russen het geoorloofd censuur uit te oefenen op uitingen van kunst. Cultuurambtenaren spreken tegenwoordig weer over het primaat van 'staatsbestellingen' in de kunst en dat de bevolking 'concrete resultaten' wil zien van culturele subsidies.
Militaire, religieuze en nationalistische organisaties maken hen onwelgevallige culturele manifestaties het leven zuur onder beschuldigingen als 'het vertrappen van de gevoelens van gelovigen', 'het bespotten van geloof' en 'propaganda van pedofilie'. Belaagde manifestaties worden vervolgens onvoldoende beschermd door de autoriteiten.
De discussie over deze nieuwe vorm van 'censuur' laaide op nadat theaterregisseur Konstantin Rajkin dergelijke aanvallen op manifestaties onder dit woord had veroordeeld op het congres van de Theaterbond. De klacht van Rajkin werd vervolgens opgenomen door filmregisseur Stanislav Govoroechin, voorzitter van de Commissie voor Cultuur van de Staatsdoema. Hij beloofde een wet over administratieve en strafrechtelijke vervolging van personen en organisaties die oproepen tot het verstoren of vernietigen van kunstmanifestaties.
President Vladimir Poetin zette een voorlopig punt achter de discussie door tijdens een vergadering van de Kunstraad te verklaren dat 'alle onwettige vormen van protest tegen kunstzinnige producties ontoelaatbaar zijn'. Aan de andere kant riep Poetin kunstenaars op 'de grens tussen cynische beledigende uitingen en kunstzinnige actie' na te leven en in de eigen kunstsector criteria op te stellen die een onderscheid maken tussen 'echte kunst en kwaadwillige provocaties'.
- Blockbuster-tentoonstellingen van Serov en Ajvazovski. 'Het museum dat iets groter is geworden dan een museum.' Met deze omschrijving karakteriseerde de Nezavisimaja Gazeta de records aan bezoekersaantallen van twee retrospectieven in de Tretjakov-galerij in Moskou. Het retrospectief van Valentin Serov trok 485.700 bezoekers en dat van Ivan Ajvazovski 598.800 bezoekers.
De groeiende populariteit van zulke blockbuster-tentoonstellingen is een proces dat al jaren aan de gang is in de grootste en bekendste musea van Rusland. De toeloop van bezoekers was zo groot dat de Tretjakov-galerij deze technisch niet goed kon verwerken.
De vraag die de krant stelt is of het de museumsector lukt de nieuwe bezoekers ook naar tentoonstellingen van minder bekende kunstenaars te lokken en naar tentoonstellingen die niet als grote retrospectieven van één kunstenaar worden gemaakt, maar bijvoorbeeld ook naar thematische projecten van curatoren.
- Tegenstrijdige resultaten van jaar van de film. Het jaar 2016 was door het Ministerie van Cultuur uitgeroepen tot jaar van de Russische film. Kwantitatief was het een succes: de inkomsten uit kaartverkoop overstegen de acht miljard roebel (circa 125 miljoen euro) tegen 7,2 miljard roebel in 2015, het aantal premiàres van Russische films steeg van 123 in 2015 naar 136 in 2016, en er werden ruim 300 nieuwe bioscoopzalen geopend, waardoor de bezoekersaantallen met 700.000 mensen konden stijgen.
Kwalitatief is de Nezavisimaja Gazeta minder te spreken over het ruimere Russische filmaanbod. Volgens de krant leunen veel films te sterk op bekende, van Hollywood afgekeken beeld- en geluidseffecten, herhaling van eerder bewezen succes (komedies) en de inzet van al lang bij het publiek populaire acteurs. Al met al is middelmatigheid het kwalitatieve kenmerk geweest van het nieuwe Russische filmaanbod in 2016.
- GTsSI gaat op in ROSIZO. In 1992 werd voor het eerst in Rusland een staatsinstelling voor de ontwikkeling van hedendaagse kunst opgericht, het Staatscentrum voor Moderne Kunst (GTsSI). In 2016 werd het GTsSI als 'structurele onderafdeling' opgenomen onder het dak van het Staatscentrum voor Musea en Tentoonstellingen ROSIZO, dat in 1959 werd opgericht als organisator van tentoonstellingen.
In de collectie van ROSIZO bevindt zich veel socialistisch realisme. Hoofd van het centrum is nu Sergej Perov, afgestudeerd aan de Militaire Hogeschool van Alma-Ata. Niettemin stelde minister van Cultuur Vladimir Medinski dat twee staatsinstellingen die zich op 'moderne kunst' richten beter kunnen fuseren.
Na de samenvoeging besloten 30 van de 90 GTsSI-medewerkers het centrum te verlaten, onder wie de oprichter en kunstzinnig directeur, Leonid Bazjanov. Het GTsSI is nu in de praktijk opgedeeld in verschillende directies (regionale ondersteuning, speciale projecten, onderzoek en media), die ondergeschikt zijn aan ROSIZO.
'De structuur van het 24 jaar oude GTsSI is tegenwoordig verwaterd en leeggebloed', aldus de Nezavisimaja Gazeta. De krant vraagt zich af hoe het opgeblazen ROSIZO effectief kan functioneren in de toekomst. Ook is het een 'publicitair verlies' voor Rusland dat de hedendaagse kunst is versmolten met andere kunstvormen.